18 september 2017
‘Gods plan betreft iedereen.’
Gods hart is groot genoeg voor ieder-
een. Niemand gaat definitief verloren.
Het omkomen (Grieks: apolummi) is
ook met verloren gaan vertaald. Ner-
gens kom je tegen, dat iemand/iets
voor altijd, voor eeuwig verloren gaat.
‘De verloren zoon kwam terug.’
Zo was het ook met Saulus van Tar-
sus. Die was op weg, heel fanatiek,
vervolgde de gelovigen. Ook hij was
‘in een ver land’ buiten Israël waar
de wet niet gold. Die was op dat mo-
ment ook verloren als het gaat om
de roeping en de dienst aan God.
‘Ook Jakob ging weg.’
God bracht Jakob via Pniël terug. Net
zoals Jakob het aangezicht van God
‘zag’, zo zag Saulus het aangezicht van
God. Doordat hij Christus ontmoette.
Jakob was niet langer ‘verloren’ in Sy-
rië (bij oom Laban) en Saulus was óók
niet meer ‘verloren’ in Syrië. Zo kon
God hen in genade redden en roepen.