‘We zijn bijzonder blij met de uitwerking van het evangelie van Paulus in
ons hart: vrede.’

Heel bijzonder, want die vrede kan alleen op grond van dit evangelie in ons
hart komen. God maakte vrede in het bloed van het kruis van Christus. En
op grond van die vrede komt er wederzijdse verzoening tussen God en al
Zijn schepselen. God had zelf die verzoening niet nodig; Hij was immers nooit
een vijand van de mens. Maar de mensen en de hemelingen, die hadden ver-
zoening nodig. Die konden zij zelf niet bewerken.

‘Het middel tot verzoening moest dus van God komen?’

Zo is het, want alles is uit God, dus ook de verzoening, en dat wederzijds.
Het middel tot verzoening was de dood van de Zoon. Door het bloed van het
kruis maakte God vrede. En deze vrede blijft. Ook al komt er nog een 1000
jaar waarin deze bodschap van Paulus niet gehoord wordt, nochtans is het
van God uit vrede. Heerlijk als we die diepe vrede van God ervaren tot diep
in ons binnenste!

‘Weet je, het werkt bij mij genezend, te ervaren wat die vrede inhoudt!’

De indringende boodschap, dat alles uit God is, kan zo helend werken voor
een mens, een ziel, die kapot is gegaan door allerlei omstandigheden. Maar
wat een vrede ga je ervaren, als alles in Zijn hand, de hand van de Vader,
blijkt te zijn! Niets loopt Hem uit handen, Hij zal alles doen naar Zijn welbe-
hagen. Nooit zal iets mis kunnen gaan, Hij doet wérkelijk álles samenwer-
ken tot het goede!