Woord vandaag
Hem echter, Die een beetje
minder gemaakt is naast
boodschappers, Jezus, Hem
bekijken wij, Die vanwege
het lijden van de dood met
heerlijkheid en eer bekranst
is, zodat, in de genade van
God, Hij voor allen de dood
zou proeven.
Hebreeën 2:9
Vanaf 1:1 laat Hebreeën zien,
dat de Heer Jezus, de Zoon,
groter is dan boodschappers.
Kolossenzen 1 zegt, dat Hij de
Eerstgeborene is van heel de
schepping (het al).
De hemelse boodschappers
en geestenwereld werden
door Hem geschapen, net
als al het andere. Zo gezien
is Hij hoger dan de rest van
de schepping. Dat maakt de
woorden over Zijn lijden en
dood indrukwekkend. Hij
was Mens en als zodanig is
Hij tijdelijk Boodschapper
op aarde geweest. Dat was
Hij naast de hemelse.
Uiteindelijk ging Hij door
het lijden van de dood heen.
En Hij proefde (smaakte in
de SV) de dood, dat is: Hij
stierf daadwerkelijk.
Zo ver ging de Vader en de
Zoon voor ons, en voor de
hele wereld.
Woord vandaag
Hem echter, Die een beetje
minder gemaakt is naast
boodschappers, Jezus, Hem
bekijken wij, Die vanwege
het lijden van de dood met
heerlijkheid en eer bekranst
is, zodat, in de genade van
God, Hij voor allen de dood
zou proeven.
Hebreeën 2:9
Ook Psalm 8 blijkt over de
Heer Jezus te gaan. Het is
een prachtig commentaar
hier; Hij is door diep lijden
en de dood gegaan.
Dat deed Hij niet voor Zich-
zelf; het was voor God, Zijn
Vader.
En het was voor allen; Hij
deed dat in de genade van
God. De gedachte dringt zich
dan op, dat die genade van
God voor allen bestemd is.
Deze hint zou de lezers van
deze brief naar het evangelie
van Paulus brengen.
De gerechtigheid van God
wordt in daarin onthuld,
door het geloof van Jezus
Christus, voor allen en op
allen die geloven (Rom.3:22).
Daarom heeft God Hem de
eer en heerlijkheid gegeven
die Hij nu heeft.
Laten wij Vader hiervoor
steeds weer danken.
Woord vandaag
Wantin het allesonderschikken
aan hem heeft Hij níets niet aan
hem ondergeschikt gelaten.
Nu echter zien wij nog niet dat
het al aan Hem onderschikt is.
Hebreeën 2:8b
Op weg naar het einddoel van
God zegt de Hebreeënschrijver
dit. In wezen bepaalde Jahweh,
dat alles onder de voeten van
de Zoon van Adam (Psalm 8:7)
gesteld is. Nu voegt hij toe, dat
wij van nu af aan, en dat is bijna
2000 jaar, nog niet zien dat alles
onder Zijn voeten gesteld is.
Ook in de 1000 jaren zal dit nog
niet zo zijn. Wellicht hadden wij
daar te hoge gedachten van.
Natuurlijk zal de Messias Jezus
met de mannelijke zoon samen
de shalom van Israël met een
ijzeren staf ten opzichte van de
natiën bewaken. Dan zullen de
volkeren, na 1000 jaar, als de
tegenwerker losgelaten wordt,
met als leiders Gog en Magog,
optrekken naar Jeruzalem,
Openbaring 20:7-9.
Dat is de laatste grote opstand,
zij worden door vuur van God
uit de hemel verteerd. Daarna
zal op de nieuwe aarde Israël
weer als regeerder optreden
onder God en het Lam.
Woord vandaag
Want in het alles onderschikken
aan hem heeft Hij níets niet aan
hem ondergeschikt gelaten.
Nu echter zien wij nog niet dat
het al aan Hem onderschikt is.
Hebreeën 2:8b
Hier bevestigt de schrijver, dat
God alles onder de voeten van
de mens stelt. Terwijl het even
leek, dat het om de mens in ‘t
algemeen ging, gaat het om de
Zoon des mensen.
Vanaf Hebreeën 1:1 is gesteld,
dat Hij de Zoon van God is.
Nu komt de bevestiging over
Psalm 8; het lijkt daar over de
mens te gaan, maar het blijkt
over de Zoon van Adam, de
Heer Jezus te gaan. Hij is die
Mens, zelfs werd Hij iets (en
voor korte tijd) lager dan de
(hemelse) boodschappers
gesteld. God heeft gesproken,
dat alles onder Zijn voeten zal
komen. Een grote toekomst is
voor de schepping weggelegd!