Woord vandaag

‘De Spreuken spreken mij weer aan, net als toen we het ook bekeken,
een tijdje terug.’

De uitspraak van vandaag is ook weer bijzonder:

onthoud het goede niet aan wie erom smeken
als het in de macht van je hand ligt

Dit is min of meer een concordante vertaling van vers 27.
De eerste zin kan ook luiden (afhankelijk van de Hebreeuwse tekst):

onthoud het goede niet aan wie het bezitten

In elk geval spoort deze Spreuk aan, om goed te doen als dat in je ver-
mogen ligt en op je weg komt om het te kunnen doen.  Dat was zo in
Elia en Elisa (1 Koningen 17 en 2 Koningen 4). Zij kwamen beide bij een
vrouw van wie de zoon stierf en waar gebrek aan olie was. In beide gaf

God de profeet om wonderlijk te voorzien in olie en leven.

‘Maar wij hebben deze macht niet in onze hand.’

Nee, maar wij kunnen bij gelegenheid wel iets doen als er nood op onze
weg komt. Let op dat er staat: ‘wie erom smeken’, dat veronderstelt een
vraag, een nood waarmee iemand naar je toe komt. Dan kun je iets bete-
kenen voor de ander, biddend in wijsheid die God geeft.
Dat kun je doen in afhankelijkheid van God, die ons gebruikt voor de
ander.

‘Wat bedoel je precies daarmee?’

Het is een goede zaak als gelovigen elkaar te hulp komen, Paulus
schrijft dat ook in Galaten 6, als hij aangeeft dat we goed kunnen
doen aan allen, inzonderheid aan de medegelovigen. De ander die
wellicht iets niet goed deed, terechthelpen in een geest van zacht-
moedigheid,
omdat je ook zelf in zoiets terecht had kunnen komen.

‘Als er iemand dat niet goed doet kan er schade ontstaan?’

De voorbeelden zijn er. Onlangs verscheen er weer een boek over
iemand
die oncontroleerbaar geld van mensen afhandig maakte en
voor eigen doeleinden gebruikt. Hij speelde de rol van voorganger en
had zo veel te veel macht over levens van gelovigen, die goedwillend
(veel) geld weggaven, zelfs hun huis ervoor verkochten. Omdat zij
-onder druk van de voorganger- meenden dat dat zo moest! En dat
is exact het tegenovergestelde van de tekst van vandaag! De gelovigen
(en zeker de oudsten-opzieners) zouden het belang van betreffende
gemeentelid/gemeenteleden voorop stellen en dienend – in alle oot-
moed- betrokken zijn bij wat hun overkomt!

Woord vandaag

‘Mooi dat stille vertrouwen van gisteren, we kunnen God in
alles vertrouwen.’

We hebben een prachtige belofte in de tekst van vandaag:

want Jahweh is je hoop
Hij zal je voet bewaren voor gevangenschap (vers 26)

Het woord ‘hoop’ is wat afgevlakt en er staat een woord dat te maken
heeft met ‘vetheid’. Overdrachtelijk spreekt het van de lenden, omdat
daar meestal het vet zit. Maar dat is tegelijk ook de plaats van kracht.
Het woord ‘vertrouwen op, verlaten op’ zit daarom meer in de richting.
Jahweh (Ik ben) zélf is dus waarop de gelovige zich verlaat, op steunt.
Daarmee sluit het mooi aan op de tekst van gisteren.

‘Het draait helemaal om vertrouwen op Jahweh, de beloften die Hij doet
maakt Hij waar!’

Ook in deze vindplaats zit een mooie belofte verpakt: je voet zal bewaard
worden voor gevangenschap. Nu is dat laatste woord ‘gevangenschap’ een
wat vrije vertaling van wat er staat. Het Hebreeuwse ‘lakad’ heeft te maken
met een valstrik die ineens dichtgetrokken wordt als je je voet(en) er on-
wetend in zet en ineens lig je op de grond, omdat je voet(en) onder je van-
daan weggetrokken wordt/worden.

‘En als je je richt naar Zijn woord en dus Zijn wijsheid, wordt je voet daar-
voor
bewaard.’

Ja, en op den duur ken je de strikken die de tegenwerker voor je zet en
ook in gemeenteverband zijn die er zeer zeker. Geweldig om dat woord
van God steeds weer en meer te leren kennen, zodat wij onze voet niet
in de valstrikken laten komen. Tenslotte wandelen wij in een geestelijke
strijd, de machten en krachten van de tegenwerker zijn erop uit ons te
doen vallen en falen. En: Hij, Christus Jezus, is geweldig in de strijd!

Woord vandaag

‘De vorige was fijn, en zeker dat van Filippenzen 4 is heel rijk!’

In de nu volgende komt er weer iets menselijks naar voren:

je zult zeker niet bevreesd voor plotseling alarm zijn
of voor verwoesting door goddelozen, als die komt (vers 25)

Denk bij deze aan bijvoorbeeld Mozes en Israël (Exodus 14:14,15) toen
zij klem zaten tussen de legers van Farao en de Rode Zee. Op dat mo-
ment kreeg Mozes de geweldige verzekering dat Jahweh voor hem zou
strijden en hij zou stil zijn. Dat is wat ook wij zouden doen: een hou-
ding aannemen van stilheid en zien hoe God zelf de strijd voert!

‘Tsja, dat is wel weer een antwoord, terwijl ik zat te tobben en naar
ménsen en hun gedrag keek!’

We kunnen zien op Hem, die ons onuitsprekelijk liefheeft en van wie
de liefde sterker is dan zelfs de dood. Ook bij Abraham en Sara klonk
het bijzondere woord: ‘zou voor Jahweh iets te wonderlijk zijn?’ Zelfs
een verwoesting die door ongelovigen tot stand komt zou ons niet
aan het wankelen brengen. Zeker hoeven wij daar geen angst en vrees
voor te hebben. Daar kunnen wij in Gods kracht bovenuit blijven en
de gedachten gaan in de juiste richting.

‘Soms komt iets zó onverwacht en van onverwachte kant, dat je er toch
van kan schrikken.’

Het is heel bijzonder dat wij deze verzekeringen van de Heer hebben. Hij
strijdt, het is Zijn strijd en wij kunnen toezien. Voor Hem is niets te won-
derlijk. Jesaja (30:15) zegt: ‘in stilheid en vertrouwen zou uw sterkte zijn’.
Soms is er een situatie die de tijd moet hebben en vast te stellen wanneer
de tijd rijp is om iets te doen of handelend op te treden, daarvoor is gebed
en afwachten op de tijd van de Heer nodig.  Hij zal doen wat nodig is, op
de juiste tijd!

Woord vandaag

‘Fijn om steeds meer in vertrouwen op God te leven.’

Ja ook vers 24 spreekt daarvan, omdat dat vertrouwen niet alleen
overdag nodig blijkt:

als je neerligt zou je niet angstig zijn
je zult neerliggen en je slaap zal aangenaam zijn

Een soortgelijke waarheid lees je ook in Leviticus 26:6; Psalm 3:6;
4:9; 91:5,6; Job 11:19. Veel mensen liggen ’s nachts wakker van……
zorgen over wat dan ook. En het je zorgen maken leidt tot veel ge-
broken levens. God heeft echter een geweldig ‘medicijn’ gegeven
door de apostel van de natiën: Filippenzen 4:4-7

‘Ja dat is wel geweldig hoor. Alles met gebed en smeking onder dank
bekendmaken bij God.’

Het ‘geheim’ van deze uitspraak zit em in het ‘onder dank’. Je kunt alles
wat je wenst door gebed en smeekbede bij God bekendmaken. Als je dat
doet onder dankzegging, dan erken je -terwijl je bidt- dat Hij het beste
zal uitwerken, ook al verhoort God op een andere manier je gebed dan
je graag had gezien of gewild. Omdat je wéét dat Hij doet wat het beste
is in het kader van Zijn plan.

‘De waarheid is, dat Hij alles werkelijk doet samenwerken tot het goede.’

Zo is het. God is het, die alles bewerkt in overeenstemming met de raad
van Zijn wil. Dat erkennen leidt tot het danken van Filippenzen 4:4-7 en
de geweldige vrede van God, die onze gedachten en ons hart als in een
vesting bewaart in Christus Jezus. Je gedachten gaan niet met je op de
loop en je hebt vrede in alle omstandigheden, zodat je lekker slaapt!


Woord vandaag

‘Mooi woord tot opbouw gisteren, Paulus laat het zien!’

Zo is dat. Het woord niet laten wijken van je ogen, bewerkt:

dan zul je je weg onbezorgd gaan
en je voet niet stoten

Heel mooi is, dat in plaats van ‘onbezorgd’ ‘in vertrouwen’ staat, het-
zelfde woord als in 3:5 ‘vertrouw Jahweh met heel je hart’ . Je gaat je
weg in vertrouwen als je steeds weer dat woord van God tot je neemt,
je hart ermee voedt. Dan ga je het steeds meer van Hem verwachten
en ga je je weg op den duur onbezorgd, je wéét dat Vader voor je zorgt
en dat Hij een bidder nooit laat staan!

‘Prachtig, hoe dat werkt, Abraham ging zo, en Jozef, niet te vergeten!’

En daarbij komt de wijsheid, die door de honing van het woord voort-
gebracht wordt. Die geeft Jahweh, God, in je leven en daardoor zul je
je voet niet stoten. Wijsheid is nodig op je levensweg, om niet in aller-
lei valkuilen en valstrikken van de tegenwerker terecht te komen.
Die is erop uit, de gelovige te doen vallen en falen. Wij hebben de hele
wapenrusting van God. Daarmee pareren wij de brandende pijlen van
die machten en krachten van de boze.

‘We leven in een gevaarlijke tijd, en je komt heel snel in allerlei afwij-
kingen terecht.’

Precies, de tegenwerker is erop uit, de gelovige hun geestelijke voet te
laten stoten aan allerlei wind van leer. De mythen en verdichtsels
hebben een grote invloed in de tradities van het christendom.
Velen geloven dat eerder dan de heldere uitspraken van het woord
van God zelf. Laten we daarbij blijven en ‘zorgeloos’ in vertrouwen
op Hem leven!