‘Ik ben erg blij met de boodschap van eenheid in Hem.’

Ja, en die is er alleen op basis van het woord van het kruis. Dat maakt een
einde aan het vlees en dus aan de verdeeldheid. In Galaten, een bijzondere
brief, klonk –voorafgaand aan Efeziërs:

want jullie zijn allen zonen van God door het geloof in Christus Jezus. Want
al wie in Christus gedoopt zijn, doen Christus aan, in Wie noch Jood noch
Griek is, noch slaaf, noch vrije, noch mannelijk of vrouwelijk, want jullie zijn
allen één in Christus Jezus.
                                                     Galaten 3:26-28

En in Galaten klonk ook het woord van het kruis voordat dit gezegd wordt,
in 2:20,21 en 3:1. Geestelijke eenheid op basis van het kruis én de opstan-
ding van Christus. In de geest valt het verschil weg, zo blijkt duidelijk uit
bovenstaande woorden: …noch Jood, noch Griek..

‘Ja in de nieuwe schepping is het alles werkelijk één.’

Wij zouden dan ook rekenen zoals de apostel rekent. Niet langer telt –gees-
telijk gezien- het oude, maar alleen het nieuwe. Rekenen dood te zijn voor
de zonde, en levend voor God in Christus Jezus, onze Heer. Ook dat klinkt,
en dan in Romeinen 6. Ook weer gebaseerd op de kruisiging en opstanding
van onze Heer Jezus Christus. Daarna lezen we ook over eenheid:

….zo zijn wij, velen, één lichaam in Christus, maar ieder afzonderlijk leden
ten opzichte van elkaar…
                
                                          Romeinen 12:5

‘Duidelijk ja, ook weer in Christus, dus geestelijk gezien.’

In de brieven voorafgaand aan Efeziërs lezen we dus ook over de eenheid
in de geest, in Christus Jezus. Wat opvalt, is dat de vleselijke verschillen
daarin volledig wegvallen. Allen één in Christus! In feite alles al voorberei-
dend op de hogere onthullingen in Efeziërs. Er was echter nog steeds –op
basis van de Tenach- voorrang voor de Israëliet ten opzichte van de ande-
re volkeren. Deze voorrang was zichtbaar in het vlees door de besnijdenis.
Vrijdag spreken we met elkaar verder hierover.