in het zuiver zijn, in kennis,
in geduld, in mildheid,
in heilige geest,
in ongeveinsde liefde
2 Korinthiërs 6:6
Zowel in zijn evangelie als in
zijn wandel wilde Paulus zo
zuiver mogelijk zijn.
Geen vermenging met het
andere evangelie of iets dat
met de grondbeginselen van
de wereld (religie) van doen
heeft. Qua kennis was hij zijn
tijdgenoten ver voorbij, maar
ook dat was genade van God.
‘Niet ik, maar de genade van
God die met mij is’ (1Kor.15).
Geduld was door inwerking
van de geest van God bij hem
gegroeid. Vleselijke ijver en
ongeduld kenmerkten hem;
later zag hij biddend hoe de
medewerkers en gelovigen
stap voor stap groeiden. God
neemt daar de tijd voor; dat
leerde hij gaandeweg. Laten
wij dit voorbeeld navolgen!