Woord vandaag

‘Diepgaande boodschap die wij deze dagen overdenken. Je denkt
aan goede vrijdag!’

Waarom zouden we alleen dan nadenken over de dood en opstanding
van onze Heer? Het hele jaar door staan we daarbij stil, als het goed is.
We lezen steeds over het kruis, gelukkig niet alleen op goede vrijdag.
Daardoor worden we steeds gewezen op het grote en beslissende ge-
beuren dat toen plaatsvond. Zijn werk  is, niet het onze. De grote ver-
zoening die daar tot stand werd gebracht, is definitief.

‘Je hoort sommigen opmerken, dat te vaak de naam Paulus klinkt,
alsof hij belangrijker wordt geacht dan Jezus zelf.’

De naam van de apostel moet regelmatig genoemd om het unieke
van Zijn bediening naar voren te brengen. Kern van die bediening
is (de uitwerking van) het kruis en de opstanding van Christus. We
zouden daarbij stilstaan en dat overwegen in ons hart. Door het kruis
wordt een einde gemaakt aan alle vleselijke strijd, verschillen, speelt
bloed(band
) ten diepste geen rol meer als het gaat om de geestelijke
dingen, en het lichaam van Christus.

‘Bij Israël speelt vleselijke afstamming, je familielijn juist wel een hele
belangrijke rol.’

Paulus noemt zijn vleselijke voorrechten in Filippenzen om daarna er-
van te zeggen, dat hij schade en drek achtte. Verwerkt. Vuilnis. Het mag
met de vuilniswagen mee. Al wat hij had en zich op kon beroemen naar
het vlees: weg ermee! Trekken we die lijn door in de ekklesia die het li-
chaam van Christus is, dan constateren we, dat -in tegenstelling tot het
aardse volk Israël- bloed en vlees geen rol kunnen spelen. Erfopvolging
bestaat niet, God zet geestelijke mensen in in de gemeente.

‘Er zijn wel voorbeelden te noemen waar het wel bijna automatisch in
de familielijn doorgaat (Schuller, Maasbach).’

Ja, dat gaat wel vaker zo. Maar het is geen atomatisme, want het evangelie
maakt een einde aan menselijke zaken, het vleselijke moet verdwijnen en
het geestelijke op de voorgrond komen en blijven. Alleen dan kan het evan-
gelie verder gedragen worden. Altijd, daar waar vlees de overhand krijgt, gaat
het verbrokkelen, afbrokkelen. Tegenwerker zit immers niet stil, en werkt
het hardst onder gelovigen. Allerlei wind van leer. Menselijke filosofie. Het
zijn allemaal ‘aanvallen’ die de rust en eenheid van gelovigen willen versto-
ren. De Heer zal zelf zorgen voor Zijn ekklesia, die een eenheid is. Laten wij
die bewaren in de band van de vrede!

Woord vandaag

‘Bijzonder toch, die vrede van God uit. In de wereld zie je wel wat
anders gebeuren!’

Ja, dat is wat mensen mensen aandoen. En zeer zeker aangestuurd
door machten van de duisternis. Het moet allemaal uitlopen op de
grote confrontatie tussen de wetteloze en de Heer zelf. Hij zal dan de
shalom, de vrede brengen aan Israël. En daaruit zal zich dat gaan uit-
breiden over de wereld. de volkeren zullen kunnen delen in de zegen
van de Messias Yeshua.

‘Is dat dan ook de diepgaande vrede waar Paulus over schrijft in Efeziërs
en Kolossenzen?’

Die vrede gaat dieper. Die gaat tot in de diepste kern van de mens. Het hart
wordt gereinigd door geloof, en de geest ontvangt de geest van God als het
om leden van het lichaam van Christus gaat. Die leden ontvangen de diepe
vrede in het hart, als het goede nieuws van de verzoening vanuit God tot
hen doordringt. De vrede met God die daaruit voortvloeit, kan alleen be-
werkt worden door Zijn geest in de innerlijke mens.

‘Deze vrede is er door het bloed van Zijn kruis.’

Jawel, dat is een uiterst diepgaande boodschap, het kruis, de schande, de
openlijke verwerping door de mens, maakt in zijn geestelijke toepassing
een einde aan de trots van de mens. De menselijke trots, die zo krenkend
is naar God toe, wordt door het kruis beëindigd. Want dáár werd de oude
mens medegekruisigd. De oude, met al zijn vleselijke trots, zijn eigen wil,
zijn eigen kunnen; er is een einde aan gemaakt.

‘Deze boodschap wordt door velen dus niet gewaardeerd.’

Dit is een van de -voor velen verborgen- redenen, waarom heel wat mensen
na verloop van tijd Paulus verlaten. De boodschap van het kruis wordt ner-
gens zo diep als bij deze apostel bekendgemaakt. Maakt een einde aan het
vlees -al dan niet vroom- en dat is niet prettig voor de mens. Er blijft namelijk
niets van het menselijke vlees over. Omdat het vlees is weggedaan, is er diepe
vrede. Want vijandschap zit in het vlees, onvrede. Laten wij ons verheugen
over de uitwerking van het kruis! De Opgewekte en Verheerlijkte zit in volko-
men rust aan Gods rechterhand. Het is vrede!

Woord vandaag

‘Mooi, dat David een voorbeeld is van Hem die komen zou.’

David was poeet en profeet. Hij was drie keer gezalfd; dat zou heel goed
kunnen verwijzen naar het drievoudige: koning-profeet-priester. We
zien daarin de betekenis van de zalving door heilige geest van Hem, die
de vervulling is van zoveel typen en beelden: de Heer Jezus Christus.
Het is geweldig om te zien ‘al wat in de Schrift op Hem betrekking heeft’.

‘Toen de Heer met de Emmaüsgangers opliep legde Hij hun ook de Schriften
uit en liet hen zien wat Hem betrekking heeft.’

Ja, en dan wordt het: al wat in de Profeten en de Psalmen en Geschriften van
Hem spreekt duidelijk. Heel bijzonder, heel het woord van God spreekt
van deze geliefde Zoon. Van de Alfa tot de Omega is hij het, die door heel het
woord heen bedoeld wordt. En hij is dan fysiek aanwezig bij Kleopas en zijn
vriend, maar geestelijk gezien is Hij nu al aanwezig te midden van de ekklesia
die Zijn lichaam is.

‘Heerlijk evangelie: Hij is onze vrede, die beide één heeft gemaakt.’

Ja, dat wordt gezegd van Christus Jezus in Efeziërs 2. Mooi te lezen, dat
twee groepen gelovigen met elkaar verzoend zijn door Zijn werk. Het is
een fijne  zaak, dat die twee, door Zijn werk aan het kruis  tot één nieuwe
mensheid zijn gevormd. Het is het evangelie en steeds wordt de vrede
die eruit voortvloeit, benadrukt. God heeft vrede gemaakt in het bloed
van het kruis van Christus, is de machtige boodschap van Kolossenzen 1.

En op basis daarvan verzoent Hij het al met zichzelf, hetzij wat in de heme-
len, hetzij wat op de aarde is!


Woord vandaag

‘Wel boeiend, die geschiedenis van David!’

Hij was de man naar Gods hart. God koos hem, niet omdat hij zo’n
beste was, maar omdat God juist hem wilde voor het blijvende koning-
schap over Israël. Saul was niet de eerste koning, dat was Abimelech
(Richteren 9). Saul was de keus van de mensen, uit de stam Benjamin.
Zijn koningschap is een uitbeelding van de heerschappij van de wet,
het oude verbond.

‘En David was Gods keuze, hij was schaapherder, dat zegt ook Psalm 78:70.’

Fijn dat je dat even aanhaalt, Psalm 78 is een hele boeiende van Asaf,
daar staat:

Hij verkoos Zijn dienaar David
en haalde hem bij de schaapskooien vandaan

Juist dat aspect van herder zijn maakte David geschikt voor het koning-
schap over Israël. God had dat vanzelfsprekend zo geregeld, dat David
bij de kudden van Isaï zou zijn. Anders dan Saul, die uit was op eer van
mensen en niet omzag naar het volk. Door de ’training’ die David bij de
kudden kreeg, was hij erop bedacht ook om te zien naar de leden van
het volk, want een koning hoort ook herder te zijn!

‘We zijn bijzonder gezegend, dat we weet hebben deze machtige profetiën.’

De zoon David bleek de achtste te zijn. Nadat er zeven voorbij waren geko-
men bleek juist de achtste de geschikte, de keuze van Jahweh te zijn. Deze
is een verwijzing naar de komst van een nieuwe schepping, want de zeven
vertelt van Gods werk in deze (oude) schepping. Als je voorbij deze oude,
voorbij de zeven bent, kom je bij de achtste, een nieuw begin, een nieuwe
schepping uit. Heel deze geschiedenis vertelt dat; zalving heeft te maken
met opstanding uit de dood en de hoorn spreekt van blijvend koningschap.

‘Ja, bijzonder dat Saul door olie uit een kruik tot koning gezalfd werd.’

Ja, de kruik spreekt van het vergankelijke, het kwetsbare, het voorbijgaan-
de van deze oude schepping. Een aarden kruik is een type van het menselijk
lichaam, dat afgebroken wordt. Bij Saul spreekt het van zijn voorbijgaande
koningschap. ‘De kruik gaat net zolang te water tot hij barst’ zegt een beken-
de Nederlandse uitdrukking. En de gebarsten kruik spreekt van de mens
die inmiddels gestorven is. Maar: de verwachting van 1 Corinthiërs 15:22 is
er en die zal te Zijner tijd ook vervuld worden –> levendmaking van allen!

Woord vandaag

‘Het blijft zo geweldig vind ik, die liefde van God. En dat niet
alleen voor ons als gelovigen, maar voor alle mensen.’

Paulus is er, net als Johannes, vol van. Zijn evangelie is doordrenkt
van de liefde van God. De agapè die niet zichzelf zoekt, niet verbitterd
is, die blij is met de waarheid. Zo is de Heer zelf. Toen Hij op aarde wan-
delde, liet Hij die liefde zien. Hij was veracht, niet door de mensen ge-
acht. Hij was bewogen met de zondaren die Hij ontmoette. Hij wordt
prachtig uitgebeeld in de barmhartige Samaritaan, die niet voorbij
kon gaan aan de de mens die langs de kant van de weg lag.

‘We zijn zeer gezegend met dat evangelie dat de Heer aan Paulus gaf.’

Daarin wordt in de kern gesproken van Gods liefde. God bewees Zijn
diepe liefde, in dat Christus, toen wij nog zondaren waren, voor ons
stierf. Dat getuigt van een hart, dat liefheeft. In ons als zondaren was
niets, waardoor God ons moest accepteren. Hij aanvaardde  ons om-
dat Hij ons altijd al lief had. Wij zijn gered, want het hart van God ging
naar ons uit. Hij nam het initiatief, niet wij!

‘Ja, Hij stuurde Zijn Zoon naar de mensen die niet om Hem vroegen.’

Een hart dat zoiets doet, is vol van een liefde die bij de mens van zichzelf
uit niet aanwezig is. In Romeinen 5:5 staat, dat God Zijn liefde in ons hart
uitgegoten heeft door Zijn heilige geest. Daarom maakt de geweldige ver-
wachting die wij hebben, ons niet te schande. Gods hart, dat klopt van
liefde voor allen, zorgde ervoor dat die liefde in ons hart kwam wonen.
En daarom beseffen wij, dat niets ons scheiden kan van Zijn liefde!

‘Ja machtig he, dat Romeinen 8 blijft een geweldig evangelie!’

Wat ons ook overkomt, het kan ons niet scheiden van Zijn liefde in
Christus Jezus. Wat je kan overkomen -Romeinen 8 noemt van alles-
de triomf, de overwinning van God is, dat het ons niet kan scheiden van
Zijn liefde! Zelfs als het de dood is, of het leven (met alles wat daarin kan
gebeuren), of boodschappers of overheden, krachten, het tegenwoordige
of toekomstige of enig andere schepping: het kan ons niet scheiden van
Zijn liefde!