17 april 2020

‘Verzoening is verandering.’

God verandert mensen. Dat toonde Hij 
bij Saulus toen de tijd van genade start-
te. God verandert vijanden in vrienden.
Hoe? Door het werk van de Zoon, Die 
gekruisigd werd. Dat was in wezen een
enorme provocatie van de mens rich-
ting God. De Zoon van Zijn liefde, ja Dié
werd aan het hout genageld. Daarmee 
werd ook de vijandschap gedood. Hij 
ging de dood in voor allen, uit liefde tot
de Vader.

‘Indrukwekkend vind ik dat.’

Intens diep lijden kwam over Hem, op
Golgotha. De Vader leed mee. Het was
door het bloed van Zijn kruis, dat God 
vrede maakte. Enorm diep lijden en de
schande en verachting. Het kruis was in
Zijn dagen een vreselijk martelwerktuig.
Dat heeft Hij ondergaan, voor u, jou en
mij. De vrede die tot stand kwam, be-
treft ook het al. In Kolossenzen 1 lees je 
dat terug.

‘De verzoening gaat ver.’

God verzoent het al met Zichzelf, door
het kruis waaraan Zijn Zoon door diepe
diepten heen ging. Uiteindelijk stierf
Hij en gaf Zijn geest aan de Vader. Het 
was volbracht. Het grote werk tot ver-
zoening van het al (heel de schepping 
uit Kolossenzen 1:16) gaat om eenieder
die in relatie met God kan staan. Daar 
valt niemand buiten. Wat een liefde; de
heerlijkheid daarna is eindeloos.