‘Zijn er meer voorbeelden van het woord waarheid?’
Ja, toen de Heer naar het dochtertje van Jaïrus ging, was de vrouw
in de menigte die al 12 jaar leed aan bloedvloeiingen. Zij raakte de
Heer aan, Hij merkte dat er kracht van Hem was uitgegaan.
Hij vroeg aan de menigte: ‘Wie heeft Mijn kleren aangeraakt?’
(Marcus 5:30). En de vrouw beleed het en vertelde Hem de volle
waarheid (vers 33). Zij vertelde Hem dat zij Hem had aangeraakt,
want dat was de waarheid, dat was het gebeurde feit.
‘Ja, dat is een goed voorbeeld. Eenvoudig. Heb je er nog meer?’
Hymeneüs en Filetus dwalen als het om de waarheid gaat: zij beweren
dat de opstanding al gebeurd is (2 Timotheüs 2:18) en helpen daarmee
sommigen van hun geloof af. Overigens woekert deze bewering nog
steeds flink door als koudvuur. Nogal wat theologen geloven al hele-
maal niet meer in de (lichamelijke) opstanding. De waarheid van de op-
standing werd weliswaar door Hymeneüs en Filetus niet ontkend, maar
toch waren zij afgedwaald van de waarheid, dat de opstanding nog toe-
komst is!
‘Dus én de opstanding zelf is een stuk waarheid én dat dat nog toekomst
is, ook?’
Precies ja. Je kunt wel de opstanding belijden, maar als je zegt dat er in de
toekomst geen opstanding is, ben je de beklagenswaardigste van alle men-
sen, bij wijze van spreken. Dan heb je geen verwachting, geen uitzicht, dan
gaat het alleen om hier en nu. Dan kun je alleen eten en drinken en vrolijk
zijn, want morgen sterf je, en daarna? Niets! Niets!
‘Dat lijkt mij ook een wat troosteloos gebeuren. Dan is het echt allemaal zin-
loos wat we doen hier.’
De waarheid van het evangelie is dan ook, dat er wel degelijk opstanding
van doden zal zijn. En dat is de zekere verwachting voor de toekomst.
De Opgestane zelf  staat daar garant voor. Hij gaat de gemeente, het lichaam
van Christus als eerste levendmaken als de bazuin van God klinkt. De doden
in Christus zullen opgewekt worden in onverderfelijkheid en onsterfelijk ge-
maakt worden als Hij spreekt en het lichaam van Christus wegrukt van de
aarde!
‘Zonder dat, zonder opstanding van doden, wat moet je dan?’
Niets. Dan kun je net zo goed stoppen. Dan heb je geen verwachting meer.
Dan leef je hooguit 90 a 100 jaar, en daarna…? Nee, laten we stoppen met dit
soort overwegingen en ons snel realiseren wat de waarheid is! Dát is het
evangelie van de waarheid van Paulus. Geen ander evangelie zit zo vol ver-
wachting van wat God gaat doen. Hij gaat ons levendmaken, daarna volgt
op Zijn tijd de rest! Alles zal delen in de heerlijkheid van God. Niemand valt
buiten de boot! God redt allen! Dát is de waarheid!