Woord vandaag

‘Fijn zo, dat we naar Pasen hebben gekeken. Pasen doordringt eigenlijk Efeziërs.’

Dat zeker. In Efeziërs 1 hebben we al stilgestaan bij de overstijgende grootte van
Gods kracht, waarmee Hij Christus Jezus uit de doden heeft opgewekt. Die kracht
werkt ook in ons (Efeziërs 1:19,20). Daarmee is de totale overwinning behaald op
alle machten en krachten die zich tegen God en Zijn Gezalfde verzameld hadden
om die Gezalfde (Jezus Christus) definitief uit te schakelen. Pilatus had het graf
laten verzegelen en een wachters daar neergezet. Maar veel grootser waren de
vijandige geestelijke machten die bij het graf waren, om te verzekeren dat Hij in
het graf zou blijven.

‘Dat laatste staat niet zo in de Schrift.’

Klopt. Niettemin mogen we dat afleiden uit andere Schriftplaatsen, waar we een
intense geestelijke activiteit bespeuren als er grote veranderingen op stapel staan
in Gods plan. Door het kruis werden de machten en krachten openlijk te kijk gezet
(Kolossenzen 2:14-16) en overwonnen. Reken maar, dat de tegenwerker daarom
van alles in werking stelde om Hem in het graf te houden! Dat was een enorme acti-
viteit en ook die werd te kijk gezet op de derde dag.

‘En dat was ook de eerste aanzet, dat de gemeente geroepen kon gaan worden.’

Sommigen hebben opgemerkt, dat er een prachtige parallel is tussen de diepe
slaap van Adam in de hof en die van de laatste Adam in die andere hof. Bij de eer-
ste Adam werd Eva uit hem genomen en was zij zijn vrouw. Zo was het de bedoeling
met de mensen, dat een man zijn vader en moeder zou verlaten om zich te hechten
aan zijn vrouw, zie Genesis 2:24. Dit werd echter ten diepste door God zo gedaan
met oog op Christus en de uitgeroepen gemeente. De laatste Adam was in een diepe
slaap van de dood en daarna werd Zijn lichaam, de uitgeroepen gemeente geroepen
uit alle volkeren. Tot een hemelse bediening voor de krachten en machten boven!

Woord vandaag

‘Fijn om zo Pasen te vieren. Geweldig dat Vader Hem opwekte uit de dood.’

Ja, zo komt 1 Corinthiërs 15 naar voren. Een hoofdstuk waarin Paulus uitgebreid
ingaat op degenen die beweerden (naast de waarheid) dat er geen opstanding van
doden is. Paulus laat haarscherp in de verzen 12-19 zien wat de gevolgen zijn als
je dat (ten onrechte!) denkt. Dan heb je namelijk: niets. Geen levende Redder,
geen uitzicht, geen toekomst. Als je alleen voor dit leven op Christus je verwach-
ting hebt, dan ben je de meest beklagenswaardige van alle mensen.

‘Het is een feit, Hij is onze levende Heer!’

We hebben een machtig uitzicht. Paulus laat zien, dat Hij niet alleen is opgestaan,
maar ook levendgemaakt. En: evenals in Adam allen sterven, zullen ook in Christus
allen levendgemaakt worden. God zet 3 stappen. Dat is vaak zo. De Heer Jezus wek-
te Lazarus, het dochtertje van Jaïrus en de jongeling van Naïn op. Ook 3 stappen.
Er kwamen als eersten 3 vrouwen bij het graf. Het is getal dat met de beloften te
maken heeft. Een 3 belooft iets.

‘Ja, er zijn 3 rangorden van levendmaking.’

Tegen de donkere achtergrond van hen die beweerden dat er geen opstanding van
doden is, schijnt het licht van het evangelie erg sterk. Zo zegt vers 20-28, dat God
allen in 3 rangorden levendmaakt. Christus als Eersteling, daarna die van Christus
zijn in Zijn aanwezigheid (Grieks: parousia). En ten slotte de rest van de mensheid,
als eenmaal de tweede dood buiten werking is gesteld. De totale overwinning van
God, de Vader, is dan zichtbaar. De dood is dan verdwenen uit het universum. Er
kan dan ook geeen sprake meer van zonde zijn. Ook die is daarmee weggedaan
uit het heelal. Dat is de vrucht van het werk van Christus!

Woord vandaag

De Heer Jezus is opgestaan! Hij leeft!

‘Ja, Hij leeft! Geweldig, dat de dood overwonnen is!’

Het werk van God, de Vader, is niet te keren. Het was voorzegd. Als God spreekt
doet Hij wat Hij zegt. In zoveel profetieën en typen en beelden was het aange-
kondigd, dat Hij zou opstaan –niet in eigen kracht- uit de dood. Jezus Christus is
opgewekt door Zijn Vader en leeft! Dat is wat wij het hele jaar door vieren en
extra bij Pasen. Hij is nu de Levende, de Opgewekte, de Opgestane. Hij is opge-
varen naar Vader en zit nu aan Zijn rechter(hand). Hem is gegeven alle macht
in hemel en op aarde, alleen zien wij nu nog niet dat Hem alle dingen onderwor-
pen zijn.

‘De opstanding was op de 16e nisan, zo hebben wij gisteren gezien.’

Dat is dus op de derde dag. Dit levert veel problemen op, omdat het in de Schrift
soms anders wordt geformuleerd. We kennen de uitdrukking ‘drie dagen en drie
nachten’ uit Jona en Mattheüs 12:40. Ook lezen we over ‘na drie dagen’ (Mattheüs
27:63; Markus 8:31; 9:31; 10:34). En we lezen een keer of 10 over ‘op de derde dag’
of ‘tot de derde dag’. Dit lijkt allemaal verwarrend. Je kunt de drie verschillende
uitspraken niet letterlijk nemen. De Heer was niet drie nachten in het graf, maar
volgens ons Westers spraakgebruik twee nachten. De nacht van 14 op 15 en de
nacht van 15 op 16 nisan lag Hij in het graf, om vroeg in de ochtend op de 16e nisan
te worden opgewekt door Vader!

‘Nou, het is wel wat ingewikkeld, vind ik.’

Als we de eenvoudige verklaring kennen, is het niet moeilijk meer. Maar net als zo
vaak met de Schrift, je moet er wel moeite voor doen om er achter te komen hoe
het zit. Het komt je niet aanwaaien. Het gaat erom, dat er verschillende talen ge-
bruikt werden: Grieks, Hebreeuws en Latijn. Net zoals er drie keer op het opschrift
op het kruis was gezet: Jezus de Nazarener, de Koning van de Joden (Johannes 19:
19,20), in het Hebreeuws, Grieks en Latijn. Zo gebruikt het Hebreeuws: ‘drie dagen
en drie nachten’, het Grieks het exacte ‘op de derde dag’ en het Latijn ‘na drie
dagen’. Je leest dat de laatste uitdrukking steeds voor Romeinse mensen gebruikt
wordt. Exact en strikt genomen werd Hij opgewekt op de derde dag. Dat was de ver-
vulling typen en beelden van de Hebreeuwse Schrift.
Zó had Vader het gezegd en zó gebeurde!

Gezegend Pasen! 

Woord vandaag

‘Vandaag is het stille zaterdag.’

Zo wordt dat in kerkelijk jargon (taalgebruik) gezegd. Net als Palmpasen,
aswoensdag, witte donderdag en goede vrijdag. Allemaal bedacht door
mensen. Staat nergens in de Schrift. Bovendien was de kruisiging, als het
er helemaal over gaat, niet op vrijdag maar op donderdag. De grote sabbat
van het jaar waarin onze Heer gekruisigd werd, was op vrijdag. Het was de
15e nisan, de eerste dag van het feest van de ongezuurde broden.
Het Pascha was op 14e nisan. Direct aansluitend was het feest van Pascha,
de ongezuurde broden, daarvoor wordt alles wat met zuurdesem te maken
heeft, uit de huizen verwijderd.

‘Dus de grote jaarsabbat was de 15e nisan en dat was toen op vrijdag?’

Ja, dat blijkt uit een nauwkeurige vergelijking van de teksten in de grond-
tekst. Uit de vertalingen blijkt het niet; die zijn aangepast aan de heersen-
de opvattingen in de theologie. Op de 14e nisan, de dag waarop het Paaslam
werd geslacht, werd de Heer van de heerlijkheid (1 Corinthiërs 2:7-9) gekrui-
sigd. Op de 15e nisan, de grote jaarsabbat, lag Hij in het graf. Vroeg in de
ochtend op de 16e nisan, dat was toen een gewone sabbat, werd Hij opgewekt
uit de dood en tussen de doden uit. Hij heeft geen verderf gezien. Vader had
Zijn ziel niet overgelaten in de hades (Psalm 16:10). Dit waren de profetieën
uit de Schriften en de Heer Jezus geloofde die onvoorwaardelijk.

‘Dus Hij stond op op de sabbat, de zaterdag, en niet op zondag?’

De vertaling ‘de eerste dag van de week’ is een afgeleide van wat er echt staat.
Het is eerder een uitleg of interpretatie van wat er staat. In Markus 16:2 lees je:

En zeer vroeg in de ochtend van een van de sabbatten komen zij bij de graftombe
bij het opgaan (rijzen) van de zon

Gezien de aanduiding zeer vroeg in de ochtend en bij het opgaan (rijzen) van de
zon
mag je ook vertalen : op een van de sabbatten. De bovenstaande aanhaling

is erg letterlijk. Dit wordt door de andere teksten uit Mattheüs, Lucas en Johan-
nes niet tegengesproken. Die zij uit dit vers zijn de drie (let op: drie!) vrouwen
Maria Magdalena, Maria de moeder van Jakobus en Salome. Zij hadden heel de
grote jaarsabbat zitten wachten, nadat zij de specerijen gereed hadden kunnen
maken  (Lucas 23:55,56) op de dag van de voorbereiding.
Maar nu gingen zij snel naar het graf in de hof (tuin) van Jozef van Arimathea
en kwam bij het graf waarvan de verzegelde steen weggerold bleek te zijn van
de opening, de ingang!?!

Woord vandaag

‘Vandaag goede vrijdag. Dat is de dag van de kruisiging en de dood van
de Heer Jezus.’

Dat betekende volgens 2 Corinthiërs 5, dat de liefde van Christus de ge-
lovige Paulus drong. En dat om bekend te maken, dat Eén voor allen is
gestorven en dat dus allen gestorven zijn.’ Zelden wordt in prediking aan-
dacht geschonken aan dit geweldige feit. Het is betuigd door veel oogge-
tuigen, dat Jezus Christus aan het kruis stierf. Dat is ook algemeen be-
kend, zelfs in de wereld. Er wordt aandacht aan gegeven. Men weet dat
Jezus aan het hout stierf op Golgotha. Vele christenen weten en belijden
dat Hij stierf  voor onze zonden.

‘Maar dan denkt men: alleen voor die van ons, van de gelovigen dus.’

Het is een eenvoudige waarheid. Toch is het in feite de helft. Het is wel
waar dat Hij voor onze zonden stierf, maar het is óók waar, dat Hij stierf
voor zondaren:

God echter bewijst Zijn liefde voor ons, dat Christus voor ons stierf toen
wij nog zondaars waren
                                                             Romeinen 5:8

Hij stierf dus voor ons, dat is waar. Maar Hij stierf wel degelijk voor allen:

Want de liefde van Christus dringt ons, dit oordelend, dat indien Eén voor
allen stierf, allen dus stierven
                                              2 Corinthiërs 5:14

De kring is dus heel wat breder dan alleen de gelovigen van nu. Allen stier-
ven toen Hij stierf. Dat verklaart de aardbeving. Het is een ongelooflijke
waarheid, dat allen stierven. De hele oude mensheid werd met Hem mee
gekruisigd.

‘Mooi dat in beide teksten over Gods liefde gesproken wordt.’

Het was een handeling, een daad van liefde. Zo moest het gaan. Hiervoor
was Christus mens geworden. Om te kunnen sterven aan hout en zo de
zonde van de wereld weg te nemen. Degenen die nu gelovigen zijn, zijn
tot leven gewekt. God ziet de rest van de oude mensheid als gestorven en
begraven. Hij, Jezus Christus, gaf zichzelf over in geloof in de dood, in het
volle vertrouwen dat Vader Hem zou opwekken op de derde dag. En dat
gebeurde, zoals in allerlei typen en profetische woorden was aangekon-
digd. Het ging door lijden naar heerlijkheid, de diepste diepte van lijden
was Golgotha. Dáár bleek Hij het volkomen Lam van God te zijn, dat in de
dood moest om heel de wereld, heel de schepping te redden!