Op 9 juni 2019 werd uit Handelingen 2 gesproken
wat Pinksteren is. Israel, Gods volk, viert dat nog
steeds. Destijds, met de discipelen en anderen in
afwachting van de belofte van de Vader, werd het
de vervulling van het oogstfeest. De heilige geest
werd gegeven. Naluisteren: Pinksteren
Woord vandaag
9 juni 2019
‘Pinksteren.’
Ja, het is oogsttijd, in Israël was sprake
van de gersteoogst en de tarweoogst.
De eerstelinggarf van de gersteoogst is
het, die bewogen werd voor het aange-
zicht van Jahweh. Op de dag na de gro-
te sabbat van de ongezuurde broden
(de 15e Aviv/Nisan), dus op de 16e Aviv,
werd deze bewogen. Een prachtig type
van de opstanding van Christus. Het is
geen toeval, dat dat plaatsvond op dit
festival, dat direct ná Pesach (de 14e A-
viv) werd gevierd, 7 dagen lang.
‘En pinksteren daarna?’
Ja, men moest ingaande de 16e Aviv in
elk geval zeven sabbatten tellen, 49 da-
gen in totaal. En de dag na die cycli van
zeven, kwam de 50e, waarop het Shavu-
ot (Wekenfeest) is. En dan kom je in het
begin van de 3e maand uit. Dan moest
men 2 broden met zuurdesem erin aan-
bieden, van (vermoedelijk) tarwe gebak-
ken. Dat zijn twee beweegbroden, die
door de priester gepresenteerd werden
aan Jahweh. Als een prachtig plaatje of
uitbeelding van de eerstelingen uit Isra-
ël. Een nieuw spijsoffer werd daarbij ge-
bracht.
‘Ik vind het heel boeiend.’
De hele eredienst met de offers en gaven
die in de toenadering gebracht werden
is een type van hogere, geestelijke waar-
heden. Zo zegt Hebreeën 10:1 :
de wet, hebbende een schaduw van de
toekomende goederen, niet het wezen
van de dingen zelf, kan nooit met dezelf-
de offers, die zij jaar in jaar uit ononder-
broken brengen, hen die naderen tot vol-
maaktheid brengen
Duidelijke woorden van deze schrijver.
Juist omdat de offers steeds opnieuw
gebracht moesten worden, bleek al dat
ze geen volkomenheid of volmaaktheid
brachten. Het wachten was op die Ene,
Die wel het grote offer was voor de zon-
den én uiteraard voor de zonde.
Woord vandaag
8 juni 2019
‘Hoe vertaal je vers 39, 40 en 41?’
Misschien was het gisteren toch niet
helemaal duidelijk. We gaan ze nog-
maals doornemen.
1 Corinthiërs 15:39 zegt:
alle vlees is niet hetzelfde vlees, want
het vlees van mensen is anders, en het
vlees van dieren is anders, en van vis-
sen is anders, en van vogels is anders
In dit vers staat vier keer anders met
de gedachte: van dezelfde soort. Het
gaat om vlees, maar steeds in een an-
dere vorm. Mensen en dieren en de
dieren onderling anders van elkaar.
Hopelijk is het zo beter te begrijpen.
‘Ja, zo is wat overzichtelijker.’
Fijn, dan gaan we naar vers 40:
er zijn hemelse lichamen en aardse
lichamen; maar een andersoortige
heerlijkeid inderdaad is die van de
hemelse, echter een andersoortige
van de aardse
Nu gaat het om andersoortig en niet
om anders (van dezelfde soort). En
de tegenstelling is: hemels en aards.
Het gaat om verschillende sferen en
daarom gaat het om andersoortige
heerlijkheid. De aardse (aan de aar-
de gebonden) lichamen hebben een
wezenlijk andere samenstelling, om-
dat ze in de aardse omgeving zijn. De
omstandigheden op aarde zijn heel
anders dan in de hemelse omgeving.
‘Ja de verschillen zijn groot.’
En hoe anders is het met de hemelse
lichamen! Die zijn niet aan de aarde
gebonden en bevinden zich in duide-
lijke andere omstandigheden. Je kan
van mens en dier zeggen: het is alle-
maal vlees als het om hun lichamen
gaat. Maar van de hemellichamen is
dat anders. De geestelijke machten,
hemelse boodschappers; zij bevinden
zich in het hemelse bereik en daarom
zijn zij andersoortig dan mens en dier.
Morgen kijken we naar een wat nauw-
keuriger vertaling van vers 41.
Woord vandaag
7 juni 2019
‘Met welk lichaam staan ze op?’
Dat is de vraag. Paulus illustreert zijn
antwoord met typologie uit de natuur.
De graankorrel moet eerst in de aarde
vallen en sterven. Pas daarna komt de
nieuwe aar als type van de opstanding.
Zo is het ook met de mens, we zaaien
een overledene in verwachting. God is
bij machte – en zal dat zeker doen – de
gestorvene op te wekken uit de dood.
En 1 Corinthiërs 15:38 zegt, dat God
een lichaam (in de opstanding) geeft
zoals Hij dat wil.
‘Daar geeft hij al een hint.’
Vervolgens worden we gehinderd in
de vertalingen. De herziene staten-
vertaling geeft in vers 39 vier keer in
hun tekst: verschillend, dat moet zijn:
anders (van dezelfde soort). Het gaat
om vlees, in verschillende hoedanig-
heden. En in vers 40 staat:
er zijn hemelse lichamen en aardse li-
chamen; maar een verschillende heer-
lijkeid inderdaad is die van de hemelse,
echter een verschillende van de aardse
Omdat het hier gaat om een duidelijk
andere heerlijkheid gaat, staat ander-
soortig in de tekst (door de hSV ver-
taal met: verschillend). Want het is een
tegenstelling.
‘Paulus spreekt van hemellichamen.’
Ja, in vers 41 gaat het over zon, maan
en sterren en hij gebruikt dus anders
(niet: andersoortig) omdat het om di-
verse hemellichamen gaat. Overigens
zegt hij wel, dat de ene ster een grote-
re heerlijkheid (uitstraling) heeft dan
de andere ster. Daarmee sluit Paulus
de voorbeelden (typen) uit de natuur
af. In vers 42 stelt hij vast:
Zo is ook de opstanding van de doden.
Daarna werkt hij het verder uit in een
zeer bijzonder (uiteraard door God ge-
ïnspireerd) betoog.