Opdat wij weten, wat God ons in genade schenkt!

31 januari 2017‘
Geweldig, hoe Hij was.’

Die gezindheid, die Hem kenmerkte, die zou
ook in ons zijn. Dat is Filippenzen. Die brief
laat ons zien wat het betekent om ootmoedig
te dienen in het lichaam van Christus. Zelf
leefde Hij dat voor toen Hij op aarde was.
Aan het einde van Gods plan van eonen
blijkt, dat Hij dat nog steeds is: ootmoedig.

‘Hij is wel de Koning van de koningen.’

Zeker, Hij is Heer over alles en Heer van al-
len. Geen twijfel mogelijk. Toch regeert Hij
niet ‘in eeuwigheid’ zoals zoveel opwekkings-
liederen enthousiast zingen. Want Hij zal re-
geren totdat Hij alle vijanden onder Zijn voe-
ten heeft, naar Psalm 110:1

‘Huh? Psalm 110?’

In de geweldige woorden van 1 Corinthiërs
15:25, ja, daarin klinkt Psalm 110 door.
Met het verdere licht van wat de apostel te
onthullen kreeg. Hij zal alle vijanden onder
Zijn voeten plaatsen. Dan zullen alle vijanden
onderschikkend zijn aan Christus; dan zijn zij
geen vijanden meer, maar verzoende vrienden.
En daarna blijkt de ootmoedigheid van Christus
Jezus opnieuw, wanneer ook Hij onderschik-
kend is aan Vader, opdat God zij alles in allen.

30 januari 2017
‘Prediker is boeiend en wijs.’

Wat de Prediker vaststelt, lees je terug in Romei-
nen. Paulus heeft dat natuurlijk grondig gekend.
Kijken we eens naar Prediker 7:20 :

want er is geen rechtvaardig man in de aarde
die goed doet en nooit zondigt

Kijken we naar Romeinen:

gelijk geschreven staat: er is niemand rechtvaar-
dig, ook niet één
                                             Romeinen 3:10

‘Tsja, dat is wat voor allen geldt.’

Allen die uit Adam voortkomen, behalve die Ene
Rechtvaardige. Die was echt zonder zonde:

…Jezus, de Zoon van God…Die in alle dingen,
gelijk als wij, verzocht/beproefd is geweest, zonder
zonde
                                              Hebreeën 4:15

…omdat ook Christus voor ons leed, ons een
voorbeeld nalatend, opdat jullie in Zijn voetstap-
pen navolgen, Die geen zonde deed, en er is
geen bedrog in Zijn mond gevonden…
                                            1 Petrus 2:21,22

‘De Schriften getuigen van Hem.’

Hij was op aarde geweldig, en ging Zijn loop-
baan met Vader. Daarvoor was Hij regelmatig
alleen op een eenzame plaats. Ergens terug-
getrokken, op een berg bijvoorbeeld. Om
met Vader alles te bespreken. Hij werd be-
laagd, bespot, gehoond, bespot; en Hij liet
het aan Zijn Vader over. Hij raakte niet ver-
bitterd, werd niet zuur. Hij was zachtmoedig
en ootmoedig van hart.

29 januari 2017
‘Nieuwe gezichtspunten.’

De Schrift verklaart zichzelf. Als je de gegevens
met elkaar in harmonie kan zien. Dan is het niet
moeilijk, alleen moet je het gaan zien. Je ogen
moeten geopend. Daarom spreekt Efeziërs 1:18
over de ogen van het hart, die verlicht worden.
Dan gaat het over de hoogste waarheden.

‘Ervaring van kwaad verootmoedigt.’

Dat is een gegeven in deze oude schepping.
We gaan door moeilijke perioden heen in ons
leven. Daardoor worden we ootmoedig. We ont-
dekken, dat we niet alles zelf voor elkaar kunnen
krijgen. Alles wat we doen, het is niet volmaakt.
We ontdekken steeds meer –als gelovigen- dat
we niets van onszelf hebben, maar dat alles van
God moet komen.

‘Maar Prediker is toch niet alles?’

Nee, koning Salomo constateerde, dat de mens
verootmoedigd wordt door God. Die geeft een
ervaring van kwaad aan de mens. Maar het is
dezelfde God, die zegt:

wij weten nu, dat God, alles doet samenwerken
tot het goede van hen die God liefhebben
                                              Romeinen 8:28

Het is de God, die liefde is, die achter alles zit,
uiteindelijk. En die het alles zal doen uitlopen in
het goede – voor iedereen.

28 januari 2017
‘Wat is het antwoord?’

Er staat een deel van het antwoord in Prediker
zelf. Het is het eerste hoofdstuk al:

het is een ervaring van kwaad die God aan de
zonen van Adam gegeven heeft, om hen daarmee
te verootmoedigen                    Prediker 1:13,14

De Prediker, koning te Jeruzalem, had zijn hart
erop gezet te onderzoeken en na te vorsen in
wijsheid al wat onder de hemelen gedaan wordt.

‘Wie is die Prediker eigenlijk?’

Salomo. De meest wijze koning, hoewel we
bedenken: hij is een type van onze Heer Jezus
Christus. Wanneer we Prediker 1 lezen, de woor-
den die de samenroeper zegt, dan klinkt er iets
bijzonders doorheen. Woorden van Salomo, ja.
Alleen –in hoogste toepassing- zijn ze van onze
Heer zelf.

‘Nooit zo gezien.’

Misschien toch niet zo moeilijk. Prediker 1:1
zegt het eigenlijk al:

de woorden van de Prediker, zoon van David,
koning in Jeruzalem

En in Mattheüs 1:1 lezen we:

de boekrol van het geslacht van Jezus Christus,
Zoon van David, Zoon van Abraham

Toen de Heer Jezus opgroeide heeft Hij onge-
twijfeld geconstateerd wat Prediker ook al zei.
Net als de Prediker nam Hij toe in wijsheid:

en de kleine jongen groeit op en werd sterk in
geest, vervuld met wijsheid, en de genade van
God was op Hem.                        Lucas 2:40

Zodat Hij later kon zeggen:

Zie! meer dan Salomo is hier!
                                             Mattheüs 12:42

27 januari 2017
‘God zelf geeft dus je dagen en ervaringen.’

Uiteindelijk wel. We zagen gisteren hoe Prediker
spreekt, vandaag volgt meer. We lezen in 6:1,2 :

Er is een kwaad onder de zon dat ik gezien heb en
het ligt groot op de mensheid.
Een man, aan wie God rijkdom, bezittingen en eer
geeft, heeft voor zijn ziel geen gebrek aan al wat hij
verlangt, maar de Ene, God, geeft hem geen kracht
ervan te gebruiken. Omdat iemand anders, een on-
bekende, het eet.
Dat is ijdelheid. Een pijnlijk kwaad is het.

‘Merkwaardig toch.’

We rekenen niet zo. Meestal zien we dit als ‘toeval’.
Wel tragisch voor zo’n rijk mens, maar wel toeval.
Dit vers in Prediker spreekt niet over toeval, maar
over God (Alueim of Elohim). Die ene man, wie is
dat? Job? Je zou het zomaar kunnen vermoeden.
Het zegt wel iets over een bepaalde periode in het
leven van Job, waarin God de satan toestaat alles
van hem af te nemen. En de rijke Job wordt arm.

‘Zoiets beleed hij wel.’

Job zei in elk geval wel:

IEUE (Ik ben) heeft gegeven, en IEUE (Ik ben) heeft
genomen, de Naam van IEUE zij gezegend! Job 1:21

Dat is het geloof van Job. Hij zag dat alles uiteinde-
lijk uit de hand van God hem toeviel. De beschrijving
is, dat de tegenstander hem dat aandeed, en dat dat
gebeurde onder de toelating van God. Anders had de
satan die mogelijkheid niet gehad. In deze verzen van
Prediker lezen we twee keer het woord kwaad. En het
geeft aan, dat God die rijke de kracht ontneemt om
iets van de rijkdom te gebruiken. Dit is iets, dat God
doet in Zijn plan. Waarom? Roepen wij. Morgen lezen
we het verrassende antwoord in Prediker.