‘Zeg, dat wat afgelopen woensdag 9 januari 2013 naar voren
kwam, dat Saulus de gemeente van God vervolgde en ver-
woestte, wat is dan eigenlijk de gemeente van God?’
Dat is een alomvattende aanduiding. Het gaat om allen, die
door God uitgeroepen worden in Zijn plan van eonen. Zo is
de vergadering in de woestijn, het volk Israël, een ekklesia,
een stuk uitgeroepen gemeente van God (Handelingen 7:38).
Zo horen de gelovigen uit Israël die de boodschap van het ko-
ninkrijk en de Heer Jezus als hun Messias aanvaardden, bij de
gemeente van God.
‘Het wordt me al iets duidelijker. Dus de ekklesia die in Mat-
theüs 16:18-20 genoemd wordt, hoort daar ook bij?’
Dat zijn de geroepenen voor het aardse koninkrijk dat onder de
Messias, Jezus Christus, zal bestaan in de nabije toekomst, 1000
jaar lang. De ekklesia waarvan gezegd wordt tegen Petrus, dat de
poorten van de hades (dodenrijk) haar niet zullen overweldigen,
behoort ook tot de gemeente van God. Dat is de gemeente van
van God die door Saulus achterna gezeten werd.
‘Wacht even, er gaat me iets dagen. Dus het lichaam van Christus
hoort ook bij de gemeente van God?’
Jawel. Alle uitgeroepenen in het plan van eonen vormen de alge-
mene gemeente van God. Als we verder inzoomen op de verschil-
len, dan blijkt, dat de gemeente die het lichaam van Christus is,
een van de groepen binnen de algemene gemeente van God is. En
de gemeente die in Mattheüs 16:18-20 genoemd wordt is ook een
groep binnen de gemeente van God, maar niet dezelfde als het li-
chaam van Christus! Deze groep uit Mattheüs 16 hoort bij de bruid!