Opdat wij weten, wat God ons in genade schenkt!

‘Dat was wel mooi gisteren, zo’n voorbeeld als broeder Knoch.’

Hij werd enorm door de Heer ingezet om de concordante vertaalmethode
op te zetten, samen met Vladimir Gelesnof. Twee uitnemende talenkenners,
die doorkneed waren in de Schriften. Zeldzaam wat zij hebben mogen ont-
dekken in het Woord van God. De hele Schrift is inmiddels overgezet in de
Engelstalige concordant version. Dat is een groot werk, waar tientallen jaren
aan gewerkt is.

‘Met name het consequente vertalen van begrippen als ‘olam’ en ‘aioon’ in het
begrip ‘eon’, is zeer duidelijk, vind ik.’

Daardoor wordt Gods plan eenvoudiger te begrijpen. Want het blijkt, dat deze
beide begrippen nooit ‘eindeloze eeuwigheid’ betekenen, maar altijd te maken
hebben met tijdperken in Gods grote voornemen van eonen. Dan zal God uit-
eindelijk alles in allen zijn, als uitkomst van dat plan. Verzoening, en dat weder-
zijds, van alle mensen en alle geestelijke machten, met God. Het is wonderlijk
hoe God dat in Zijn plan heeft ontworpen.

En dat is dan nog één aspect van een leven. Daarna wordt je opgevoed, al dan
niet bij de bijbel. Als je in een atheïstisch gezin geboren wordt, loop je een grote
kans de rest van  je leven die gedachten niet meer kwijt te raken. Als je dan
toch tot geloof komt, ben je bijzonder begenadigd. Niet door eigen kracht kom
je er.. Dat blijkt. We zijn allen nodig in Zijn plan, en ieder moet daarin een
bepaalde ‘rol’ vervullen. Dat wat God toedeelde!

‘Is het niet wat al te veel, dat we het zo vaak over de terugkeer van
Jezus Christus hebben?’

Lijkt mij een onderwerp, dat een behoorlijk deel van de Schrift beslaat.
De Heer sprak er regelmatig over, bovendien staat het al aan het einde
van het boek Deuteronomium beschreven. We zouden onszelf goed be-
denken, dat Hij, die het Woord zelf ís, gaat komen! Hij, van wie heel de
Schrift vol staat, Híj komt! Degene die de allerhoogste plaats onder God
in heel het universum toebedeeld heeft gekregen, Díe keert terug na
2000 jaar verborgen te zijn geweest!

‘Ja, dat lijkt mij ook een gebeurtenis die van het allergrootst belang is.’

Ook gelovige mensen zijn vaak meer bezig met hun eigen kleine wereldje
en kunnen daar maar moeilijk los van komen. Zij denken nogal eens in
een cirkel, en die cirkel is om hen zelf heen. Als de Heer dan iets in hun
leven brengt, dat onverwacht en hun niet gelegen komt, is hun huis te
klein. Zo ook met Zijn terugkeer. Dat haalt toch een forse streep door
jouw rekening. Je wilde misschien nog dit, of dat. Maar de Heer gaat echt
niet wachten tot jouw wensen allemaal vervuld zijn.

‘Kun je ook niet zo redeneren, dat als je sterk verlangt naar Zijn komst, je wel
in moeilijkheden moet zitten? Dan is het een mooie oplossing.’

Prachtig bedacht hoor.
Zou het dan niet zo kunnen zijn, dat je verlangt naar Hem, om Wie Hij is? Dat
je zó naar Hem uitkijkt, omdat je Zijn liefde hebt leren kennen? Dat wekte in
jou een diepe liefde tot Hem op. Dan gaat het niet langer om omstandigheden.
Er zijn gelovigen, van wie de menselijke omstandigheden prima zijn, niks aan
de hand, en die tóch heel sterk naar Hem uitkijken.‘

Ja het is eigenlijk wat vreemd, te denken dat er in het leven van gelovigen
die sterk naar Hem uitzien wel iets ergs of lastigs aan de hand zal zijn.’

Ja, je leest van de oud geworden broeder A.E. Knoch, dat hij bijna blind was aan
het einde van zijn leven, maar dat hij elke dag in zijn rolstoel naar het raam gere-
den wilde worden, want dan ging hij kijken of de Heer er al aan kwam. Mooi he!

‘Wat is het toch een machtige gedachte, dat Zijn terugkeer aanstaande is!’

Het teken van Jona, de profeet! Jona sprak geen enkele profetie uit, maar
wordt door de Heer Jezus (en die kon het weten) profeet genoemd. Hij zei
er iets over toen men Hem om een teken vroeg:

Toen antwoordden sommigen van de schriftgeleerden en Farizeeën:
Meester, wij zouden van U een teken willen zien.
Maar Hij antwoordde en zei tegen hen: Een verdorven en overspelig
geslacht verlangt een teken, maar het zal geen teken gegeven worden
dan het teken van Jona, de profeet.
Want zoals Jona drie dagen en drie nachten in de buik van de grote vis
was, zo zal de Zoon des mensen drie dagen en drie nachten in het hart
van de aarde zijn.
De mannen van Nineve zullen opstaan in het oordeel samen met dit ge-
slacht en zullen het veroordelen, want zij hebben zich bekeerd op de
prediking van Jona; en zie, meer dan Jona is hier!
De koningin van het zuiden zal opstaan in het oordeel samen met dit
geslacht en het veroordelen, want zij is gekomen van de einden van de
aarde om de wijsheid van Salomo te horen; en zie, meer dan Salomo is
hier! Mattheüs 12:38-42, herziene Statenvertaling

Het wijst ook op het volk van God zelf. Ook zij zijn drie dagen en drie
nachten in het graf, en de Heer zal hen uit hun graven doen opkomen.
Wanneer? Heel vroeg op de derde dag! ‘Wat zal hun wederaanneming
anders zijn dan leven uit de doden?’ schrijft Paulus in Romeinen.
Opstanding is in de Schrift steeds heel vroeg op de derde dag. Israël zal
op die dag heel vroeg gewekt worden uit de doden. Zij zullen uit letter-
lijke graven komen, als zij uit Petra optrekken naar het land, onder de
grote Jozua, de Heer Jezus Christus!

‘Het zal geen 30 jaar meer duren voordat de Heer terugkomt, denk jij?’

Zeker. Daar wijst alles op. We zijn al zo ver in de tijd. Dat men in 2012
allerlei bijzondere dingen voorziet, ach, er doen zoveel verhalen en
beweringen de ronde. Daar kun je kennis van nemen, maar vooralsnog
hecht ik daar geen waarde aan. Het meest waardevolle is Zijn woord.
En dat schetst allerlei ontwikkelingen in de profetieën, die wij nu kun-
nen waarnemen in de wereld vandaag.

‘Petrus zegt toch, dat je er goed aan doet, als je acht slaat op het profetisch
Woord?’

Jawel. Het is zeer vast en het schijnt als een lamp in een duistere plaats.
Het  is ook regelmatig verbijsterend wat je leest. Het bijzondere is, dat heel
wat profetieën wijzen op het lijden van de Heer Jezus en op de heerlijkheid
daarna. Petrus schrijft, dat de profeten hun eigen geuite profetieën nakeken
wat er precies bedoeld werd. Kennelijk bleken er heel wat te gaan over het
lijden van Christus én de heerlijkheid (van Christus) daarna.

‘Er is heel wat te vinden over de eindtijd, in Daniël en Openbaring, toch?’

Ja, het bijzondere is, dat er ook heel wat details terug te vinden zijn in die
en andere profetieën. Uiteindelijk zie je, dat er veel geopenbaard is en het
heeft in de kern te maken met de terugkeer van Hem, onze Heer Jezus
Christus! Dat versterkt het verlangen in je hart. Je wilt Hem graag ontmoe-
ten in de lucht. Hij komt ons halen en Hij kijkt uit naar dat moment!

‘Dat blijft een bijzondere gedachte, dat ook Hij uitkijkt naar dat grote moment.’

Voor ons wordt het verlangen in het hart steeds sterker, naarmate je die
grote dag ziet naderen. Voor ons zal Hij niet komen als een dief in de nacht.
Wij zijn geen zonen van de nacht of van de duisternis, maar van de dag en van
het licht! Paulus schrijft dat wij nuchter zouden zijn en waakzaam/wakend.
Ondanks dat zijn nogal wat gelovigen in (geestelijke) slaap gesukkeld, of zijn
ingedommeld.

‘Dan wordt het toch tijd dat ze wakker worden?’

Lijkt mij wel. De Heer gaat komen, en we kunnen onszelf niet wijs maken dat
het onze tijd nog wel zal duren, of misschien vinden gelovigen zichzelf inmid-
dels zo belangrijk, dat ze menen hier op aarde van belang te zijn en dat de Heer
als het ware zou wachten tot ze klaar zijn met wat zij doen.
Integendeel komt Hij wanneer het Zijn tijd is, geen seconde later. Dat betekent
een onmiddellijk einde van al die activiteiten van de gelovigen op aarde.
Wat veel belangrijker is: zij worden geroepen en weggerukt om de activiteiten te
midden van de hemelingen te starten!

‘Daar heb ik wel over nagedacht, dat van gisteren. Als dat echt zo is, dan
kan het nooit meer lang duren dat de Heer terugkeert!’

Zo is dat. Daar kun je het profetisch woord op naslaan. Alleen is daarover
(waarover eigenlijk niet?) veel verschil van mening. Sommigen zeggen dat
het nog wel 1000 jaar kan duren voordat de Heer Jezus terugkeert naar de
aarde. Alleen loop je vast op de profetie van Hosea 6:1-3 dat de Heer het volk
Israël zal doen herleven na twee dagen op de derde dag. Die twee dagen van
1000 jaar (volgens Petrus) zijn eigenlijk om.

‘Duidelijk. Maar er zijn er ook, die beweren, dat het nog wel 100 jaar kan duren.
Ook zij schuiven de wederkomst weg.’

En ook zij lopen vast op de profetie van Hosea. De opstanding is altijd vroeg in
de derde dag. Als je denkt dat het nog 100 jaar zal duren, houd je hier geen re-
kening mee. Je hebt echt geen oog voor de profetie en de huidige ontwikkeling-
en als je gemakkelijk Zijn aanstaande komst wegschuift.
Soms denk ik, dat die mensen het hier op aarde wel goed hebben en het wel best
vinden. ‘Het zal mijn tijd wel duren.’ Dat type wordt pas echt wakker als de vijand
in de achtertuin of in de huiskamer staat.

‘Maar er zijn er toch ook, die heel de bazuin van God voor de gemeente wegrede-
neren.’

Weet je, ik ben blij dat God met al dat soort gedachten en redeneringen geen
rekening houdt. Het is allemaal menselijk denken en geredeneer. God zal Zijn
Zoon zenden als het ZIJN tijd is. Gelukkig zal Hij zich helemaal niets aantrek-
ken van onze opvattingen.
Hij gaat exact vervullen wat Hij zegt in Zijn woord en dat echt op Zijn tijd!
Laten we ons daarover verheugen en leven in de heerlijke verwachting van de
bazuin die gaat klinken, niet over 1000, niet over 100, niet over 30 jaar, eerder!