Opdat wij weten, wat God ons in genade schenkt!

Paulus…..aan de uitgeroepen 
gemeente van God die in 
Korinthe is, tezamen met alle 
heiligen die in heel Achaje zijn
           2 Korinthe 1:1

Ook in 1 Korinthe 1:1 lezen
we een uitgebreide aanhef.
Opnieuw: de uitgeroepen
gemeente van God; dat is de
meest brede omschrijving.
De uitgeroepenen van God
zijn allen die in Gods plan
uitgeroepen worden, zoals
het volk Israël in de wildernis
(Hand.7:38). Het lichaam van
Christus wordt ook geroepen
en vormt een deel van ‘de
uitgeroepen gemeente van
God’. Paulus was eerder een
vervolger van ‘de gemeente
van God’; dat was echter de
koninkrijksgemeente.
De gelovigen van ‘die Weg’
werden door hem vervolgd.
De brief is gericht aan hen
die geroepen werden door
Gods genade, de prediking
van de rechtvaardiging om
niet. 1 Korinthe 12:13 zegt,
dat allen die in één geest zijn
gedoopt, leden van het ene
lichaam van Christus zijn.

Paulus, apostel van Christus 
Jezus, door de wil van God, en 
Timotheüs, de broeder..
    2 Korinthe 1:1^a

Timotheüs (waardevol-voor/
door God) ging met Paulus
mee (Hand.16:1-4). Hij had
een gelovige Joodse moeder
en een Griekse vader. Paulus
besneed hem omwille van de
Joden in Lystra en Ikonium.
Door deze ‘gemengde’ komaf
is Timotheüs een prachtige
uitbeelding van het lichaam
van Christus. Men wordt uit
Israël en de natiën geroepen
tot in dat ene gezamenlijk-
lichaam (Ef.3:6). Dat is puur
een geestelijke eenheid,
daarin speelt besnijdenis
geen rol (Gal.6:15).
De besnijdenis was immers
schaduwbeeld van de ware,
op Golgotha.
Vader, dank U dat ook wij
in Hem zijn afgesneden van
al het oude. Dank U dat wij
in Christus een nieuwe
schepping zijn.

Paulus, apostel van Christus 
Jezus, door de wil van God, 
2 Korinthe 1:1^a

Geen eigen wil, absoluut geen
vrije wil, nee de wil van God
was basis voor Paulus’ dienst.
Hij werd geroepen door de
verheerlijkte Heer. Op Gods
tijd, naar Gods wil. Zo geldt
ook ons. Misschien hebben
we lange(re) tijd gedacht dat
wij een vrije wil hebben. Dat
is een waanidee. Nadat we
tot geloof kwamen, werd het
toetsen wat de wil van God
is (Rom.12:2) belangrijk.
Wij gaan steeds meer willen
wat God wil. Uiteindelijk is
daar de erkenning, dat het
willen en het werken door
God bewerkt wordt. Moge
God geven, dat wij in dat
diepe besef vol vreugde en
blijdschap leven!

Paulus, apostel van Christus 
Jezus, door de wil van God, en 
Timotheüs, de broeder, aan de 
uitgeroepen gemeente van 
God die in Korinthe is, tezamen 
met alle heiligen die in heel 
Achaje zijn
            2 Korinthe 1:1

De apostel van de natiën is
de apostel van Christus Jezus.
Dat is niet Jezus Christus, die
op de aarde wandelde en de
Messias van Israël is.
De verheerlijkte, opgestegen
Heer, aan de rechter van de
Vader zittend, door Hem werd
Paulus geroepen.
Dat karakteriseert zijn dienst
als apostel. Paulus sprak van
de heerlijkheid van Christus,
Die het Beeld is van de ene,
ware onzichtbare God.
Niets minder is het; de geest
‘schrijft’ dat met onzichtbare
inkt in onze harten.
Dat is onze vreugde vandaag.

Paulus, apostel van Christus 
Jezus, door de wil van God, en 
Timotheüs, de broeder, aan de 
uitgeroepen gemeente van 
God die in Korinthe is, tezamen 
met alle heiligen die in heel 
Achaje zijn
            2 Korinthe 1:1

Paulus, zijn naam heeft met
onderbreking, pauze, te maken.
Het beheer van het geheimenis
(Efe.3:9) is die onderbreking in
Gods geschiedenis met Israël.
Zij zijn wat betreft hun functie
van lichtdrager tijdelijk opzij
gezet. Opdat in de genadetijd
de verzoening van de wereld
gepredikt kon worden.
Het lichaam van Christus wordt
in die onderbreking geroepen.
Paulus werd ingezet als leraar
van de natiën, apostel van de
Heer Christus Jezus. We blijven
luisteren naar zijn evangelie.