‘De dood en het bloed van Christus zijn dus van onschatbare waarde.’
Nou en of! Dat het kruis zo’n enorme reikwijdte heeft, en zo doorwerkt in
allerlei zeer belangrijke facetten, wie had dat ooit kunnen vermoeden? Wat
in geen mensenhart is opgekomen, dat heeft God bereid, gereedgemaakt voor
hen die Hem liefhebben. Dat heeft Hij bewerkt door het grote offer: Zijn eigen
Zoon, die aan het vloekhout genageld werd.
‘Het is groots en heerlijk. De verzoening door Zijn werk, het is Zijn offer.’
En: alle gelovigen zijn gelijk als het gaat om geestelijke zegen en het voorrecht
van de vrije toegang tot de Vader. Waar voorheen een stenen middenmuur de
heidenen verhinderde en alleen de hogepriester eenmaal per jaar in het heilige
van de heiligen mocht komen, hebben alle gelovigen vandaag vrije toegang tot
de Vader! Wij zijn eraan gewend, maar het is in feite heel bijzonder.
‘Ja als je er goed over nadenkt, is het heel wonderlijk, wat wij ontvingen.’
Het wordt bijna nog wonderlijker als we op ons in laten werken, dat God het
is, die alles bewerkt. Door de tegenstander als tegenstander te scheppen moest
er wel zonde in het universum komen. Later zette God de boom van kennis van
goed en kwaad in de hof. De mens moest wel zondigen, kon niet anders. En in
die zondigende mensheid gaf Ieue het voorschrift van de besnijdenis, waardoor
er wel vijandschap moest zijn tussen twee groepen! Dat is wat!
Morgen gaan we daar eens verder naar kijken.