‘Hij als Eerstgeborene aan het begin van alles. Wat een zekerheid!’

Het bijzondere van Kolossenzen 1 is, dat het de suprematie van Christus als de
Zoon van Gods liefde laat zien. Hij was het begin, de Eerste in Gods gedachten
en werd als Eerste geschapen. Eerstgeborene van heel de schepping. En in Hem
was heel die schepping in principe aanwezig. Maar het is alles ook door Hem en
tot Hem geschapen. En onderweg in Gods plan werd Hij ook de Eerstgeborene
uit de doden.

‘En dat houdt in, dat Hij ook Mens werd en als zodanig kon sterven.’

Het feit, dat Hij stierf zit in de woorden ‘uit de doden’. Het ongelooflijke lijden
en Zijn smadelijke dood worden enkele verzen later aangegeven in de woorden:
het bloed van Zijn kruis.
Het wonderlijke is, dat God juist daardoor vrede maakt(e). Door de enorme
diepte van Golgotha heen. Hij heeft geleden en is gestorven aan het kruis. En
Hij heeft zelf Zijn leven afgelegd en de geest teruggegeven aan Vader. En door
die dood heen werd Hij de Eerstgeborene uit de doden.

‘En daar verwezen alle eerstgeborenen naar?’

Daarom is het speciaal voor Vader, dat Abel van de eerstgeborenen van zijn
kleinvee een offer aan Ieue Alueim (de Heer God) bracht. En dat niet alleen:
en hun vet staat er nadrukkelijk bij, voor de oplettende bijbellezer. Later werd
het zelfs tot een Thora onder Israël, dat zij moesten offeren met het vet erbij.
Dat wordt apart vermeld, zoals in Leviticus 3 staat. Al het vet dat de ingewan-
den bedekt. Waar dat van spreekt? Onder meer, dat het beste van de dieren
voor Ieue was! Morgen gaan we daar verder naar kijken.