‘Het is geweldig, dat niet wij, maar God uiteindelijk alles in handen heeft.’
Groot is Hij, die alles bestuurt en leidt. Gelukkig zijn wij niet in handen van
het noodlot, maar bij God als onze toevlucht, Hij is onze Redder.
Al onze zegeningen, onze huidige positie in Christus zijn niet gebaseerd op
onze komaf, geboorte of geslachtsregister. Niet op vleselijke dingen. Maar
enkel en alleen op het kostbare bloed van Christus.
‘Machtig. Alleen dat is de zekere grond van onze redding!’
Waar wij verenigd zijn en met elkaar verzoend in het lichaam van Christus
zou geen spanning of iets van jaloezie zijn. Het kruis heeft dezelfde gevolgen
en resultaten voor alle leden opgeleverd. Of het nu om Grieken, Joden of
anderen gaat.
Een woord dat we in het kader van onze overwegingen rond en over het kruis
kunnen aantreffen, is gezamenlijk (Grieks: sun). Dan gaat het wel om eerdere
brieven, het werkwoord: gezamenlijk kruisigen. Galaten 2:20, Romeinen 6:6.
‘Ja, hebben we bij de studie van Galaten bij stilgestaan.’
Wij zijn, wat onze oude mensheid, onze oude ‘ik’ betreft, gezamenlijk met
Christus gekruisigd. Opvallend is, dat in beide teksten het gaat om Christus,
de Opgestane en Verheerlijkte. Er wordt dus gerekend met de nieuwe mens,
het nieuwe ‘ik’ (toch leef ik), de oude is definitief voor God weggedaan! Hoe?
Door het kruis! Veel duidelijker kan het niet. De reikwijdte is weer enorm.
Het beseffen van deze diepere waarheden als gevolg van het kruis leidt tot
een vrije, nieuwe levenswandel in ongebondenheid, los van het vlees en
gebonden aan Hem, die ons liefheeft!