‘Er is veel om naar uit te kijken, ook vandaag is een dag die ons dichterbij
brengt. Wat een verwachting!’
We leven door geloof. Dat is hetzelfde principe als waar een Abram door
leefde. Hij verwachtte de stad met fundamenten, het nieuwe Jeruzalem.
Hij woonde in tenten en ging op weg op grond van het woord van God, de
beloften die Hij ontvangen had. Hij ging zonder eerst te weten waar hij zou
komen. In Kanaän ontmoette hij Kanaänieten, niet eenvoudig allemaal.
Toch bleef hij met verwachting in geloof uitzien naar de vervulling van de
beloften die God gegeven had. Zo leven ook wij. Misschien zijn we al oud
geworden en zullen we niet bij leven de bazuin horen. Maar we zullen die
horen, ook al zijn we gestorven!
‘Tot die tijd zijn we ons bewust bij dat unieke lichaam van Christus te horen
dat Hij uitroept in de tijd.’
Christus Jezus roept. Hij riep Saulus op weg naar Damascus. Hij riep ver-
volgens allerlei mensen uit alle volkeren tot dat wereldwijde lichaam van
Christus. In Paulus’ dagen waren er ook, die stonden in de lijn van het aardse
koninkrijk en die oren kregen naar wat Paulus te zeggen had. In verhouding
enkelen misschien, maar ze waren er, uit de Besnijdenis. Voor veel christe-
nen is het bijna onmogelijk wijs te worden uit het boek Handelingen, omdat
er destijds verschillende ekklesia’s waren.
‘Er waren nog verschillende roepingen naast elkaar?’
Toen wel, dat kon niet anders, omdat er een begin kwam van de roeping van
het lichaam van Christus. Op dat moment was er alleen de ekklesia die het
aardse koninkrijk verwachtte en ook zou binnengaan. Leider daarvan was Pe-
trus, terwijl later Jakobus, de broer van de Heer, op de voorgrond kwam.
Sommigen van die ekklesia kregen oren naar wat Paulus predikte en zij wer-
den toegevoegd aan het lichaam van Christus. De anderen stierven op een
gegeven moment en zullen in de toekomst deel hebben aan het aardse ko-
ninkrijk van de hemelen. Die ekklesia stierf uit in de loop van de tijd, maar zal
er weer zijn als het koninkrijk op aarde gaat aanbreken, te zien in onder meer
de zeven ekklesia’s die in Openbaring 2 en 3 genoemd worden.
‘En intussen het beheer van het geheimenis waarin het lichaam van Christus
geroepen wordt?’
Paulus was geroepen, onder andere om dit beheer bekend te maken. Allen te
verlichten over deze dingen (Efeziërs 3:8-11) en Gods plan van eonen.
Die unieke bediening was aan hem en niet aan de twaalf voorbehouden. Pro-
bleem is, dat deze unieke bediening niet erkend wordt door veel christenen en
gelovigen. Men ziet het alles als één en dat er niet verschillende ekklesia’s wa-
ren in de Handelingentijd. Als we onderscheidend lezen, dan ontdekken we
de bijzondere plaats die Paulus inneemt en gaan we ook gaandeweg ontdek-
ken, wat de dimensies van het geheimenis van Efeziërs zijn!