‘Nou het is heel wat, wat je in Spreuken allemaal tegenkomt. Ik ben er
blij mee!’
De volgende, van vers 18, klinkt zo:
Trots komt vóór afbreking,
en hoogheid van geest vóór de val.
‘He dat staat toch we anders dan in de vertaling!’
Deze spreuk kennen we in ons spraakgebruik wel. Als mensen trots zijn
op wat zij bereikt hebben of kunnen en daarover opscheppen, dan is vaak
de afbraak van wat bereikt is, nabij. Soms ook jaren later. Overbekend voor-
beeld is Nebukadnezar, die zich beroemde op Babylon, alsof hij dat allemaal
tot stand gebracht had (Daniël 4), maar moest 7 tijden gras eten bij de die-
ren van het veld.
‘De geschiedenis is duidelijk. Zo gaat het vaak onder mensen.’
Meestal vergeet een mens in zo’n bui, dat hij of zij alles wat men heeft kunnen
doen, van God ontving. Elke ademhaling die wij doen, is omdat Hij ons dat
geeft. Hij vormt alle harten en bepaalt welke positie iemand in het leven
kan bereiken. Nebukadnezar loofde de God van de hemel nadat zijn verstand
in hem was teruggekeerd. Hij erkende, dat die God, die van Israël, de enige
God is, die koningen aanstelt en weer afzet.
‘Men zegt weleens, dat hoogmoed de klassieke zonde van de mens is.’
In elk geval speelde de slang daar aardig op in bij Eva, die meende dat de ver-
boden vrucht begeerlijk was om verstandig te worden, goed en kwaad te
kennen en als God te worden. Dat slangentruc lukte wonderwel, met alle
enorme gevolgen die dat had. Uiteindelijk wat het Gods plan en kon God
door alles heen -ook menselijke hoogmoed- Zijn Naam verheerlijken en
Zijn liefde bekendmaken! Want de Verlosser moest komen! God echter,
bewijst Zijn liefde voor ons, doordat Christus, toen wij nog zondaren waren,
voor ons stierf! Vader wekte Hem op en nu zal alles naar God terugkeren!