9 maart 2019
‘Geen goed beeld van God.’
Wordt opgeroepen door de orthodoxe
traditie, sinds 553 AD, het concilie van
Constantinopel. Daar werd de leer van
de eeuwige straf officieel als kerkleer
ingevoerd. Onder keizer Justinianus.
Vanaf 553 AD is geen sprake meer van
de eonische straf (insnoeiing). Het zou
de oneindige eonische straf worden.
Het woord oneindig werd erbij gezet,
omdat men wist, dat het woord aioon
op zich niet eindeloosheid kán beteke-
nen. Overwinning voor de satan.
‘Het is aanwijsbaar, dus.’
Het is te traceren in de geschiedenis.
Concilie van Constantinopel was weer
zo’n zwarte bladzijde in de geschiede-
nis van de kerk. Velen hebben onvoor-
stelbare angsten geleden. Voor zeer ve-
len hing deze leer als een donkere wolk
over hun bestaan. Het staat toch maar
in de bijbel. Nu blijkt uit de grondtekst
dat het anders is. De leer van de kerk is
in de vertalingen opgenomen. Zeker de
Vulgata (latijnse vertaling) heeft hierin
veel kwaad gedaan.
‘God is Redder.’
Steeds wanneer dat klinkt, klinkt tege-
lijk dat de mens zich moet bekeren, of
moet geloven, of naar de kerk moet,
of wat dan ook. Dat is aanvullend, an-
ders kan de redding niet plaatsvinden
en is het eeuwig mis. Nee, God is Red-
der, ongeacht de prestaties van men-
sen. Niet wat de mensen doen is beslis-
send voor de redding; wat Christus ge-
daan heeft, dát is reddend.
Vader, dank U wel.