‘Wij spreken regelmatig dit jaar over wet en genade. En ik ontdek,
dat mijn eigen calvinistische, wettische inslag verandert in genade.’
Dat is de bedoeling van het evangelie. We doen er jaren over om iets
van onze eigen inslag en denken kwijt te raken en Zijn genade te leren
denken en leven. Gods genade is anders dan menselijke goedheid.
‘Paulus kwam als apostel en dat bracht een grote verandering. Zou het
komen doordat hij de genade van God als geen ander heeft getoond?’
Ja, als je het mij vraagt, wel. Paulus was de fanatiekste van de meest
fanatieke groep van zijn dagen, de farizeeën. Het was een zeer wettische
groep en dat juist hem overstromende genade betoond werd, laat het
duidelijkst zien wie God is en hoe groot Zijn genade is.
‘We zien steeds beter wat genade werkelijk betekent en daardoor kun je
de ander genade schenken, omdat je weet dat God je dat dagelijks geeft.’
Het is wel zeer bijzonder dat deze boodschap, die toch heel lang nauwelijks
te horen was in de christelijke wereld, in de laatste pakweg 150 jaar steeds
meer hoorbaar wordt. In het begin geloofden veel gelovigen, dat God alle
mensen redt. Pas enkele honderden jaren na Paulus ging de vreselijke leer
van de eeuwige straf voor de ongelovigen overheersen.
‘Het lijkt een mooie en makkelijke boodschap, maar ik merk dat het lastig
is voor een mens, het evangelie is niet naar de mens.’
Dat klopt ja, het wekte de nijd van de judaïsten in Paulus’ dagen; hij werd
voortdurend achterna gezeten door ze. Dat is ook een achtergrond van de
Galatenbrief. Daarin heeft hij een boodschap afgegeven, die voor de hele
christenheid hard nodig is.
‘Sommigen vonden misschien wel dat Paulus het te makkelijk maakte.
Geen enkele voorwaarde, geen rituelen, geen enkele eigen prestatie in
rekening te brengen.’
De diepe boodschap van het kruis en opstanding staat centraal bij Paulus.
Dat maakt een einde aan de oude mens. Die kán niets brengen, omdat het
allemaal Zijn werk is. Het gaat daarna om leven uit die heilsfeiten.
‘Je kunt dan als mens wel goede werken doen?’
Ja, dat wel, het gaat dan in Efeziërs 2:10 om die werken die God tevoren
bereid heeft, opdat wij daarin wandelen. God geeft werk te doen, Zijn werk.
Die werken doen wij dan niet in eigen kracht, maar door Zijn kracht!
‘Dat is onder andere wat Paulus zelf deed: evangelieverspreiding?’
Onder andere. Je leest bij de Thessalonicenzen, dat zij een groot gebied
hadden bereikt met het evangelie. Verder lees je bij Paulus veel over de
onderlinge betrokkenheid als gelovigen. Zorg voor elkaar, en verder zijn
er natuurlijk initiatieven die men zelf kan ondernemen, waarin de Heer
hen leidt.