Alexander, de koperslager,
heeft mij veel kwaad betoond.
De Heer zal hem naar zijn
werken teruggeven.
2 Timotheüs 4:14
Het is niet duidelijk of dit ook
de Alexander uit 1Tim.1:20 is.
Z’n geloof was op de klippen
gelopen. En hij lasterde; dat is
een vorm van (groot) kwaad.
Lasteren = schade-verklaren;
dat is: verklaringen afleggen,
iets zeggen dat iets, meestal
iemand beschadigt. Er staat
zelfs van deze Alexander, dat
hij de apostel van de natiën
veel kwaad betoond had. Nu
nam Paulus zelf geen wraak
op hem; hij liet het over aan
de Heer.
Als het gaat om het evangelie
van genade, kan verdediging
(Galaten!) nodig zijn. Kennelijk
ging het hier om tegenwerking
in de mens-tot-mens sfeer.
Lasteren op de mens gericht,
is vaak liegend kwaadspreken;
dat liet Paulus gaan. Wat de
lasteraar op zich laadt, zal de
Heer te Zijner tijd teruggeven.
In alles mogen we opzien naar
Hem, Die ons onuitsprekelijk
liefheeft!