Woord vandaag

‘Wel een waar woord gisteren, het snijdt in het vlees van de mens.’

Zeker, God maakt een keer een einde aan -ook het laatste restje- menselijke
hoogmoed. Dat werkt Hij uit, opdat alleen Zijn Naam verheerlijkt wordt.

Het is beter met nederigen laag van geest te zijn,
dan de buit met hoogmoedigen te delen.

Door de woorden van Jahweh wordt een mens verootmoedigd, als het goed
is. Bij Israël leidde het tot een positie, dat zij zich verheven voelde boven de
andere volkeren. Paulus schrijft in Romeinen 2:17-23:

17 Zie, u wordt Jood genoemd. U steunt op de wet en roemt in God,
18 en kent Zijn wil en onderscheidt wat wezenlijk is, omdat u uit de Thora
bent onderwezen.
19 En u bent van uzelf overtuigd dat u een gids voor de blinden bent, een
licht voor hen die in duisternis zijn,
20 een opvoeder van onverstandigen, een leermeester van jonge kinderen,
omdat u in de wet de belichaming van de kennis en van de waarheid hebt.
21 U dan die een ander onderwijst, onderwijst u uzelf niet? U die predikt dat
men niet stelen mag, steelt u zelf?
22 U die zegt dat men geen overspel mag plegen, pleegt u zelf overspel? U die
de afgoden verfoeit, pleegt u zelf tempelroof?
23 U die in de wet roemt, onteert u God door de overtreding van de wet?

Dat zijn heldere woorden, door God geïnspireerd. Geen enkel argument
blijft voor het volk nog over. Paulus stelt dan ook in het volgende hoofdstuk
vast, en dat door citaten uit Tenach, dat alle mensen zonder onderscheid
zondaren zijn en geen enkel excuus hebben. Dat had Israël kunnen doen
afstappen van hun positie en alsnog licht voor heidenen kunnen doen zijn.

‘Maar dat gebeurde niet. En zo ging het heil naar de heidenen via Paulus.’

Israël zal alsnog de ‘buit’ met ootmoedigen delen, geestelijk gezien. Zij zullen
in de komende dag van Jahweh het heil vanuit de Thora onderwijzen onder
het nieuwe verbond. God zal dan met Zijn geest Zijn onderwijzing in hun har-
ten (nu van vlees en niet langer van steen) schrijven en zij zullen de spits van
de volkeren zijn. Dat zullen zij doen onder hun Messias Jezus!

Woord vandaag

‘Nou het is heel wat, wat je in Spreuken allemaal tegenkomt. Ik ben er
blij mee!’

De volgende, van vers 18, klinkt zo:

Trots komt vóór afbreking,
en hoogheid van geest vóór de val.

‘He dat staat toch we anders dan in de vertaling!’

Deze spreuk kennen we in ons spraakgebruik wel. Als mensen trots zijn
op wat zij bereikt hebben of kunnen en daarover opscheppen, dan is vaak
de afbraak van wat bereikt is, nabij. Soms ook jaren later. Overbekend voor-
beeld is Nebukadnezar, die zich beroemde op Babylon, alsof hij dat allemaal
tot stand gebracht had (Daniël 4), maar moest 7 tijden gras eten bij de die-
ren van het veld.

‘De geschiedenis is duidelijk. Zo gaat het vaak onder mensen.’

Meestal vergeet een mens in zo’n bui, dat hij of zij alles wat men heeft kunnen
doen, van God ontving. Elke ademhaling die wij doen, is omdat Hij ons dat
geeft. Hij vormt alle harten en bepaalt welke positie iemand in het leven
kan bereiken. Nebukadnezar loofde de God van de hemel nadat zijn verstand
in hem was teruggekeerd. Hij erkende, dat die God, die van Israël, de enige
God is, die koningen aanstelt en weer afzet.

‘Men zegt weleens, dat hoogmoed de klassieke zonde van de mens is.’

In elk geval speelde de slang daar aardig op in bij Eva, die meende dat de ver-
boden vrucht begeerlijk was om verstandig te worden, goed en kwaad te
kennen en als God te worden. Dat slangentruc lukte wonderwel, met alle
enorme gevolgen die dat had. Uiteindelijk wat het Gods plan en kon God
door alles heen -ook menselijke hoogmoed- Zijn Naam verheerlijken en
Zijn liefde bekendmaken! Want de Verlosser moest komen! God echter,
bewijst Zijn liefde voor ons, doordat Christus, toen wij nog zondaren waren,
voor ons stierf! Vader wekte Hem op en nu zal alles naar God terugkeren!

Woord vandaag

‘Tsjonge, dat van gisteren. Daar had je weer zoiets. Die verbanden in de
Schrift he. Heerlijk!’

We laten ons leiden door de Schriften, wat God spreekt. Dan blijf je dicht bij de
Bron van het woord en het leven. We vervolgen onze wandeling door Spreuken:

de gebaande weg van oprechten is zich af te keren van het kwade:
wie zijn weg in acht neemt, bewaart zijn ziel (Spreuken 16:17)

De ‘gebaande weg’ is letterlijk: de hoge of verhoogde weg. De oprechte is hij die
wijsheid heeft in plaats van goud (vers 16), het gaat om degene die gelooft en door
het Woord wijsheid heeft ontvangen. Het kwade is dat wat afwijkt van de onder-
wijzing van Jahweh. Dat woord horen en ter harte nemen doet je wijken van het
kwaad. Die les is al zo oud als de mensheid zelf. Eva luisterde naar de slang en
werd afgeleid van de woorden van God. Daardoor deed zij wat kwaad was in de ogen
van Jahweh. Adam volgde, want de slang wist het principe: via de vrouw benader
je de man het best.

Kan ik hieruit concluderen, dat onoprechtheid te maken heeft met afwijken van
de woorden van Jahweh?’

Zeker. Als Israël oprecht met Jahweh wandelt, is dat gevolg van het horen van Zijn
woord met geloof. Daar waar Israël afweek, was het niet oprecht meer met God.
Wie dus let op de weg die hij gaat, zal zijn ziel bewaken (Hebreeuws: sjamar). Je voet
zal niet afwijken naar links of rechts, als je verstandig acht slaat op de woorden van
Jahweh. Met de wijsheid van God in je hart wandelen: dát bewaakt je ziel. Dan ga je
niet langer kromme, maar rechte wegen – oprecht met God.

‘Heerlijk, om zo de Schriften te overwegen, ermee bezig te zijn.’

Onze wandel zou deze dagen bepaald worden door de wijze woorden van de apostel
Paulus, die sprak van een genade, die daarvoor niet bekend was gemaakt. Mensen
raken daardoor de tradities en religie kwijt en er komt in plaats daarvan vreugde in
het hart, een vreugde die blijft. Dan gaat je hart ook zingen en kom je als gelovigen
samen tot hetzelfde geluid: genade en verzoening, om niet, gratis, en dat geeft een
wandel in vrede met je omgeving, van de diepe vrede -door Christus- met God.

Woord vandaag

‘Het blijft mij wel boeien, in deze tijd moet je steeds snel veranderen,
anders haken mensen af, maar Gods woord verveelt nooit.’

De woorden van de wijze koning Salomo zijn er om wijs door te worden.
Daarom blijft het boeien en vult het je hart. Ook deze is bijzonder:

Hoeveel beter is het verwerven van wijsheid dan fijn goud,
en het verwerven van inzicht is verkieslijker dan zilver!

Wijsheid. Veel mensen zoeken ernaar. Willen graag weten wat wijsheid is
in de gegeven situatie en omstandigheden. Je kunt veel goud bezitten en
heel erg veel moeite doen om dat te verwerven (Hebreeuws: qanah), maar
als je wijsheid ontbreekt daar goed mee om te gaan ben je het zo weer kwijt.
Salomo liet veel goud naar Israël komen, hij spreekt uit ervaring. Niette-
acht hij de wijsheid (Hebreeuws: chokmah) van veel groter belang.

‘Maar er werd toch veel goud in de tempel verwerkt?’

Jawel, dat moest omdat goud het duurzaamste edelmetaal is, het spreekt
typologisch van de blijvende dingen, het eeuwige, zo je wilt. Het spreekt
in elk geval van het opstandingsleven van Christus, dat per definitie on-
eindig is. Als het gaat om het evangelie zoals Paulus dat bracht, spreekt het
van de Godheid van God, dat Hij alles in Zijn hand heeft en alles voortleidt
naar Zijn plan. Niemand kan tegen Gods bedoeling ingaan.

‘Dat is de bijzondere wijsheid, die God aan Paulus gegeven had, om het zo
te kunnen schrijven.’

Met wijsheid heb je ook inzicht, daarom bidt de apostel ook om de geest van
wijsheid en onthulling in erkenning van God. Salomo bezat bijzondere wijs-
heid en inzicht, hem gegeven in een droom, in het verborgene dus. Paulus
had inzicht in de verborgen wijsheid van God (1 Corinthiërs 2:7-10), van voor
de eonen. Daarom kon hij als enige spreken van Gods plan van eonen. En die
wijsheid is inderdaad beter dan fijn goud en dat inzicht is veel beter dan het
het zilver van deze wereld!

‘En hoe werkt dat dan praktisch uit?’

Als je deze wijsheid van God leert kennen, heb je rust en vrede in alle situ-
aties van je leven, wat er ook gebeurt. Je kunt dan tranen hebben (het scha-
kelt je emoties niet uit!), maar diep in je hart leeft dat besef: God zal alles
doen meewerken tot dat wat Hij goed acht. Het loopt uit op: redding, genade,
verzoening, heerlijkheid. Wij worden gelijkvormig gemaakt aan het beeld
van de Zoon. Wat een genade!


Woord vandaag

‘Mooi was het gisteren, de koning die boodschappers stuurt en de wijze
man die bescherming vindt.’

Ja, en vandaag gaat het in tegenstelling tot gisteren over een koning die
de mensen goed gezind is. Als een soort verademing na vers 14. Vers 15:

In het licht van het gezicht van een koning is leven,

zijn welgevallen is als een wolk met late regen.

Licht is per definitie de voorwaarde voor leven. Vandaar dat het licht van
het gezicht van de koning leven voor onderdanen betekent en zijn woede
de dood. Het aangezicht van de koning! Als dat licht weerspiegelt, betekent
het leven voor het volk. De koning zou herder van zijn volk zijn, de tragiek
in de geschiedenis van Israël is, dat er vele ‘slechte’ koningen waren en dus
ontbrak er licht!

‘De koning zou eigenlijk een type van God zelf zijn?’

In feite wel. Ideaal gesproken had het volk door de koning iets van God kun-
nen zien. Dat gebeurde nauwelijks (Hizkia, Josia), en daarom was het wachten
op de grote Koning, de Messias, die alle typen zou doen verbleken: Christus!
David loofde God, de God van Israël, en Hij sprak de bijzondere woorden:

Want U hebt mijn ziel gered van de dood,
– hebt U niet mijn voeten voor struikelen behoed? –

zodat ik voor Gods aangezicht zal wandelen

in het licht van de levenden

Vergelijk:
Gods aangezicht – licht – leven
licht – aangezicht van de koning – leven

‘Prachtig! Als Israël wandelt voor het aangezicht van de Messias, dan hebben
zij het ware licht en zullen leven!’

Zoals een dikke wolk op het juiste moment water en dus een goede oogst
geeft, zo is het aangezicht van de koning met licht, dat leven schenkt, en let-
terlijk betekent dat: onderschik je aan de koning en je zult leven in het licht!
Want dan heb je zijn welgevallen, en dat werkt als de late regen. Zo zal heel
de mensheid eens onderschikken aan Christus Jezus, en dat is tot eer van God,
de Vader!