Doel van da-ath.

DA-ATH
Gods levende woord, een verzameling van 70 boeken, is bijzonder krachtig. Het Hebreeuwse da-ath betekent: kennis. Kennis van wat God zegt, is noodzakelijk voor u, jou en mij. Da-ath betekent ook: omgang hebben met. God spreekt; wij ontvangen Zijn woorden en danken Hem. Want Hij maakt zich bekend als de liefdevolle God, die door Jezus Christus de Redder van alle mensen is!

DOEL
Gods woord bekendmaken. Want wat laat dit levende woord zien? Dat God werkelijk God is! Heel de Schrift is nuttig tot lering, opbouw en opvoeding in de gerechtigheid. De mens ontdekt daardoor wie God is, wat Zijn plan is en wat Hij nu, vandaag, doet! ‘Opdat wij weten, wat God ons in genade geschonken heeft’.

Woord vandaag

‘Best goed om eens bij verschillende uitdrukkingen van
Zijn woord stil te staan.’

Het ligt altijd scherp als het om de Schrift gaat. God heeft
elk woord op de juiste plaats laten zetten. De uitdrukking
gemeente van God laat al zien dat het om iets gaat dat al-
les omvat. Bij lichaam van Christus gaat het om iets bij-
zonders; niet om het lichaam van Jezus. Evenmin is dat
hetzelfde als de bruid van het
Lam. Als God zelf deze uit-
drukkingen nauwgezet uit elkaar houdt, dan dienen wij
dat na te volgen!

‘Je ziet lichaam van Christus alleen in de brieven van de
apostel Paulus, verder nergens anders.’

Daarom houden wij de gemeente waar de Heer over spreekt
tegen Petrus in Mattheüs 16:18-20 nauwkeurig apart van de
gemeente die Zijn (Christus) lichaam is. De eerstgenoemde
is de ekklesia die in het begin van Handelingen ontstaat, te
beginnen met de twaalf apostelen zelf en de 3000 die op de
pinksterdag (Handelingen 2) er bij komen. Dat is de ekklesia
die richting het aardse koninkrijk van Christus gaat. Deze
heeft een specifieke, eigen toekomst en roeping.

‘Daar werkten de krachten van het koninkrijk in, zodat Ana-
nias en Saffira dood neervielen?’

Degenen die na de bazuin van God geroepen worden tot deze
ekklesia gaan hetzelfde ondervinden. Als zij wegvallen, kunnen
zij niet meer terugkeren (Hebreeën 6, 10). In die ekklesia is dus
een ‘afval van de heiligen’. Bij de gemeente die het lichaam van
Christus is, is dat absoluut onmogelijk. Er is geen veroordeling
voor hen die in Christus Jezus zijn. Zij kunnen nooit afvallen;
bovendien waren zij al uitgekozen vóór de nederwerping van de
wereld (Efeziërs 1:4), in Christus. Dat is een genade, die de an-
dere ekklesia (van Petrus) niet kent!

Woord vandaag

‘Zeg, dat wat afgelopen woensdag 9 januari 2013 naar voren
kwam, dat Saulus de gemeente van God vervolgde en ver-
woestte, wat is dan eigenlijk de gemeente van God?’

Dat is een alomvattende aanduiding. Het gaat om allen, die
door God uitgeroepen worden in Zijn plan van eonen. Zo is
de vergadering in de woestijn, het volk Israël, een ekklesia,
een stuk uitgeroepen gemeente van God (Handelingen 7:38).
Zo horen de gelovigen uit Israël die de boodschap van het ko-
ninkrijk en de Heer Jezus als hun Messias aanvaardden, bij de
gemeente van God.

‘Het wordt me al iets duidelijker. Dus de ekklesia die in Mat-
theüs 16:18-20 genoemd wordt, hoort daar ook bij?’

Dat zijn de geroepenen voor het aardse koninkrijk dat onder de
Messias, Jezus Christus, zal bestaan in de nabije toekomst, 1000
jaar lang. De ekklesia waarvan gezegd wordt tegen Petrus, dat de
poorten van de hades (dodenrijk) haar niet zullen overweldigen,
behoort ook tot de gemeente van God. Dat is de gemeente van
van God die door Saulus achterna gezeten werd.

‘Wacht even, er gaat me iets dagen. Dus het lichaam van Christus
hoort ook bij de gemeente van God?’

Jawel. Alle uitgeroepenen in het plan van eonen vormen de alge-
mene gemeente van God. Als we verder inzoomen op de verschil-
len, dan blijkt, dat de gemeente die het lichaam van Christus is,
een van de groepen binnen de algemene gemeente van God is. En
de gemeente die in Mattheüs 16:18-20 genoemd wordt is ook een
groep binnen de gemeente van God, maar niet dezelfde als het li-
chaam van Christus! Deze groep uit Mattheüs 16 hoort bij de bruid!

Woord vandaag

‘Het evangelie is de kracht van God tot redding.’

Doordat Christus Jezus de Opgewekte en verheerlijk-
te Heer is, is het evangelie ook echt goed nieuws.
Velen hebben er geen kijk op waaróm het evangelie
echt een goede boodschap is. Zij menen, dat de bood-
schap dat Jezus aan het kruis voor hun zonden gestor-
ven is, het evangelie is. Dat is echter niet zo.

‘Maar, hoe zit het dan wel?’

Het evangelie is goed nieuws, omdat Hij, Christus Jezus,
de Opgestane en Verheerlijkte is. Zonder een leeg graf
is er geen blijde boodschap. Maar: Hij ís opgewekt en daar-
om hebben wij ongelooflijk goed en blij makend nieuws,
namelijk dat Hij voor allen stierf en opstond, en dat allen
daardoor gered worden!

‘Tsja, zo is het, we kunnen er niet omheen.’

We zijn er zo diep van overtuigd, dat het evangelie dat
Paulus bracht, waar is. Het kan niet anders. Als er later
1 mens zou ontbreken, zou het geen goed nieuws meer
kunnen zijn. God zelf zou dan bij wijze van spreken op
zoek gaan naar die ene, ontbrekende zondaar. Want die
is ook gered in de dood en opstanding van de Zoon van
Zijn liefde!

 

 

 

Woord vandaag

‘We zijn begonnen met de Galatenbrief. We hebben dat
nodig, Gods genade is kostbaar.’

Het ging de apostel om de waarheid van het evangelie.
Die is in het geding. Er was bij hem geen dubbele bodem.
Hij zegt het zoals het is. Als het gaat om de waarheid zit er
niet iets anders achter of iets dergelijks. Bij de waarheid
gaat het om Gods genade en die kan nooit met werken
aangevuld worden.

‘Het is genade of werken.’

Volgens Romeinen 11:6 wel ja. Genade is dat je alles ont-
vangt uit Gods hand en dat er geen inspanning van jou
als aanvulling nodig is. Wat je doet, is dankzij Zijn genade
en niet door jou zelf gedaan. Zo was het bij Paulus en zo
geldt dat voor ons nog steeds. Voor veel mensen is dat on-
verteerbaar.

‘Dat is ook genade bij de wandel als gelovigen.’

De levenswandel van de gelovige is ook in genade. Dat is ons
leefklimaat. Wij ademen de genade van God in en uit.Steeds
zijn we ons bewust dat er geen veroordeling is voor hen die in
Christus Jezus zijn. Wij zijn niet onder de wet, maar onder de
genade!