‘Uitzien naar en bezig zijn met wat boven is. Fijn.’
Je kunt dagelijks bezig zijn met je omstandigheden. Niet dat dat
te onderschatten is, maar als dat al je aandacht opslokt, kun je
juist de vrede kwijtraken die Hij geeft. Bedacht zijn op wat boven
is, wijst Kolossenzen 3:1-4 ons aan. Wanneer dat zo is, ontdek je
dat er allerlei dingen zijn die je daar van af willen houden.
‘Zoals?’
De aardse omstandigheden, de dingen van deze aarde. Mensen
zijn gericht op het zichtbare, het uiterlijke. Ons vlees trekt de
andere kant op, weg van wat God doet in deze tijd. Dat geldt
óók voor de dingen die met Israël te maken hebben. Men wil in
onze tijd graag de feesten van IEUE (Ik ben) meevieren.
‘Daardoor is men gericht op het aardse?’
Daarom zegt Kolossenzen 3:1-4 ook: wees bedacht op wat boven
is, waar Christus is, niet op wat op aarde is. En al wat met Gods
volk op aarde te maken heeft, de tempel, het Mozaïsche systeem,
leidt in deze tijd voor het lichaam van Christus af. Af van wat bo-
ven is, waar Hij, onze Heer, is.