Opdat wij weten, wat God ons in genade schenkt!

21 november 2016
‘Gods woord is leven’

Het komt van de levende God, van
Wie Paulus tegen Timotheüs zegt:

Dit is een betrouwbaar woord en
alle verwelkoming waard,
want hiertoe spannen wij ons in en
worden gesmaad, dat wij ons ver-
trouwen stellen op de levende God,
die Redder is van alle mensen, in-
zonderheid van gelovigen; beveel
en leer deze dingen
                      1 Timotheüs 4:9-11

Dit woord is waar. Geen twijfel:

God is Redder van alle mensen.

‘Wat geweldig is dat.’

De levende God is Redder, dat ver-
kondigen de Schriften luid en dui-
delijk. Satanische theologie heeft
die heldere boodschap lange tijd
verdrongen. Eeuwige hel en zo.
Maar de Schriften verkondigen:

God is Redder, de Enige.
                               Jesaja 45:21

‘Je hoort het bij de profeten.’

Israël kreeg die boodschap luid en
overduidelijk mee, toen Hij ze ver-
loste (redde) uit Egypte. Ze vieren
het steeds weer, en herinneren zich
hoe IEUE (Jahweh) hen verloste van
de macht van Farao (die zelf door
God verwekt was, Romeinen 9:17).
Zonder beperking klinkt bij Paulus:

God is de Redder van alle mensen.

20 november 2016
‘Gods woord is leven.’

Onze Heer zei:

de geest is het, die levendmaakt,
het vlees heeft geen enkel nut;
de uitspraken die Ik tegen jullie
zeg zijn geest en leven
                        Johannes 6:63

Zo gezegd bevat dit grote diepte.
De Heer Jezus keek geestelijk naar
Zijn volk, naar de mensen. Hij zag
als geen ander dat het vlees geen
nut doet, geen blijvend leven kon
bewerken.

‘Later zie je dat bij Paulus ook.’

In zijn brieven lees je het scherpe
verschil tussen vlees en geest.
Niet de geest van mensen, maar
de geest van God.
Die maakt onze geest levend en
werkt in de gelovigen, alle leden
van het lichaam van Christus.

‘De drager is Zijn woord?’

De Heer geeft aan, dat Hij de uit-
spraken doet en dat die geest en
leven zijn. Alle leven komt van de
geest van God. De bijzondere toe-
deling, de heilige geest van God
ontvangen we wanneer de Heer
ons hart opent en wij het evange-
lie horen en geloven. Dat leven
wordt gevoed en gesterkt door
Zijn uitspraken.

19 november 2016
‘Mooi, die eenheid.’

Zelfs een Jakob en Esau ontmoeten
elkaar weer. Een bijzonder moment,
daarin zit misschien wel een geheim.
God heeft het gezin ingesteld toen Hij
de mens als man en vrouw op aarde
zette. Die zouden de aarde vullen.

‘Onderdeel van Gods plan.’

De onderlinge liefde en zorg voor de
mede gezinsleden is automatisch aan-
wezig. Dat staat regelmatig onder druk
tegenwoordig en is soms schrijnend
afwezig. Dat zonde en lijden met elkaar
te maken hebben, is duidelijk. Toch zit
de liefde en zorg voor gezinsleden in de
mens gebakken.

‘Daar zit een geheim in?’

Uiteindelijk zullen allen één grote familie
vormen. Wanneer God alles in allen is.
Iets daarvan is in het gezin zichtbaar.
Vaak zwak, dat wel. Maar toch. Het is
de liefde van God die eens allen volko-
men zal doordringen. Daar kijken we
naar uit. God heeft het beloofd, deze
ene werkelijkheid:

God zal zijn: alles in allen.

18 november 2016
‘Mooi. Alles keert tot God terug.’

Gods liefde zal net zo lang door-
gaan totdat allen bij het hart van de
Vader terug zijn. Na ervaring met
zonde en kwaad, dat wel. Die zijn
noodzakelijk om tot inzicht te komen,
uiteindelijk, van wie God is.
Hij is liefde. En die is uit op de een-
heid van alles, omdat God zelf Eén
is. Daarom heb je in Efeze 4:1-7 de
eenheid van de geest.

‘Daarvoor kwam de Zoon.’

Uit die Ene (Alef) kwam de Zoon (de
Ben – Beth) voort. Om te bewerken,
dat alles zou terugkeren tot die Ene.
Door lijden, zonde, dood en kwaad
heen. Alles is nodig in Gods plan om
dat doel te bereiken: God alles in allen.
Géén twijfel! Kwestie van tijd.

‘Vandaar tijdelijk verdeeldheid.’

Ook dat moet zijn, de twee, de beth,
sprekend van verdeelheid, zoals ook
bij Jakob en Esau. Uiteindelijk kwam
toch de eenheid (echad) tot stand en
dat was een uiting van liefde, in hun
geval broederliefde. Nu is bij-zonder,
dat liefde en eenheid in Hebreeuws
dezelfde waarde hebben: 13. En dat
spreekt op zich weer van een begin,
een omwenteling. Tel ze op en je hebt
de waarde van Gods Naam: IEUE (26).

17 november 2016
‘We mogen opzien naar boven.’

We zijn thuis bij God. De letter beth, de 2,
spreekt daarvan. Beth, in Hebreeuws huis.
Iemand als Jakob, die komende zaterdag
op de studiedag naar voren komt, verbleef
in Bethel. Dat is: huis van God.

‘We zullen over Jakob horen.’

Jakob was de zoon van Isaäk, de vader
die steeds putten ging graven. Jakob ver-
bleef eerst in Luz, dat betekent: afwijken.
Hij ging toen naar oom Laban, voor 20
jaar, dat was een omweg, een lus in zijn
leven. Maar hij kwam terug in Bethel.
God had beloofd.

‘Hij had wel eerstgeboorterecht.’

Hij was op de vlucht voor Esau. Maar
de ontmoeting kon uiteindelijk niet uit-
blijven. Hij was hij ben, zoon, dat be-
gint met de letter beth in Hebreeuws.
Dan heb je dus na de vader (Ab, be-
gint met de alef) de zoon (ben). En als
je voluit vader zegt, dat is Abba, Alef-
Beth-Beth-Alef. Aan het einde van dat
woord ben je weer bij de Alef, bij God
zelf, die Ene.
Net als Jakob.