Woord vandaag

‘Boeiend, dat Romeinen 8:38,39, geweldige woorden.’

Zeker, en als je vers 38 eens naast Efeziërs 1:21 legt, dan valt op, dat je
daar ook overheden (soevereiniteiten) en krachten genoemd worden,
en daar gaat het onmiskenbaar over hemelingen! Als we dan nog even
kijken naar Romeinen 8:38,39 dan komt naar voren, dat ook alle heme-
lingen ons niet kunnen scheiden van de liefde van God in Christus
Jezus, en reken er maar op, dat zij erop uit zijn, dat te willen bewerken!

‘Geweldig, dat wij zo verbonden zijn met Christus Jezus!’

Ja, Hij houdt ons vast en leidt ons, is onze redder, want Hij is het hoofd
van het lichaam! Wij zijn met Hem zeer nauw verbonden en hebben
daarom een plaats met Hem aan Gods rechterhand. Wij zijn met Hem
daar gezet en als dat gezegd wordt, worden de regeringsvormen te mid-
den van de hemelingen genoemd. Dus het lichaam van Christus is met
Hem verbonden in de regering over de hemelingen!

‘Dat duizelt me, deze gedachten. Het is ongelooflijk!’

Niet voor niets spreekt Paulus over de overstijgende rijkdom van Gods
genade, in dit verband in Efeziërs 2:5-8.
Ook in Efeziërs 3:10 gaat het over soevereiniteiten en gevolmachtigden,
het wijst opnieuw over regeringsvormen in het hemelse gebied. Daar
waar onze lotgenieting is! En juist in dat verband wordt gewezen op het
plan van eonen, dat Hij maakt in Christus Jezus
.

‘Ik ben ervan overtuigd, dat dit ongelooflijke schatten zijn.’

Het is bijna niet voor te stellen, een mens kan dit niet bedenken. Juist
in verband met het plan van eonen en de regering boven de hemelse
machten en krachten wordt Zijn lichaam genoemd. Daarbij weten wij
bijvoorbeeld uit Daniël 10, dat er geestelijke vorsten zijn, die over een
land als bijvoorbeeld Perzië regeren. Dat zijn grote machten, die eens
ook zullen belijden dat Jezus Christus Heer is. Om daartoe te komen,
speelt Zijn lichaam een essentiële rol!

Woord vandaag

‘Wat een heerlijk evangelie mogen wij toch kennen.’

Het is het evangelie van de heerlijkheid van Christus, die het beeld van
God is. Dat is wat Paulus ‘ons’ evangelie noemt. Het omvat niet alleen de
dood en opstanding van Christus, maar ook Zijn verhoging en verheer-
lijking aan de rechterhand van Vader. Hij is daar als Eersteling van de
nieuwe mensheid en van de nieuwe schepping!

‘Een paar dagen geleden hadden we het over Zijn positie boven alles.’

Een uiterst hoge plaats, waar Hij door Vader gesteld is nadat Hij de diepte
van de dood van het kruis had ondergaan. Nu Hij de hoogste plaats in de
schepping heeft, boven alle hemelingen, is óók aan de gemeente die Zijn
lichaam is die plaats gegeven! Paulus schrijft in Efeziërs 1:20-23 over
regeringsvormen in het geestelijke, hemelse bereik.

‘Daar lezen we vaker over?’

Ook in Romeinen 8:38,39, waar gezegd wordt, dat niets ons kan scheiden
van de liefde van God in Christus Jezus, onze Heer. In vers 38 staat, dat
engelen, overheden (soevereiniteiten) en krachten ons niet kunnen schei-
den van die grote liefde. Het boeiende is, dat in 35 en 36 allerlei genoemd
wordt wat door mensen ons aangedaan kan worden. Maar het kan ons niet
van de liefde van God scheiden.

‘En wat valt je dan op in vers 38?’

Dat het daar om hogere, geestelijke machten en krachten lijkt te gaan. Er
wordt over boodschappers (engelen), overheden (soevereiniteiten) en krach-
ten gesproken. Het heeft er alles van, dat het hier in contrast met vers 35
en 36 gaat om geestelijke machten , oftewel: hemelingen.
Daarbij wordt ook het tegenwoordige en het toekomstige genoemd. Dat is
wellicht een hint naar onze geestelijke plaats, die later in Efeziërs bekend
wordt gemaakt: te midden van de hemelingen!

Woord vandaag

‘Heerlijk, die grote verwachting die wij koesteren.’

Ja, wij gaan Hem ontmoeten. Dat doen we niet zonder hen, die in Christus
gestorven zijn. Het bijzondere is, dat zij eerst zullen opstaan. Daarna zullen
wij levenden die achterbleven, samen met hen tegelijk weggerukt worden,
tot een ontmoeting met de Heer in de lucht.

‘Het moet wel iets ongelooflijks zijn, wat wij gaan meemaken!’

Dat is het ook. Er staat bovendien bij: ‘en zo zullen wij altijd met de Heer
zijn’. Die ‘wij’ zijn alle leden van het lichaam van Christus. Er zal dus niet
één ontbreken. Niet een. Iedereen, alle gelovigen gaan mee! Ook degene
die niet in tel was, ook degene die zelfs door andere gelovigen werd achter-
gesteld. De Heer kent de Zijnen. Hij zal geen enkel lid van Zijn lichaam
achterlaten. Kijk, dát is genade.

‘Mooi, dit raakt me.’

God ís liefde. Dat is Zijn wezen. Hij geeft ons de geweldige verzekering, dat
niets ons kan scheiden van Zijn liefde in Christus Jezus, onze Heer. Wat kan
ons scheiden van Zijn liefde? Niets!
O, dat we dit dieper gingen beseffen in ons hart! Hij zal ál Zijn beloften waar
maken. Die zijn ja en amen in Christus Jezus. Gezegend is die God en Vader,
die het zo doet. Hij kent je bij naam. Hij roept je, Hij neemt je in Zijn armen.

‘Dit is erg fijn om te horen.’

Het is de essentie van het evangelie. God zal alles in allen zijn, als de juiste tijd
daarvoor is aangebroken. Er is niets wat dat voornemen van God kan tegenhou-
den. Niets of niemand. De wil van de mens stelt eigenlijk niets voor. Wel is Gods
wil en Zijn voornemen allesbepalend. Niets loopt Hem uit handen. En Zijn han-
den worden gestuurd door een hart van liefde!

Woord vandaag

‘De geweldige verwachting moet Paulus steeds kracht gegeven hebben.’

Dat is zondermeer een feit. Als een mens geen verwachting meer heeft, is
hij wanhopig en dan wordt alles zinloos. De grote God, die door Paulus
verkondigd werd aan onder andere de Atheners, is de God van het leven
en dus de God van de opstanding. Doordat Hij Zijn geliefde Zoon opwekte
uit de dood en uit de doden, is de Eersteling van de nieuwe mensheid er!

‘Dat is goed nieuws!’

Het is geweldig nieuws, want daarin zit de opwekking en levendmaking
van heel de mensheid besloten. Na de Eersteling komt gegarandeerd de
hele oogst! En het is die grote verwachting waarin wij leven!
Ezechiël vroeg zich af of de dode zou leven, en zei: ‘U weet het!’ tegen
Jahweh. En hij zag profetisch hoe er leven kwam door de geest van God.

‘Dat spreekt toch over Israël?’

Jawel, en al de beloften aan dat volk zal Jah waarmaken. Paulus ge-
tuigt van de God van de opstanding en was zich zeer diep bewust van
het feit, dat niets hem kon scheiden van de liefde van God in Christus
Jezus, onze Heer. Zelfs de dood niet! Gods liefde heeft het laatste woord!

‘Heerlijk, wat een evangelie is dat!’

Paulus’ prediking ademde de God van het leven. Hij zal allen levend-
maken. Net als in Adam allen sterven, zo zullen ook in Christus allen
levendgemaakt worden. Dát is de boodschap van genade, die hij mocht
brengen! Daarom verliezen wij de moed niet, maar worden getroost,
want na het lijden is niet alles afgelopen, maar komt heerlijkheid!

Woord vandaag

‘Het is zeker een bijzondere genade, dat wij straks boven zullen zijn.’

En dat is niet een onduidelijk iets als ‘wij zullen eeuwig in de hemel zijn’;
maar wij hebben straks een geweldige bediening om die hemelingen te
tonen wat Zijn genade genade in mildheid betekent. Overigens valt je
op, dat wij daar te maken hebben met regering. In Efeziërs 1:21 staat,
dat God Zijn Christus aan Zijn rechterhand zet – te midden van de
hemelingen- boven iedere soevereiniteit en gevolmachtigde en kracht
en heerschappij en iedere naam die genoemd wordt.

‘Geweldig!’

Ja, en met deze uitdrukkingen worden vormen van regering bedoeld.
Zo wordt ons gezegd, dat Hij de hoogste regering is in het universum.
En bedenk, dat Hij de mens Christus Jezus is. In het verlengde daar-
van schrijft de apostel, dat alles aan Zijn voeten komt, aan Hem onder-
geschikt wordt. Dat is de enorm hoge positie waarin Hij nu gesteld is!

‘Indrukwekkend, wat daar even in twee verzen staat!’

Ja, we moeten even pauzeren om dit op ons in te laten werken. Hij stelt
ons in staat, om door Zijn geest, met verlichte ogen van ons hart, iets
te bevatten van Zijn hoge plaats nu. Zijn plaats nu heeft te maken met
regering over alles. Boven de hoogste geestelijke machten is Hij het, die
het plan van Vader uitvoert.

‘Geweldig, dat Hij het hoofd van alles is’.

Als de grote Eersteling van de nieuwe schepping en als de Eerstgeborene
uit de doden is Hij boven alles geplaatst, door de Vader.
Laten wij onze Vader, de Vader van de heerlijkheid daarvoor danken!
Het lot van de mensheid en heel de schepping is bezegeld en ligt in han-
den van Hem, die de diepste weg gegaan is op aarde: Christus Jezus!