‘De doden weten van niets. Dat zei Prediker ook al. Vreemd, dat
men dan toch iets anders gelooft.’

Zoals het wel met meer dingen het geval is, is de waarheid van het woord
van God verloren gegaan. Het wordt vaak niet meer gepredikt. Waar we in
de jaren 60 en 70 nog volop de boodschap van de terugkeer van Jezus
Christus in de prediking in (evangelisch) Nederland konden horen, wordt
die nu niet of nauwelijks meer gehoord.

‘De boodschap die door zogenaamde ‘maranatha-broeders’ gebracht werd?’

Die deden dat ook. De boodschap van het evangelie werd gebracht, maar dat
betekende óók de verkondiging het profetisch woord. Helaas worden po-
gingen daartoe door mensen beantwoord met woorden als ‘speculatief’;
’twijfelachtige conclusies’ en dergelijke. Daarmee probeert men de verkon-
diging van de bijbelse profetie te stoppen. En dat, terwijl Petrus zegt, dat
het profetische woord ‘zeer vast’ is, en ‘schijnt als een licht in een duistere
plaats’.

‘Vreemd, dat je op weerstanden stuit als je uit de profeten spreekt. Men
vindt dat kennelijk niet nodig?’

Men zal er zonder twijfel op wijzen, dat er veel theorieën zijn over de ‘eind-
tijd’ en de nabije toekomst. Sommigen redeneren de wegrukking van de
gemeente (1 Thessalonicenzen 4) weg. Je hoort in verband daarmee de
soms wonderlijke gedachtekronkels met als achterliggend doel de heldere
boodschap van die duidelijke woorden vooral maar niet van toepassing
op de gemeente te verklaren. Men wil kennelijk liever alle gerichten van
God uit Openbaring meemaken. En dikke kans dat je die niet overleeft.

‘Ik blijf het vreemd vinden dat men zoveel pogingen doet die woorden van
Paulus te ontkennen of weg te redeneren.’

Het heeft ermee te maken, dat als wij in de hemelen komen, de tegenwerker
er binnen de kortste keren uitgeworpen wordt en op aarde terecht komt.
Het lichaam van Christus heeft een speciale plaats, vooral naar de hemelingen
toe en als het goed is, proclameert de gemeente nu al de totale overwinning
van Christus Jezus over alle geestelijke machten en krachten.
Daar is de draak niet blij mee. Vandaar zijn subtiele pogingen de wegrukking
niet van toepassing op het lichaam van Christus te verklaren.
Daarmee probeert hij de geweldige verwachting vol troost voor gelovigen
weg te nemen. Maar: het ís de geweldige verwachting voor heel het lichaam
van Christus!