Woord vandaag

‘We hebben heel veel fijne uitspraken in Zijn woord, gisteren
eindigden wij ook met twee mooie!’

Goed als we ons dat zo bewust zijn. Met wat de apostel schrijft in
Romeinen 5:20,21 haalt hij twee belangrijke dingen aan.
Als eerste dat de wet (Thora) erbij in kwam. Dat betekent, dat de
Mozaïsche Thora tijdelijk was en de bedoeling had de krenking
toe te laten nemen.  Sterk Thora georiënteerde bewegingen negeren
deze uitspraken en spreken over de ‘eeuwige Thora’ die alle gelovi-
gen streng in acht moeten nemen, te beginnen met het houden van
de sabbat.

‘Zij erkennen Paulus wel?’

Ja, maar dan wel op hun manier. Zij noemen hem Sha’ul en schuiven
zijn belangrijke naamsverandering naar het Griekse Paulus opzij.
Daarbij zien ze ook over het hoofd, dat dat direct na zijn afzondering
samen met Barnabas, door de heilige geest, in Antiochië gebeurde.
Daarna noemt de Schrift hem Paulus, niet langer Saulus. De fanatieke
Thora voorvechters proberen de brieven van Paulus een draai te geven
zodat hun eigen gedachten overeind kunnen blijven.

Wat is dan hun doel. wat willen ze bereiken?’

Dat iedereen onder de Thora moet gaan leven en dus ook de sabbat
in acht neemt. Zij zien de gemeente als iets dat bij Israël moet aan –
sluiten en in Israël hoort op te gaan.  We zijn en blijven in die visie
ondergeschikt aan Israël. De situatie die geldt in het komende ko-
ninkrijk op aarde voor de volkeren.

‘Maar Efeziërs leert anders!’

Ja. De brieven van de apostel van de natiën leren daarover andere
dingen. Het lichaam van Christus heeft een eigen  plaats, waarin
Jood en heiden op gelijk niveau staan. Vleselijk verschil valt weg,
het gaat om de geestelijke plaats in Christus Jezus en een toekomst
niet op aarde, maar in de hemelen, te midden van de hemelse mach=
ten en krachten!

Woord vandaag

‘Zeg, dat van gisteren was bijzonder en indringend, het lijkt mij dat veel
gelovigen met dingen worstelen.’

Het evangelie blijft goed nieuws. Ook dat wat te horen was over het oude
en het nieuwe verbond, de letter tegenover de geest uit 2 Corinthiërs 3.
Daar zit een geweldige waarheid in: geen bediening van veroordeling, van
de dood meer, maar een van leven en vrijheid: de bediening van de geest!
Waar de geest van de Heer is, is vrijheid. Geen slavernij in welke vorm dan
ook. Wel is daar het dienen van de Heer.

‘De apostel is bijzonder in zijn spreken daar in 2 Corinthiërs 3, 4 en 5.’

Jawel, het nieuwe tegenover het oude. Wij zijn in Christus een nieuwe
schepping. Het oude is voorbij, zie! het nieuwe is gekomen. Daarom kun-
nen wij net als de apostel dienen in nieuwheid van de geest en niet in de
oudheid van de letter. Zonder dat er veroordeling dreigt. Want er is geen
veroordeling voor hen die in Christus Jezus zijn.

‘Het evangelie is juist goed nieuws als je met dingen worstelt in je leven.’

De tegenstander wil je graag terugwerpen op jezelf en dan word je steeds
op je tekortkomingen gewezen en dingen die niet goed gelopen zijn in je
leven. Dan raak je al snel verwikkeld in gedachten die jezelf veroordelen.
Dan ben je overmatig bezig met jezelf. Het evangelie richt onze blik  om-
hoog, naar Degene die alles in ons werkt: God zelf. Hij reikt ons alles aan
wat we nodig hebben. En werkt in ons.

‘Maar dat is dan door Zijn woord.’

Hij werkt in ons door Zijn woord en Zijn uitspraken:

Wij dan, gerechtvaardigd uit geloof, hebben vrede bij God door onze
Heer Jezus Christus, door Wie wij ook de toegang hebben door het geloof
tot in deze genade waarin wij staan en roemen in de verwachting van de
heerlijkheid van God.
Romeinen 5:1-3

De wet echter kwam er bij in opdat de overtreding zou toenemen, maar
waar de zonde toeneemt, is de genade veel meer overvloedig,
opdat, evenals de zonde regeert in de dood, zo ook de genade
zou rege
ren door gerechtigheid tot in het eonische leven, door Jezus
Christus, onze Heer.
Romeinen 5:20,21

Woord vandaag

‘Het blijft een lastige omstandigheid, als je verdeeldheid in huis hebt.’

We hebben al gezien wat de Heer er zelf van zei. In gemeenteverband is
het al verschrikkelijk moeilijk, maar als je in je eigen huisgezin geen vrede
hebt, is het bijzonder lastig, want van daaruit moet je functioneren in de
maatschappij, en in de gemeente. Op den duur gaan zich dan toch bepaalde
dingen wreken. Of het uit zich in een bepaald gedrag, als er veel onderhuidse
onvrede zit. De enige manier is dan je eigen positie niet langer willen hand-
haven en de minste willen zijn, willen dienen.

‘Komt in veel gezinnen voor, waarschijnlijk?’

Het aantal gebroken gezinnen is schrikbarend hoog. Ook in christelijke gezin-
nen is er veel verdriet. terwijl je zou verwachten dat daar de vrede van Christus
regeert. Maar als een van beide of soms beide echtelieden op hun eigen mening
blijven staan, staan ze tegenover elkaar en de kinderen……die zijn de dupe ervan
en uiten dat direct of indirect in gedrag.

‘Maar ook dan biedt het evangelie de juiste weg tot vrede?’

Het is dan ook het evangelie van de vrede. Vrede met God werkt onderlinge vrede
uit. En dat zou toch allereerst in onze gezinnen merkbaar moeten zijn. Want als
het daarin al geen vrede is, waar blijf je dan? En er kan onderhuids veel zitten, wat
niet of niet direct uitgesproken is of wordt. Dan kun je er zelfs lichamelijk klachten
aan overhouden. Paulus geeft vanzelfsprekend duidelijke, praktische aanwijzingen
als het om gedrag gaat, in de ekklesia, in het gezin en in de maatschappij.

Hij is wat mij betreft erg duidelijk. Geen misverstand mogelijk.’

Liefde van de kant van de man naar zijn vrouw, naar zijn gezin; onderschikking en
liefde voor het gezin van de kant van de vrouw. Anders kun je het niet lezen, Efeze 5
en Kolossenzen 3. Lees het maar na. Misschien mag je dat de apostel niet nazeggen
in deze ‘moderne’ tijden, maar het staat er wel.
Je draagt natuurlijk als echtelieden mee in welk gezin, welke familie je bent geboren;
niettemin blijft het evangelie kracht van God tot redding, óók in je gezin!

Woord vandaag

‘Zeg, dat 1 Thessalonicenzen 4:13-18 he, dat is dus zeer omstreden?’

Degenen die beweren, dat de ekklesia die Zijn lichaam is geen hemelse
bediening heeft, hebben het nodig dat stukje naar hun hand te zetten
om hun idee verder te onderbouwen. Maar ze zitten er helemaal naast.
Dat gaat ook voor hen blijken als we straks met zijn allen bij de bema
(NBG: rechterstoel) staan en gereedgemaakt worden voor onze hemel-
se bediening. Hoezeer ook tegen hun zin en ideeën: het zal dan blijken
dat ze er helemaal naast zaten.

‘Intussen beïnvloeden ze wel anderen met hun foutieve gedachten.’

Helaas wel ja, het zorgt voor verdeeldheid, die soms uiterst pijnlijk gevoeld
wordt. Net als de kerkscheuring in 1944 dwars door families en zelfs gezin-
nen heen ging.  Hier gaat het om Paulus volgen; de apostel spreekt duidelijk
in zijn brieven over de hemelse toekomst van de ekklesia die Zijn lichaam
is. 1 Thessalonicenzen 4:13-18 spreekt over dat zo bijzondere gebeuren, dat
de ekklesia weggerukt wordt om de Heer te ontmoeten in de lucht. Hij haalt
ons allen (ook degenen  die dit wegredeneren) weg van de aarde om in de
hemelen de unieke bediening na de bema te beginnen!

‘Weet je, ik vind het zo raar, dat sommigen die vele jaren geloofden wat de
Schrift zegt, dat nu loslaten.’

Onbegrijpelijk, maar in Paulus’ dagen gebeurde dat ook. Hele gemeentes
werden van hem afgekeerd, zo schrijft hij in 2 Timotheüs 1 en dat deed hem
verdriet, hartepijn. Het was na al dat dienstwerk dat hij verrichtte. Het was
een goede periode van ontstaan en groei geweest, maar na het indringen
valse leraren begon de afbraak van binnenuit. Zoals de apostel ook aan de
oudsten/opzieners kenbaar maakte in Milete  in Handelingen 20:29,30 :

want dit weet ik: dat na mijn vertrek  wrede wolven bij u zullen binnen-
komen, die de kudde niet sparen;
en dat uit uw eigen midden mannen zullen opstaan die de waarheid ver-
draaien om de discipelen weg te trekken achter zich aan.

Paulus had daar verkondigd: het evangelie van de genade van God (vers 24)
en beval hen toe aan God en het woord van Zijn genade (vers 32). Daarmee
staat in Zijn boodschap God en Zijn genade centraal, waar anderen de gelo-
vigen van af weten te brengen. Daarmee verdween het paulinische evange-
lie uit deze gemeentes in Asia en kwam er een wonderlijk mengsel voor in
de plaats. Zo ging het. laten wij als gelovigen leren van dit gebeuren in het
verleden. Laat u niet meeslepen door nog zulke mooie woorden, maar blijf
bij wat van Paulus gehoord en geleerd is!

Woord vandaag

‘Nou, dat is wel wat zeg. We zijn uiterst gezegend met zo’n Hoofd.’

Beter kun je niet hebben, Hij is de hoogste van heel Gods schepping.
We zijn nauw met Hem verbonden en de positie van regeren met Hem is
niet op aarde. Dat zou de plaats van het volk Israël innemen en dan zijn
we weer bezig met de verderfelijke vervangingstheologie. Wij gaan met
Hem regeren te midden van de hemelingen in de hemelen. Niet op aarde.

‘Er zijn er die hardnekkig beweren dat de gemeente die het lichaam van
Christus is, op aarde zal blijven.’

We zijn echter overtuigd door wat de Schrift zelf zegt. We luisteren liever
naar Paulus zelf dan naar al die handige en spitsvondige redeneringen, al
dan niet gebaseerd op een bepaalde vorm van denken. Men redeneert han-
dig 1 Thessalonicenzen 4:13-18 weg en stelt dat men met een grote boog weer
op aarde terugkomt. Om aan te sluiten bij en op te gaan in Israël.

‘Maar hoe redeneert men dan 1 Thessalonicenzen 4:13-18 weg? Dat is toch
luid en duidelijk?’

Men redeneert dan , dat ‘we de Bijbel moeten verstaan in zijn historische en
culturele context’. Een theologische volzin voor
een redeneermethode die
de woorden wil verstaan zoals ze toen door de mensen
werden begrepen in
het dagelijks leven. Die betekenis moeten de woorden
dan in de Bijbel ook
hebben. Dan maak je echter een kapitale denkfout.

Als het gaat om het woord ‘parousia‘ dat in 1 Thessalonicenzen 4:13-18 ge-
bruikt wordt, moet je dat volgens hen anders lezen.

‘Het woord ‘parousia’ (komst, aanwezigheid) hebben we toch al besproken?’

Jawel, binnen de context van de Bijbel betekent het: aanwezigheid.
Haal je de historische betekenis erbij, dan gaat het om een koning of generaal
die terugkeert na overwinning in de strijd; de bevolking van de stad gaat uit
hem tegemoet en haalt hem feestelijk binnen in de stad. Men volgt dan
-vol-
komen ten onrechte- deze gedachte en beweert dat wij  zullen
uitgaan de Heer
tegemoet in de lucht en halen Hem binnen en komen terug
op aarde.
Dus: geen hemelse toekomst en geen hemelse bediening.

‘Vreemd, heel merkwaardig, zo kun je toch niet met de Schrift omgaan?’

Nee, zeker niet! Een woord krijgt te allen tijde pas betekenis binnen het
tekstverband waar het in s
taat. Dat is les 1 A om de Bijbel te bestuderen.
Dit woord ‘parousia’ wordt binnen de Griekse Schrift regelmatig voor de
Heer gebruikt. In 1 Thessalonicenzen 4:13-18 gaat het om de ekklesia die
Zijn lichaam is en Zijn aanwezigheid in verband met deze ekklesia. Dat
blijkt in de lucht te zijn en Hij -niet de ekklesia!- is actief.
Het lichaam van Christus is hier volledig passief. Wij worden dan wegge-
rukt, Hij grist ons weg naar Hem toe. Wij gaan niet uit eigen beweging
Hem tegemoet. Wij weten op dat moment niet eens dat Hij afdaalt, de
bevolking van zo’n stad wist wel dat de overwinnaar eraan kwam. Er zullen
nogal wat gemeenteleden geestelijk gezien slapen op dat moment. En
ook zij zullen -net als Eutychus- gewekt en gered worden. Vlak voor de
verschijning van de wetteloze op het wereldpodium.