‘Ik heb ze nagelezen, en nu zie je wat je hebt.’

In Efeziërs 1:3 zou je het kunnen lezen als was je Israël. Maar nu er
bij staat: te midden van de hemelingen (of mogelijk: in de hemelse..)
wordt de sfeer anders. Het is niet langer op aarde. Dat is de lijn voor
het volk Israël. Nu blijkt, dat de sfeer van zegen voor het lichaam
van Christus niet op aarde is.

‘En in 1:20 is het ook duidelijk.’

Daardoor wordt opnieuw duidelijk, dat de sfeer niet op aarde,
maar te midden van de hemelingen is. Jezus is aan Gods rechterhand
gezet nadat Hij was opgewekt uit de doden. Dat gebeurde door de
enorme kracht van God. Paulus gebruikt extra woorden om te laten
zien hoe bijzonder de plaats van Christus Jezus en de gemeente is.
Boven alles. En blijkt, dat soevereiniteiten en dergelijke hemelse,
geestelijke
machten zijn. Dat is de omgeving voor de gemeente.

‘Dat is nog sterker in Efeziërs 2:6 te lezen.’

Toen we dat te midden van de hemelingen weglieten, werd in feite
niets nieuws gezegd. In Romeinen en Korinte klint dat ook. Maar de
toevoeging van de hemelse sfeer waarin de gemeente geplaatst is,
vormt juist de extra dimensie in Efeziërs. Die lees je niet in eerdere
brieven. God wekt ons op en zet ons te midden van de hemlingen
in Christus Jezus!