30 december 2016
‘Ik ben steeds onder de indruk.’
Wanneer we kijken naar wat God doet, dán
kom je onder de indruk. Dat is het beste: op-
zien naar Vader en het alleen van Hem ver-
wachten. Hij stelt nooit teleur. Mensen wel.
Israël had geweldige beloften en God zal ze
allemaal waar maken. Daar staat Hij garant
voor, want Hij is God en wij zijn mensen.
‘We zien op naar Hem.’
Dat is wat je als gelovige doet. Je kunt tegen
Hem te hoop lopen, als je wil beredeneren
en narekenen wat Hij doet. Dat deed degene
die vragen stelt in Romeinen 9.
Paulus laat dat heel even opkomen:
Jakob heb Ik lief en Esau haat Ik
Dat stond al in Maleachi 1:2. Het haten is in
feite: op de tweede plaats stellen. Het feit,
dat wij niet Jakob maar Esau gekozen zou-
den hebben, doet niets aan het feit af, dat
God Jakob uitkoos voor eerstgeborene en
Esau op de tweede plaats zette.
‘Tsja, daar hebben velen moeite mee.’
Terwijl het ook nog zo is, dat God het zo
leidde, dat Esau eerst geboren werd, en dat
Jakob zijn hiel vasthield. Tevoren was al te-
gen Rivka gezegd, dat de meerdere (Esau)
de mindere (Jakob) zou dienen. Dat tevoren
was voordat zij geboren waren. Dus: voor-
dat zij iets goeds of kwaads hadden kunnen
doen!