Woord vandaag

‘Wat een verdriet moet Paulus gehad hebben, toen hij zag, dat
allen in Asia van hem werden afgekeerd.’

Dat was een lijden en een verdriet in zijn leven. Men had liever de
schaduwbeelden dan waar die schaduwbeelden van spraken: de
Heer zelf en de zegeningen in Christus Jezus onder Zijn genade. De
apostel beijverde zich dat geweldige evangelie van de heerlijkheid
van God in het aangezicht van Christus te prediken.

‘Dat werd hem niet in dank afgenomen.’

Hij kreeg niet alleen letterlijke stenen (Lystra), maar ook en vooral
geestelijke stenen naar het hoofd geslingerd. Andere apostelen waren
beter, hij sprak niet goed en te lang, kortom: hij kon bij  velen niet goed
doen. Meer het evangelie is niet naar de mens omdat het het vlees buiten
spel zet. Het vlees wil graag ijverig werken om zo vrucht te dragen, maar
dat heeft voor God geen betekenis.

‘Ja, als je Paulus wil volgen, die de verheerlijkte Heer, Christus (niet:
Jezus) volgde, kom je dus dezelfde dingen tegen?’

Jawel, daar kunnen velen van getuigen, die Paulus zijn gaan volgen.
Je wordt dan binnen de christelijke wereld eruit gegooid. Je kunt vertrek-
ken, je bent niet langer welkom. En als je spreker bent, word je niet meer
uitgenodigd. Je kunt ophoepelen. Net zoals de Heer de synagoge uit werd
gezet. En de ouders van de blindgeborene die genezen werd, wilden niet
bekennen, dat Hij hun zoon had genezen, want zij waren bang uit de syna-
goge geworpen te worden (Johannes 9:18-22). Want Hij doorbrak het sys-
teem van de judaïsten!

‘Het is net als in de wereld.’

Misschien is het nog wel erger dan in de wereld, als het om religie gaat. Dan
zijn mensen veel fanatieker. Paulus was na zijn ommekeer van genade niet
langer welkom in de religieuze kringen waar hij uit kwam. Maar er kwam
evenmin een nauwe samenwering met de twaalf apostelen tot stand. Paulus
ging niet naar Petrus om met hem alles door te spreken en zich aan te sluiten
bij de twaalf, alsof Paulus dezelfde opdracht had!


Woord vandaag

‘Machtig, hoe die genade van het evangelie steeds weer aanspreekt.’

Voor de mens op aarde in zijn vlees een uiterst moeilijke boodschap.
Velen kunnen dat niet verdragen. Men wil per se wat doen. Of het uit
zich in ‘kiezen voor Jezus’ of ‘je moet wel eerst echt geloven’. Of men
probeert allerlei dingen op te leggen die God niet oplegt. Bijvoorbeeld
opleggen van de Thora op de gelovige mens. Men wil zich dan houden
aan de sjabbat en de feesten van Israël meevieren.

‘Ja, er zijn allerlei messiaanse gemeentes waar men deze dingen doet
en dus ook op zaterdag bij elkaar komt.’

Als mensen willen leven onder de Thora die aan Israël gegeven was
terwijl men zelf uit de heidenen komt, dan moet men dat zelf weten.
Geestelijk gezien draai je de klok dan vele jaren terug. Je gaat je weer
bezighouden met de schaduwbeelden van het oude verbond, die aan
het volk van God waren gegeven als een type van de geestelijke wer-
kelijkheid in Christus, zoals Hebreeën 10:1 en Kolossenzen 2:16-22
zeggen.

‘Eigenlijk heel wonderlijk, dat die gelovigen zich niet aan het Hoofd
houden.’

Het is geestelijk op het verkeerde been staan. De tegenwerker heeft dit
als een meestertruc uit zijn hoge hoed tevoorschijn getoverd en weet
ook gelovigen ermee te betoveren (Galaten 3:1). De Galaten waren ‘uit-
zinnig’ toen zij terugkeerden van onder de genade naar onder de Thora.
Dit tot zeer groot verdriet en verbijstering van de apostel van de genade.

‘De geschiedenis herhaalt zich?’

Absoluut! Vermenging van werken en genade is fataal, het is dodelijk, het
is dan geen genade meer. Paulus is ongelooflijk fel in Galaten. Men miste
de geestelijke inhoud en betekenis van de Thora volkomen door de sjab-
bat te gaan houden, speciale dagen en feesten te vieren, die schaduwen,

typen waren van de grote heerlijkheid die komen zou. Met andere woor-
den: als je je zo gaat bezighouden met de typen, heb je niets. Het heeft
geen enkele zin, en God behaag je er niet mee. Het is ijdele verleiding.
Wij richten ons op de grote genade, die ons gegeven is in Christus Jezus!

Woord vandaag

‘Zo, ik ben er nog wel stil van.’

Waarvan?

‘Van het toch zo diepgaande verschil tussen de beide evangeliën.’

Paulus schrijft over de nieuwe schepping, die pas na het kruis echt gestalte
kon krijgen in de Eersteling van die nieuwe schepping, onze Heer, die als
de Opgestane het Hoofd van de nieuwe mensheid is. Hij is de Heer die uit
de hemel neergedaald is en als de laatste Adam de mensheid zal voeren
naar het hart van God, in onderschikking.

“Nou het is zeker beter, te bedenken de dingen die boven zijn, waar
Christus is, gezeten aan de rechterhand van God.’

Dáár is ons leven verborgen met Hem, in God. Betere plaats is er niet.
Dat nieuwe leven wat Hij ons gaf, is samen met Christus verborgen in
God. Dat nieuwe leven is het leven dat Christus nu zelf heeft en dat le-
ven kan niet zondigen! Het gaat om een nieuwe schepping in Hem.
Die boodschap kon de apostel bij de Corinthiërs niet kwijt. Zij hadden
nog melk nodig en waren nog niet toe aan de vaste spijs, het vaste voed-
sel (honing). Dat werd pas later in de latere brieven onthuld.

‘Er is kennelijk nog niet veel veranderd in de christenheid.’

Als je kijkt in de christenheid vandaag, dan vertoont die karaktertrekken
van Corinthiërs, niet die van Efeziërs-Filippenzen-Kolossenzen. Maar ja,
de boodschap klinkt vandaag, hoewel niet overal, maar toch. Laten wij
ons verheugen in die genade, die Hij schenkt. En dat is geweldig rijk en
geweldig veel. Laten wij deze schatten koesteren en doorgeven!


Woord vandaag

‘Weer scherp gesteld gisteren.’

Juist door helder de dingen zeggen wordt een en ander duidelijk. Veel
mensen willen graag naar die andere boodschap omdat daar de blik op
de mens in zijn vlees gericht wordt. Kan men wat doen. Wordt precies
voorgeschreven je wel en niet mag. En dat soort dingen.
Maar dan lees je met een bril op.

‘Maar iedereen leest de bijbel toch door een bepaalde bril?’

Het hangt ervan af, op wat voor manier je de Schrift benadert. Lees wat
er staat, geloof wat er staat en je hebt wat er staat. Dat is simpel toe te
passen. Verder is Schrift met Schrift vergelijken een hele gezonde manier,
waarbij de Schrift zichzelf verklaart. Het wordt helder door de Schrift
zelf te laten spreken.

‘Als je Paulus in die bijzondere positie laat staan waarvoor hij geroepen
werd, word je dan gezien als iemand met bril?’

Ja. Toch is hij de unieke apostel met een afgezonderde roeping van de 12
andere, die door de Heer geroepen werden in het land en met Hem mee
gingen. Hij nam hen mee tot aan Golgotha en daarna. Na enige tijd werd
Saulus echter geroepen op weg naar Damascus, buiten het land. Daarom
kon hij zondermeer in volle genade geroepen worden. Het licht dat hem
bestraalde was feller dan de middagzon!

‘Dat was meer licht dan op de berg van de verheerlijking.’

En dus een heenwijzing naar het grotere licht dat in zijn evangelie schijnt.
Petrus gaf eerlijk toe, dat de dingen moeilijk waren in Paulus’ brieven, om-
dat hij zo gewend was als Jood te denken en te leven en er van uit te gaan,
dat eerst Israël tot bekering zou komen en dan de volkeren bereikt zouden
worden met het evangelie van het koninkrijk. Paulus bracht het evangelie
van de genade van Christus. Geen werken vereist. Dat was voor Petrus en
de anderen moeilijk te verteren, maar werd wel erkend in Handelingen 15.
Dat is iets van het grote verschil tussen het evangelie van de besnijdenis en
het evangelie van de voorhuid!

Woord vandaag

‘Ik ben erg benieuwd hoe het is als wij eenmaal bij Hem zijn, boven!’

Er zijn er meer, die daar naar uitkijken, en terecht. Het is grandioos
wat wij daar gaan meemaken en het zal al onze hoop en verwachting
ver overtreffen. Geen spoortje van zonde meer, geen religieuze zaken
meer, geen wetticisme meer, nooit meer. God geve, dat wij dat nu al
ervaren en uitleven. Laten wij in de genade blijven staan en niet er
uit vallen doordat wij aan religieuze verplichtingen gaan voldoen.

‘Wij kunnen niet groot genoeg van Hem denken!’

En daarom kunnen wij niet groot genoeg van Zijn  genade denken. Hij
geeft ons alles om niet. Niets wat Hij van onze kant verwacht. Laten wij
Hem daar ruimhartig voor bedanken. Zijn gunst is er. Geen veroordeling.
Hij ziet ons altijd volkomen, gaaf in Christus Jezus. Is er iets beters?
Lijkt mij niet. Te wensen valt, dat wij een zuurdesemvrij leven leiden.

‘Een zuurdesem vrij leven?’

Ja, dat schrijft Paulus toch in Galaten 5? Een klein beetje zuurdeeg door-
zuurt het hele deeg. Een klein beetje wet of religie maakt, dat je uit de ge-
nade bent gevallen (Galaten 5:4). Dat geldt voor de gelovige, die leeft van
genade. De Galaten waren daarvan nogal afgeweken en hielden maanden,
dagen, jaren, vaste tijden, kortom: religie, verplichtingen die God nooit
voor het lichaam van Christus bedoelde.

‘Het blijft dus erg scherp opletten, dat wij niet van die weg afwijken.’

Zeker, als wij aan de pomp bij Paulus staan, tanken wij zuurdesem vrije
woorden van genade en grote heerlijkheid. Onze motor draait dan als een
zonnetje, en ook vandaag kijken wij omhoog naar een onbewolkte hemel,
waar Gods glimlach over ons leven ligt. Er gaat niets mis. Hij heeft ons vol-
ledig in Zijn genadige hand. Mens, wat wil je nog meer!