‘Boeiend stukje van gisteren, wijsheid, verstandig, kennis.’
Ja, het Hebreeuwse begrip kennis of kennen (da-ath) heeft te
maken met echt kennen en omgaan met, gemeenschap. Als je
Jahweh kent, heb je als Israëliet ook omgang met Hem. Als je
als gelovige God kent, en meer nog, door God gekend bent, dan
is er die omgang met Hem op een manier die bij Israël onder
het oude verbond niet kon.
‘Ja en wat is de Spreuk voor vandaag?’
De gift van een mens maakt ruimte voor hem,
en leidt hem voor het aangezicht van groten.
Het is algemeen bekend, dat een geschenk iemand beter doet
binnenkomen. Dat geldt zeker in hogere kringen, zoals bij-
voorbeeld de koningin van Sjeba bij Salomo kwam. Zij had
een hele stoet mee, waarvan kamelen beladen waren met spe-
cerijen, goud en edelstenen.
‘Een groot geschenk, maar zij kwam om de wijsheid van Salomo
te horen (1 Koningen 10:6)’
Zo werkte en werkt het. Mensen komen ook weleens bij elkaar
op die manier binnen en tonen met een geschenk hun warmte
en liefde voor elkaar. Maar ook kon een Israëliet een naderings-
geschenk (Hebreeuws: korban) aan Jahweh brengen. Dat ging
via de priester. Daarmee kon men naderen. Er was een gave, een
geschenk voor nodig. Dat is in de verhouding mens tot God.
‘Het gaat hier om mensen onderling.’
Bedenk ook dat een vrouw bij de Heer Jezus kwam en albasten
kruik met kostbare nardusmirre, een geschenk dus, en goot die
op Zijn hoofd, en zij zalfde daarmee ook Zijn voeten, droogde
haar tranen die met die op Zijn voeten waren gevallen met haar
haren en hield niet op deze te kussen. Dat was de dankbaarheid,
want aan haar waren veel zonden door Hem vergeven!