9 maart 2017
‘We kijken omhoog.’
Je kunt als gelovige niets beter doen.
Je verwacht het van die grote God, Die
alles geschapen heeft. En dat niet alleen;
Hij heeft dat niet zomaar gedaan. Met
een groot(s) doel voor ogen. Om daar-
in en daaraan Zijn heerlijkheid te tonen.
‘Dat heeft de Heer gedaan.’
Hij heeft in Zijn rondwandelen op aarde
de heerlijkheid van God getoond. Zo be-
gint Johannes zijn evangelie:
en wij hebben Zijn heerlijkheid gezien,
de heerlijkheid als van de Eniggeborene
van de Vader Johannes 1:14
Die heerlijkheid bleek, toen Hij water in
wijn veranderde. Daarin zit prachtige ty-
pologie: het water van het woord veran-
dert in de gelovige in vreugde.
‘Ja wat is dat geweldig he.’
De aarden kruiken daar in Kana stellen
mensen voor, zoals de apostel opmerkt:
wij hebben deze schat in aarden vaten
En wat zit er dan in die aarden kruiken?
Net als bij de Heer zelf: genade van God,
want Johannes zei ook in Johannes 1:14:
vol van genade en waarheid
Dat was en is Hij; dat is ook bij u en mij,
wanneer God ons hart heeft geopend, en
het evangelie van genade ingang vond.
Dát wens ik u toe, een hart vol van de
genade (vreugde) van God.