‘We hebben een echt blij makend evangelie.’
Dat is wat het goede nieuws ook zou bewerken; vreugde en blijdschap
in je hart. Omdat de gezindheid van het vlees vijandschap tegen God is,
kom je weerstand tegen deze boodschap tegen. Men wil graag eigen
woorden in plaats van die van het evangelie zetten. Of: men wil de voor
deze tijd (van genade) geldende gezonde woorden niet. In plaats daar-
van kiest men liever voor de (voor deze tijd) ongezonde woorden van
het evangelie van de Besnijdenis.
‘Ze mixen alles?’
Ja, dan zeggen de voorvechters van dat mengevangelie (wat eigenlijk
geen echt evangelie is), dat zij de hele Schrift gebruiken. Alsof degenen
die Paulus navolgen (1 Corinthiërs 11:1; Filippenzen 3:17) dat niet doen!
Dat getuigt van hun (de mengevangelisten) onkunde en onwetendheid.
Maar de apostel schrijft zelf in Galaten 1, dat wanneer hij zelf of een
boodschapper uit de hemel een evangelie zou brengen, afwijkend van
wat hij al verkondigd had: in de ban zij hij!
‘Dat zijn ernstige woorden.’
In het christendom is men zó ver afgeweken van het paulinische evan-
gelie, dat men eigenlijk niets van dat zuivere evangelie weet. Zodra men-
sen iets daarvan naar voren brengen, worden ze argwanend bekeken.
Kom niet aan met genade alleen, want dan is het niet best. Aan de an-
dere kant heb je altijd mensen, die de genade wel hebben leren kennen,
maar na verloop van tijd onzeker worden en toch weer onder de wet (of
Thora: onderwijzing) gaan leven. Paulus keerde zich daar heel fel tegen
in de Galatenbrief, want het gaat om: leven uit geloof, in Gods genade!