Woord vandaag

‘We zijn echt begenadigde mensen, als we beseffen, dat we alles van God ont-
vangen, het is alles uit en door en tot Hem.’

Uiteindelijk kom je als mens daar bij uit. God heeft alles gemaakt, alles geschapen,
en dat met een bedoeling. Er bestaat niet iets voor niets. Hoe nietig het ook lijkt in
Zijn schepping, het heeft allemaal een bedoeling. Eén bedoeling moet je dan zeggen.
Het moet uiteindelijk leiden tot lof en eer van Hem. De heerlijkheid van God stond
de Heer Jezus voor ogen, in alles wat Hij deed. Hij sprak geweldige woorden, woorden
die Hij van de Vader hoorde.

‘Ja, als we daar over nadenken, kunnen we alleen in stille verwondering luisteren en
kijken naar Hem, die door de heilige geest verwekt was bij de maagd Maria.’

En Hij werkte de werken die Hij van de Vader zag. Hoe dat precies gewerkt heeft, we-
ten
wij niet. Het waren de werken van barmhartigheid, zo ging Hij als de Barmhartige
Samaritaan rond. De geweldige gelijkenis in Lucas 10 gaat in feite over de Heer zelf.
Niet te missen. Niet wij, maar Híj ís de barmhartige Samaritaan. De mensheid lag
dood te gaan langs de weg van Jeruzalem naar Jericho. En daar kwam Hij, afgedaald
uit enorme heerlijkheid, als mens, naar de mensheid. Als Redder. De Zoon van Adam
kwam om te zoeken en te redden wat verloren was. Geweldig he.

‘Je kunt je alleen maar stil verwonderen over die liefde.’

Wat had de mensheid gemoeten zonder Hem? Hij kwam als de grote Losser, de
grote Goèl, om de mensheid los te kopen, vrij te kopen. En dat ís gebeurd. Heel
bijzonder, dat Hij de
zonde van de mensheid op zich nam. Er was namelijk niet
één die goed was, ook niet tot één toe. Daarom kwam Hij, om als de laatste Adam
gerechtigheid te doen en zo de mensheid te redden van zonde en dood. En dat
werk ís volbracht. Toen de moeilijkste uren kwamen, sprak Hij in Zijn gebed:
‘Vader, verheerlijk Uw Naam!’

‘Daaruit kun je zien, dat Hij zich schikte naar wat Vader wilde.’

Welke weg het ook zou zijn, Hij wilde alleen Vader verheerlijken. Dwars door de
nacht heen ging Hij naar Golgotha. Daar denken wij niet alleen op goede vrijdag
aan, maar ook de rest van het jaar – zo mag ik hopen. In die donkerste uren, ging
Hij in gebed, Hij zocht Vader en zag als mens enorm tegen het lijden op. Hij was
niet angstig, want Hij
wist exact wat gebeuren zou. Mensen hebben angsten, om-
dat zij onwetend zijn wat er morgen of in de toekomst gaat gebeuren. De Zoon wist
echter precies wat er met Hem zou gebeuren. Hij keek er dwars doorheen, omdat
Hij wíst, dat Vader Hem zou opwekken uit de dood. Dat had Vader beloofd, Hij had
het tot vier keer toe tevoren aangekondigd aan Zijn discipelen. Omdat Hij mens was,
zag Hij op tegen het lijden, Hij schrok er als natuurlijke reactie van terug. Maar in
gebed in Gethsemane kwam de natuurlijke vrees voor het lichamelijke lijden in volle
hevigheid, maar Hij vertrouwde niettemin Vader, en gaf zich over aa
n de wil en de
bedoeling van Zijn God en Vader.

Woord vandaag

‘Wat een geweldig zicht krijg je op je toekomst in het evangelie naar Paulus!’

Heel bijzonder. Steeds weer ontdek je dat dat je echt vreugde in je hart geeft. Hij zal
vervullen wat Hij beloofde, óók als het gaat om de hemelse toekomst en bediening
van het lichaam van Christus. Heerlijk, hoe we ons daarin kunnen verheugen. En
al wat op ons af komt: we hebben de verzekering, dat God alle dingen doet samen-
werken tot het goede, naar Zijn plan. Dat is nu al het zekere weten van hen die naar
Zijn voornemen geroepenen zijn.

‘Zo kun je als gelovige in het leven van alledag staan en blijven staan.’

Door die verwachting heb je kracht om verder te kunnen. Dag aan dag. In jonge ja-
ren heb je misschien het idee de wereld aan te kunnen, maar als je wat verder komt,
ontdek je hoe langer hoe meer dat God het is, die alles geeft en ook moet geven, want
uit jezelf lukt het allemaal niet. Je eigen energie raakt op en je merkt, dat je extra
kracht nodig hebt. Als je leeft door de geest van God geleid, heb je wel vermogens om
de dingen van het leven, ook de heel moeilijke, aan te kunnen. Het is een bijzondere
troost en bemoediging, steeds weer, te beseffen dat God draagt en je niet aan je lot
overlaat.

‘Abraham en Sarah leefden ook door geloof in de beloften van God.’

En dat voorbeeld volgen wij na, zeker als wij gaan ontdekken dat alles genade van
God is, het feit dat je dagelijks kracht hebt om op te staan is genade van God. Het
feit, dat je dagelijks zoveel ademhalingen kunt doen als nodig is, is genade van God,
dat je Hem mag kennen: het is genade van God. Heerlijke waarheden van het evan-
gelie: als we ze in ons hart hebben, dan is dat genade van God. Alles komt van Hem!

‘Het is eigenlijk genade, dat wij genade hebben ontvangen en er iets van mogen ver-
staan, begrijpen met ons hart.’

Straks, als we bij Heer zijn, boven, zullen we erkennen, dat Hij alles bewerkte. Dat
het louter en alleen Zijn genade is, dat wij zijn waar wij nu zijn en dat wij dan bij Hem
zijn. Overal licht, totaal geen duisternis meer te bekennen, ons hart wordt nu al ver-
licht door de kennis van de heerlijkheid van God in het aangezicht van Christus Jezus.
Wat een enorm voorrecht hebben wij in genade mogen ontvangen! Hem zij dank!

Woord vandaag

‘Zeg, is dat van die hemelse roeping van het lichaam van Christus niet wat
al te fantastisch?’

Oh nee, God belooft het en zou voor Hem iets te wonderlijk zijn? Zou het voor Hem
teveel zijn om leden van het lichaam van Christus zó te veranderen, dat zij aange-
past zullen zijn aan hun hemelse omgeving? Dat zij zullen kunnen communiceren
met de hemelingen om hen evangelie bekend te maken? Om hen Gods veelvuldige
wijsheid te tonen? Om hen te vertellen, wat God in Zijn genade aan ons gedaan heeft?
Zou dat voor God te wonderlijk zijn?

‘Nee, dat denk ik niet. Als God het belooft, doet Hij het ook.’

Dat zouden wij gewoon geloven, en daar is niets mis mee. Abraham geloofde ook
tegen alle (rationele) verwachting in dat God ging vervullen wat Hij beloofd had.
Het is bijna niet te geloven dat God zulke plannen met ons heeft. Als je goed naar
jezelf kijkt, stel je eigenlijk niets voor. Misschien spartel je wat door het leven heen,
en heb je soms wat te hoog gedacht van jezelf. Daar helpt God je wel van af.
Uiteindelijk kom je uit bij het feit, dat je in alles van God afhankelijk bent. Geen
eigen inspanning zal ertoe leiden, dat je uit de dood zal opstaan te zijner tijd.
Vader zal je opwekken.

‘Maar er zijn er toch ook, die niet zullen sterven, maar veranderd worden?’

Dat zijn zij, die bij de bazuin van God in leven zijn. Zij zullen veranderd worden in
een
ondeelbaar ogenblik, in een flits. En dan zijn zij ook in staat Hem in de lucht
te ontmoeten. En dat is een heel wezenlijk moment in onze toekomstverwachting.
Het zal een radicale verandering van ons lichaam inhouden. De doden in Christus
zullen dan opgewekt worden. Al de leden van het lichaam van Christus zullen dan
ervaren wat dat betekent, dat je in en door overstromende genade van God daar-
voor gered bent. Oooh wat een bijzondere heerlijkheid zullen wij dan ontvangen.
Ongelooflijk.

‘Heerlijk, ik ga er steeds meer naar verlangen en daardoor krijgt alles om mij heen
minder waarde. Christus Jezus neemt in waarde toe.’

Dat is terecht, want in Hem zijn al de schatten van wijsheid en kennis verborgen.
Hij
is de Heer uit de hemel, die straks weer zal afdalen en dan niet Zijn voeten op
aarde zal zetten, maar in de lucht zal Hij ons wegrukken en wij zullen Hem daar
ontmoeten. Machtig, zo’n belofte, zo’n toekomst. Laten wij deze verwachting koes-
teren en niet van ons af laten nemen door welke (spitsvondige) redenering van
wie dan ook. Het staat er en dat zouden wij geloven en in die verwachting leven!


Woord vandaag

‘Die Abraham en Sarah leefden dus in geloof op de beloften van God.’

Ja, dat was nadat Abraham besneden was. Dat markeerde een ontmoeting met
Jahweh, waarbij de naam Abram veranderd in Abraham en Saraï in Sarah. In
beide namen werd de letter Hee ingevoegd, de letter met een venster naar bo-
ven, naar de Onzienlijke. Daarom heeft deze letter ook de getalswaarde 5, dat
te maken heeft met de verborgen dingen en wijst naar God, die voor het oog
verborgen is en uit het verborgene handelt en zo genade geeft. 5 is daarom ook
het getal van genade. De tabernakel en de tempel zijn qua afmetingen gestem-
peld door het getal 5, en zij zijn woonplaats van Jahweh en geven ook de moge-
lijkheid om Hem te naderen, een weg tot Hem.

‘God maakte Zijn beloften in hun leven waar!’

Het beloofde zaad, Izaäk (hij die je doet lachen), kwam op de gestelde tijd en ver-
vulde
daarmee de belofte die Jahweh aan Abraham en Sarah gegeven had. Exact
op de juiste tijd! Zo zal God ál Zijn beloften (aan Israël en aan de gemeente, het
lichaam van Christus) waarmaken op Zijn tijd en Zijn plaats. Hij wordt door
Paulus dan ook ‘de God van de verwachting’ genoemd in Romeinen 15:13. Als je
die God kent, heb je automatisch een geweldige verwachting. Je kunt het van
Hem verwachten, omdat Hij bij machte is te doen wat Hij belooft.

‘He, en dat geeft mij juist zoveel rust van binnen.’

Hij is ook de God van de vrede en Christus Jezus ís onze vrede, die de beide groepen
(gelovigen uit Israël en de volkeren) één maakt en zij vormen samen dat ene lichaam
van Christus dat Hij gaat inzetten  te midden van de hemelingen. De hemelse roeping
wordt (soms fel) bestreden door hen, die koste wat het kost willen vermijden, dat zij
als platonische denkers worden bestempeld. Onlangs werd dat nog gedebiteerd in
een
boek van de theoloog Wright. Maar als we de Schrift erop naslaan, en daardoor
los zijn van eigen denken, dan zien wij in Efeziërs staan: ’te midden van de heme-
lingen’ en omdat dat er staat, geloven wij dat en zien uit naar die toekomst.

‘Ik ben echt heel benieuwd wat dat allemaal gaat betekenen, voor de hemelingen,
voor
God, voor Christus Jezus en voor ons.’

Dat mag je wel zeggen ja. We kijken ernaar uit, en God belooft het en Hij maakt ál
Zijn belof
ten waar. Wat een toekomst he, als de schepping gaat zien, wie de zonen
van God zijn. Dat zal grote zegen inhouden voor de gemeente zelf, voor de schepping,
voor Christus Jezus, en voor God zelf. Als we iets beseffen wat het heerlijkheids-
lichaam van Christus Jezus is, en wij zullen ook zo verheerlijkt worden, dan kun je er
niet bij. Wat een heerlijke toekomstverwachting! Het zal een enorme kracht zijn waar-
mee de Vader ons gaat veranderen. Die kracht werkt nu volop in de Zoon en zal dan in
de zonen van Hem werken. Meewerken aan dat grote plan van God, het al tot onder-
schikking aan de Zoon te brengen, dat is wat!

Woord vandaag

‘Geen religie, ook geen religieuze verplichtingen, de boodschap die Paulus
kon brengen, gaat dwars tegen menselijk denken in!’

Filosofie helpt je ook niet verder. Alle denken van mensen evenmin. Het gaat om
geloof en dat stemt precies met genade overeen. Paulus haalt als voorbeeld de
oude aartsvader Abraham aan, die tegen alle verwachtingen in geloofde in de be-
lofte van God, en dus in de God, die al Zijn beloften waar maakt! De mens zou mak-
kelijk in de situatie van Abraham en Sarai kunnen redeneren, dat zij geen kinde-
ren meer konden krijgen. Vandaag zouden wij rationeel-wetenschappelijk medisch
vaststellen dat het niet kan. Maar dan gaat God werken en gebeurt het toch!

‘Zou voor Jahweh iets te wonderlijk zijn? Staat toch in Genesis 18:14?’

Ja, dat zei Jahweh tegen Abraham toen Sarah moest lachen om wat zij hoorde. Maar
Jahweh stelde: ‘Op de gezette tijd zal Ik tot u terugkeren, en… zal Sarah een zoon heb-
ben’. En zo bevestigde God Zijn belofte die Hij al veel eerder gedaan had, namelijk dat
zij een zoon zouden hebben, nageslacht, opdat de oude belofte uit Genesis 12:1-3 ver-
vuld zou worden. Paulus stelt in Romeinen 4, dat Abraham niet twijfelde door onge-
loof, maar verwachtte dat er zaad zou komen. En in dit alles gaf Hij God de eer.

‘En hoe deed hij dat dan? God de eer geven?’

Doordat hij geloofde in de beloften van God. Hij werd gesterkt in het geloof. Hij was,
zo schrijft de apostel, in volle zekerheid dat God hetgeen Hij beloofd had, ook bij
machte was te doen. Hij vertrouwde volledig op God, dat Hij zou vervullen wat Hij
beloofd had. Dát is tot eer van God. Hij achtte God bij machte al Zijn beloften over
zijn nageslacht uit te voeren. En Abraham werd in zijn geloof niet te schande, God
beschaamde zijn geloof niet. Er kwam een zoon, en dat precies op de gestelde tijd.

‘En dat is dus ook voor ons zo, want Romeinen is juist de brief voor ons!’

Zeker. Ook wij geloven God op Zijn woord. Hij gaat exact vervullen, al wat Hij beloofd
heeft
. Staat er dat wij gered zijn voor de toorn? Dan zal God dat ook doen en komen wij
niet onder Zijn verontwaardiging (correcter woord in plaats van ’toorn’). Zijn wij met
God verzoend door de dood van Zijn Zoon? Dan zullen wij ook gered worden in Zijn
leven! Staat er, dat door de ene onrechtvaardige daad van Adam alle mensen onder de
veroordeling zijn gekomen en dat door de ene rechtvaardige daad van Christus alle
mensen gerechtvaardigd worden tot in het leven? Dan zal God dat ook doen! Dat zal
volle werkelijkheid zijn! En dan heb je echt goed nieuws!