Romeinen 10:16-21 19-10-2010Â Â Presentatie
Woord vandaag
‘Er bestaat ook verschil in hoe er over de ‘goddelozen’ wordt gesproken
als je bij Petrus en Paulus kijkt?’
Bij Petrus lezen we in 2 Petrus 2:5,6:
…en de wereld van de voortijd niet gespaard heeft, maar Noach, de prediker
van de gerechtigheid, met zeven anderen bewaard heeft, toen Hij de grote vloed
over de wereld van de goddelozen bracht;
en de steden Sodom en Gomorra tot as verbrand, tot omkering gedoemd en tot
een voorbeeld gesteld heeft voor hen, die goddeloos zouden leven…
Hier lees je een dreigend gericht voor hen die goddeloos leven. Petrus spitst
zich in zijn brieven toe op de gelovigen uit Israël en is vooral van toepassing
op de situatie van hen tijdens de laatste jaarweek van Daniël 9:24-27.
‘Dat is wel anders dan Paulus ja, en die wereld van de voortijd, dat is de wereld
voor de grote vloed van Genesis 6-8?’
Noach wijst daarop, hij was een prediker van de gerechtigheid, dat werd geïllu-
streerd doordat hij de ark bouwde terwijl het nog nooit geregend had. Maar
hij had Gods woord gehoord, geloofde dat en handelde daarop. Hij ging niet
een groter huis bouwen of zich op welke manier dan ook ingraven in die
wereld, want hij wist dat het einde van die eon nabij was!
‘Dan is Noach een groot voorbeeld voor ons, wij die leven naar het einde van
deze boze eon toe, met voor ons de geweldige wegrukking van de gemeente
voor ogen.’
Zeker, wij gaan ons niet uitgebreid ingraven in deze aarde. Als je dat doet zeg je
in feite dat de Heer nog wel even weg kan blijven want je hebt het hier best
goed. Laten we Paulus’ woorden in ons hart opslaan en daaruit leven:
Want zelf verhalen zij van ons, hoe wij bij u ontvangen zijn en hoe gij u van de
afgoden tot God bekeerd hebt, om de levende en waarachtige God te dienen,
en uit de hemelen zijn zoon te verwachten, die Hij uit de doden opgewekt heeft,
Jezus, die ons verlost uit het komen van de toorn.
Woord vandaag
‘Wat is bij Paulus kenmerkend, in plaats van vergeving van zonden?’
Dat lezen wij in onder andere Romeinen 5:1,2 :
Wij dan, gerechtvaardigd uit geloof, hebben vrede naar God toe door
onze Heer Jezus Christus, door wie wij ook de toegang hebben verkregen
in het geloof tot in deze genade, waarin wij staan, en roemen in de
verwachting van de heerlijkheid van God.
Het geweldige is, dat Paulus, hier terugkijkend naar Romeinen 3 en 4,
aangeeft dat God ons rechtvaardig verklaart door het geloof van Jezus
Christus. Ook ons is geloof geschonken in de bevrijdende woorden van
het evangelie, dat spreekt van onze rechtvaardiging om niet in Zijn
genade, door de vrijkoping in Christus Jezus (Romeinen 3:24).
‘Ja, heel fijn, en wat betekent dan die rechtvaardiging?’
Dat God ons in Christus Jezus ziet als net zo rechtvaardig als Christus
Jezus zelf. Geen spoor van zonde(n) meer. Zó ziet God ons. Als we ons
dat bewust zijn -door geloof- dan wekt dat een buitengewoon diepe vrede
in ons hart. God is niet -en nooit meer- boos of toornig op ons!
‘He, wacht even, dat kan dus nooit meer teruggedraaid worden zoals dat
bij vergeving van zonden wel kan?’
Zo is het. Als God ons rechtvaardig verklaart door geloof (van Jezus Christus)
kan er niets mis gaan. Bovendien gaat er bij God niets mis. Nooit.
Hij heeft alles wat tegen ons kon getuigen weggenomen, want Christus Jezus
heeft alles voor ons gedragen. Met Hem is dat alles het graf ingegaan en uit het
graf kwam de levendgemaakte Eersteling van de nieuwe schepping. En omdat
wij in Hem zijn, zijn wij net zo onaantastbaar voor welke veroordeling dan ook.
Daarom schrijft de apostel van de natiën in Romeinen 8:
Wat zullen wij dan van deze dingen zeggen?
Als God vóór ons is, wie zal tegen ons zijn?
Hoe zal Hij, die zelfs zijn eigen zoon niet gespaard, maar voor ons allen
overgegeven heeft, ons met Hem ook niet alles in genade schenken?
Wie zal uitverkorenen van God beschuldigen?
God is het, die rechtvaardigt; wie zal veroordelen?
Christus Jezus is de gestorvene, wat meer is: de opgewekte, die aan de
rechter(hand) van God is, die ook voor ons pleit.
Woord vandaag
‘Het was verhelderend vond ik, wel voor mij als mens moeilijk voor
te stellen, dat wij straks boven de hemelen in dat grote heelal tussen
al die sterren zullen zijn.’
Toch geweldig, dat God ons die plaats in Christus Jezus te midden van
de hemelse krachten en machten geeft. Ongelooflijk. Wat een genade,
werkelijk overstromende genade van God. Wat verdrietig dat zoveel
christenen vandaag zo gericht zijn op het aardse en de dingen van deze
wereld. En dat terwijl wij voor de wereld gekruisigd zijn!
‘Het zit zo in ons mensen om gericht te zijn op aardse dingen, terwijl je
weet, dat Paulus ons zegt gericht te zijn op wat boven is, waar Christus is.’
Eén van de aspecten van het paulinische evangelie is, dat wij gerechtvaar-
digd zijn. Dat is wezenlijk anders dan vergeving van zonden of kwijtschel-
den van schuld zoals in Lucas 11:4 staat:
..en vergeef ons onze zonden, want ook wijzelf vergeven een ieder,
die ons iets schuldig is; en leid ons niet in verzoeking…
Dit is een deel van het koninkrijksgebed dat de Heer aan zijn discipelen
leerde. Het gaat daarin om vergeving van zonden; dat is, zoals we al eerder
uitgebreid hebben gezien, het voorrecht van een koning, die de slaaf die
tienduizend talenten schuldig was, kwijtschold.
‘Kan ik me herinneren ja. De koning kwam er later op terug. De slaaf werd
geslagen voor langere tijd.’
Het is dan ook iets dat bij het evangelie van het koninkrijk past.
Het evangelie dat Paulus verkondigde, spreekt van iets anders: genade, om
niet. Daarover morgen weer verder!
Woord vandaag
‘Paulus spreekt over een nieuwe schepping. Dat is verder dan wedergeboorte?’
Paulus spreekt er heel duidelijk over in 2 Corinthiërs 5:16,17 :
Zo kennen wij dan van nu aan niemand naar het vlees.
Indien wij al Christus naar het vlees gekend hebben, thans niet meer.
Zo is dan wie in Christus is een nieuwe schepping; het oude is voorbijgegaan,
zie, het nieuwe is gekomen.
Dit is een zeer duidelijke uitspraak. Het nieuwe ‘is gekomen’; dat wil zeggen
dat dat in het verleden gekomen is en vandaag geestelijk aanwezig is!
De apostel schrijft dat door God geïnspireerd. Een nieuwe schepping ligt
voorbij de oude. In de oude schepping vindt wedergeboorte plaats.
De Schrift ziet dat als een opnieuw geboren worden, een stijlfiguur.
‘Dus wij, als gelovigen in Christus Jezus, zijn voorbij de 1000 jaren en hebben
al deel aan de nieuwe schepping?’
Zeker, maar vergis je niet, wij hebben als gelovigen van het lichaam van
Christus geen deel aan de nieuwe aarde, en zelfs niet aan de nieuwe hemelen.
Bij dat laatste gaat het om de luchtlagen om de aarde heen, vanuit de Tenach
gezien. Onze positie en plaats is in het gebied bóven die hemelen: het op-
hemelse (Grieks: epouranion). De komst van de nieuwe hemel en de nieuwe
aarde betreft een grote verandering (door vuur : 2 Petrus 3:7,10,12,13).
‘Dus de verandering die bij ons geestelijk is voltrokken is diepgaander dan
de verandering van de hemelen en de aarde?’
Wij hebben de heilige geest van de belofte ontvangen, we zijn ermee verzegeld,
dat is het leven van God zelf, de geest van Christus. Dat wordt door Paulus ook
omschreven als een nieuwe schepping. Het betekent ook het wegdoen van het
vlees; wij kennen niemand meer naar het vlees, en daarom kunnen wij voorbij
zien aan wat ons stoort in de ander.
‘Zoals vaker gezegd wordt: naar de ander kijken zoals God naar de ander kijkt?’
Met ogen van liefde en genade. Dan kun je elkaar dragen zoals Efeziërs 4:1-3 dat
zegt. Genade is de kern van het evangelie van Paulus, en werkt in alles en door
allen heen. Gods genade alleen is kenmerkend voor het evangelie!