Woord vandaag

‘Zeg, jij had het gisteren over niet op bijbelstudies en dergelijke komen,
maar Hebreeën 10:25 zegt toch dat wij moeten?’

Daar staat het volgende in de herziene Statenvertaling:

‘Laten wij de onderlinge bijeenkomst niet nalaten, zoals het bij
sommigen de gewoonte is, maar elkaar aansporen, en dat zoveel
te meer als u de grote dag ziet naderen.’

Deze ‘onderlinge bijeenkomst’ staat als begrip ook in 2 Thessalonicenzen 2:1
en is daar een verwijzing naar de wegrukking van het lichaam van Christus,
de grote verwachting van 1 Thessalonicenzen 4:13-18. Ook hier in Hebreeën
heeft het in elk geval te maken met de toekomstverwachting. Het gaat om
‘de grote dag zien naderen’ (vers 25), om ‘de belijdenis van de verwachting’
(vers 23), om ‘Hij, die belooft, is getrouw’ (vers 23). Ook dit stukje ademt de
toekomstverwachting van de gelovigen en in dit verband gebruikt de schrijver
het woord episunagogè, net als in 2 Thessalonicenzen 2:1.

‘Dus het gaat helemaal niet om de wekelijkse samenkomsten bezoeken?’

Er bestaat geen enkele aanleiding dat te veronderstellen. Men gebruikt deze
tekst wel op huisbezoek als oudsten (evangelisch) of ouderlingen (kerken)
de leden aansporen om op zondag in samenkomst of kerk te komen als hun
bezoek onregelmatig is geworden. Of als zij wellicht zijn gaan ‘lopen’ naar an-
dere samenkomsten waar het Woord opengaat.  Maar dat deze tekst gebruikt
wordt als een soort stok achter de deur, is helemaal misplaatst.

‘In de brieven wordt dus geen vermanende tekst gevonden dat men de samen-
komsten, bijbelstudies moet bezoeken?’

Nee. Er zijn geen verplichtingen voor de gelovigen. In Israël was men verplicht
de feesten te vieren en op te trekken naar Jeruzalem, drie keer per jaar. Voorts
was men verplicht de tienden te geven. Dat laatste is ook praktijk in kerken en
evangelische gemeentes. Daar moet men  de tienden geven, maar dat kan nooit
gebaseerd zijn op de brieven van Paulus, waar overstromende genade wordt
gepredikt. Hier een voorbeeld -dus- van vermenging van wet en evangelie.

‘Duidelijk. We lopen weer tegen die vermenging aan.’

De praktijk is, dat men voor veel dingen terugkijkt naar de Thora. Dat waren
echter de regels voor Israël in het vlees, in hun land. Meer dan overduidelijk is
aangetoond, dat men die Thora niet kon houden en dus aan alle mitzwot
(geboden) tekort schoot.
Reden temeer om God te danken voor Zijn rijkdom aan genade, die Hij ons
bekendmaakt in Christus Jezus!

Woord vandaag

‘Is het niet zo, dat Paulus in zijn brieven profeteert, dat de
gelovige mensen
niet meer op Woord gericht zouden zijn?’

‘De zware nadruk die hij bijvoorbeeld in de brieven aan Timotheüs
op het Woord en de verkondiging ervan legt, zegt genoeg. In zijn
tweede brief aan zijn geestelijke zoon zegt hij bijvoorbeeld, dat de
hele Schrift God-geademd is. Dat geldt voor de Tenach en voor al
wat tot op dat moment geschreven was.

‘Men is veel meer bezig met mensenwoorden dan met die Schriften?’

Ja, en men werd al snel van Paulus afgekeerd, heel Asia was toen in
korte tijd: weggevoerd, niet langer de boodschap van Paulus aan-
hangend, maar andere dingen. Men zoekt het dan in religie of een
wonderlijk mengsel van wet en evangelie, werken en geloof, vlees
en geest.

‘Zou dat ook de oorzaak zijn van het geen of weinig trek meer hebben
in bijbelstudie?

Het is een van de oorzaken. Het heeft te maken met vlees en geest. Als
men de bijeenkomsten laat voor wat die zijn en eigen dingen doet,
heeft het vlees de overhand. Je doet dan kennelijk liever wat je zelf wil
in plaats van bezig zijn met de dingen van / het woord van God.

‘Paulus was op het laatst een eenzame geworden. Alleen Lucas was nog bij
hem.’

Dat is erg tekenend. Hij had nog wel mensen die hem volgden, maar het
waren er erg weinig geworden. Hij vroeg toen om de perkamenten, hij wilde
met dat Woord bezig zijn. De Heer zorgde voor hem; een arts was dichtbij.
Zoals Asia is het in het christendom; men kent Paulus niet, en als
je in de evangelische wereld rondkijkt, zie je maar weinig gelovigen die de
apostel van de natiën volgen en echt als leraar erkennen.

‘Toch merkwaardig dat men Paulus al zo snel verliet in nota bene Asia.’

Zeker, hij brengt een goed bericht dat niet naar de mens is. Het is helemaal
op God gericht en biedt in wezen geen ruimte voor vlees. We zijn in Christus
een nieuwe schepping en kennen elkaar (en ook onszelf!) niet langer naar
het vlees. Zelfs Christus kennen wij niet langer als Jezus Christus maar als
Christus Jezus, de verheerlijkte en opgestane Heer!

Woord vandaag

‘Hoe kan het dat gelovigen steeds minder voor bijbelstudie te porren zijn?’

Daar kun je veel oorzaken voor aanwijzen. Men wil soms een andere
aanpak of methode. Of men wil in gesprek over praktische onderwerpen.
Mensen stappen dus op. Anderen vinden het te moeilijk en haken af.

Weer anderen hebben liever eigen bezigheden dan de Schrift.

‘Dat is nogal wat. Zijn er volgens jou nog andere oorzaken?’

Misschien vindt men -onvoorstelbaar- dat men alles al weet en dat er niets
nieuws meer gebracht wordt. Of men heeft ‘andere opvattingen’ gekregen
en komt daarom niet meer opdagen. Het heeft ook wel met de tijdgeest te
maken.

Aan de andere kant: zoals in de natuur schapen voedsel nodig hebben,
zou aan gelovigen het goede voedsel van Zijn woord aangereikt worden.
Dat trekt, daar gaat goede geur van uit en bouwt op.
Dan komen de schapen daar wel op af.

‘Noem eens een concreet voorbeeld.’

Algemeen: daar waar men overstapt op methodes die de mens in plaats van
God en Zijn woord in het middelpunt plaatsen, is het gedoemd als  bijbelstudie
te verdwijnen. Een effectief instrument van de tegenstander is mensen met
elkaar te laten discussiëren over allerlei (ethische) onderwerpen.
Dan gaan mensen hun eigen mening zeggen. Gods woord komt er niet
meer of nauwelijks nog aan te pas. De kring is dan een humaan gezellig-
heidsclubje geworden, zoiets als een sociale praatclub.

‘Is dat echt zo?’

Ds. Wim Wekker signaleert vervlakking van de prediking door predikanten
op zondag. Gevolg: de schapen gaan ‘lopen’.
Ze worden niet meer gevoed. Als het Woord zelf klinkt, en dat Woord is

geweldig, dan komen daar echt wel schapen op af.
De boodschap van genade wordt nog wel gehoord, hier en daar.
Want dát hebben we nodig!
Het gaat om: het Woord alleen!


Woord vandaag

‘Gisteren haalde ik een beetje uit naar het letten op verschillen, maar daar
heb ik nog over nagedacht.’

En?

‘Het is natuurlijk goed om daar op te letten. Het is uiteindelijk Gods woord,
en dan moet je erg goed nadenken over wat er staat.’

Jawel. We zouden bijzonder beseffen dat het woorden van de grote God zijn,
die hemelen en aarde en de mens geschapen heeft. Zó ingewikkeld, en ook
zó prachtig zit alles in elkaar, dan moet dat ook met het woord van God het
geval zijn! Het is dezelfde Schepper! Daarom zouden wij als gelovigen ook
‘mensen van het boek’ zijn. We zouden te herkennen zijn aan het feit, dat
wij alles op Gods woord baseren.

‘Merkwaardig toch, dat juist christenen veel vragen bij de Bijbel stellen, óók
over de betrouwbaarheid van Zijn woord en dergelijke.’

Zeker, en tegenwoordig zijn de theologische opleidingen allang niet meer
bezig uit de bijbel alleen. Veel gaat over de bijbel en men filosofeert er vaak
een eind op los. Theologen promoveren meestal niet op een puur Schriftuur-
lijk onderwerp, maar op een kerkvader of een kerkhervormer of op een deel
van de theologie van een kerkelijk geleerde.
Dan gaat het over ‘de verzoeningsleer in de Institutie van Calvijn’, bijvoor-
beeld. Allemaal erg intellectueel en interessant.

‘Aan zo’n werkstuk heb je als gelovige niet zoveel, lijkt mij.’

Nee, en op veel bijbelscholen heeft men veel vakken naast enkele echte bijbel-
vakken, en zeer zelden wordt écht bijbelstudie gedaan.
Stel je voor: een bijbelschool met de bijbel alleen als studieboek!
Dat zou pas écht alle eer aan God geven! Alleen Zijn woord aan het woord laten!

En dat laatste is nu precies wat de concordante methode doet. Die geeft alle eer
aan God, door elk woord dat geschreven staat, bloedserieus te nemen en goed te
letten op de verschillen.

‘Merkwaardig dan, dat de Bijbel zelf op universitaire opleidingen, maar ook op
bijbelscholen een ondergeschoven kind blijkt.’

Opnieuw zien we hoe sluw en slim de slang is. Die is erin geslaagd, de mensen te ver-
blinden en in een waan te brengen, dat allerlei vakken naast de bijbel belangrijk zijn,
zodat bijbelstudie zelf niet meer aan de orde komt. Overigens lijken gelovigen ook
steeds minder te porren voor bijbelstudie. Terwijl de Heer Jezus in Johannes 17 bad:

‘Heilig hen in Uw waarheid; Uw woord is de waarheid’.