‘Zeg, het ging gisteravond over een beheer.’
Dat was een van de aspecten. Het beheer van het geheimenis,
zoals Paulus dat noemt in Efeziërs 3:9. Dat was vanaf de eonen
niet bekendgemaakt. Je kunt dat zien staan op de kalender van
God. Het was weggehouden in God, zegt de concordante verta-
ling (verkrijgbaar via boekentafel van gemeente Eben-Haëzer,
of aan te vragen via info@da-ath.nl).
‘Dat heeft te maken met de roeping van de ekklesia?’
Zeker, dat ook. Maar ook wordt in die periode voor het eerst
helemaal duidelijk, wat de positie van die ekklesia, het lichaam
van Christus, is. Net voorafgaand aan vers 9 van Efeziërs 3 heeft
de apostel die ekklesia als gezamenlijk-lichaam omschreven.
Daarin is geen onderscheid meer tussen iemand van het volk
Israël en iemand uit de andere volkeren. Hun positie is gelijk.
‘Effect van Efeziërs 2, het kruis?’
Dat klonk gisteravond ook in de studie van Filippenzen. Het
resultaat van het kruis is, dat twee groepen gelovigen één
zijn. Alle verschillen in het vlees zijn weggevallen. De gelovigen
uit Israël hebben geen bevoorrechte plaats meer op grond van
hun afkomst naar het vlees. Omdat zij deel uitmaken van de
nieuwe mensheid in Christus Jezus. Daarin is de positie gees-
telijk gezien volkomen gelijk. Daarom eindigt Efeziërs 2:11-22
ook met de opmerking, dat de ekklesia een woonplaats van
God is, in de geest.