Woord vandaag

16 juni 2017
‘Een grote toekomst.’

Niet alleen voor Israël, maar ook voor de
volkeren en voor de gemeente. Die laat-
ste is de eerste. Want levendmaking ge-
beurt in rangorde. Eerst Christus Jezus
Zelf. Dan de gemeente die Zijn lichaam
is; daarna de gelovigen uit Israël en ten
slotte de rest van de mensheid in de vol-
einding van de eonen.

‘Tsjonge, dan zijn wij dus eerst.’

Dit toont ook de overmaat aan genade,
die dat lichaam geschonken is. Zij die de
toekomst juist niet hadden, mensen uit
de volkeren (natiën), die een lagere plek
hadden dan Israël, die worden geroepen
tot het lichaam van Christus. Samen met
een gelovige rest uit Israël.

‘Een bijzonder lichaam.’

Het is volgens Efeziërs 3:6 gezamenlijk-
lichaam
omdat het uit twee groepen ge-

vormd is tot één lichaam in Christus. Hij
zet de lijnen uit in dat lichaam, Hij is het
Hoofd. Met een hemelse roeping voor
een machtige toekomst te midden van
de hemelsen. Daarom zetten gelovigen
zich niet vast op deze aarde door grond-
bezit of een gebouw in eigen beheer,
maar zijn ze gericht op wat boven is!

Woord vandaag

15 juni 2017
‘We hebben toekomst.’

Het is heerlijkheid die ons wacht, het
geeft troostvolle woorden in zo’n rijk
gedeelte als 2 Corinthiërs 1:3-12. Het
lijden en de verdrukkingen kwamen in
het leven van de apostel vaak voor.
In het gedeelte wijst hij op wat hem in
de provincie Asia overkwam. Hij was
bijna overleden, maar Vader was nabij.

‘De steniging bij Lystra.’

Daar moet hij op gedoeld hebben, dat
kan niet anders. God bleek de God van
alle vertroosting en de Vader van het
medelijden
te zijn. Het lijden werkte op

verschillende manieren uit. Doordat er
diepe vertroosting was gekomen, kon
de apostel zelf anderen aanspreken in
troostvolle woorden.

‘Dat lezen we terug in de brieven.’

Hij was de dood nabij, en God had hem
bij wijze van spreken daaruit gewekt.
Dat was opdat hij niet op zichzelf zou ver-
trouwen, maar op God, Die de doden op-
wekt
. Want ook daarin zit rijke bemoedi-

ging. Het blijft niet bij lijden en sterven;
er komt gegarandeerd opstanding, we
zullen allen die ons ontvallen zijn, weer
terugzien!

Woord vandaag

14 juni 2017
‘Was een boeiende avond.’

Het lijden is er. We maken het mee.
De Filippenzen leden samen met het
evangelie. Net zoals Paulus aan Timo-
theüs aanzegde in zijn tweede brief:

lijd kwaad met het evangelie in de
kracht van God

Bij aanvang van de roeping van Saulus
werd tegen Ananias gezegd:

ga, want deze is Mij een uitgekozen in-
strument ….want Ik zal hem tonen hoe-
veel hij moet lijden ter wille van Mijn
Naam                
  Handelingen 9:15,16

‘Dat is heel wat.’

Dat is het ook. Het lijden is vaak intens
en het lijkt zo tegenstrijdig. In dat lijden
is de Heer nabij. Het geweldige is, dat
onze verdrukkingen geen scheiding kun-
nen maken
tussen Gods liefde en ons.

Die verzekering hebben we. Het is Gods
liefdevolle hand, die ons leidt.

‘Lijden voor Christus.’

Dat is genade, volgens Filippenzen 1:29.
Voor Hem, Die de dood van het kruis on-
derging. De diepte van dat lijden kunnen
wij niet peilen. Hij moest dat ondergaan.
Voor allen, maar vooral en allereerst voor
God
. Het was Gods plan en Hij werd tot

zonde gemaakt opdat wij zijn gerechtig-
heid van God in Hem.

Woord vandaag

13 juni 2017
‘Na lijden komt heerlijkheid.’

We zien dat bij Petrus in zijn brief, daarin
wordt gesproken over de profeten. Aan-
kondiging van het lijden dat op de Christus
komen zou en de heerlijkheid daarna
is te

lezen in Tenach (OT). De profeten zochten
hun eigen profetieën erop na.

‘Het beste komt nog.’

Dat is zeker. Het lijden van nu is soms in
heftige mate aanwezig. Het is de weg die
wij niet kunnen vermijden. Het komt over
de mens, het kwam over de Zoon, Die in
ootmoedige houding Vader bad en beleed:
‘Vader, niet Mijn wil, maar de Uwe.’

‘Door tranen heen.’

De Heer ging de weg die Hij moest gaan;
in sterk geroep en tranen (Hebreeën 5:7).
Het was niet tegen te houden, de Heer
moest er doorheen. Maar Hij hield Zijn ge-
dachten, hart en blik gericht op de
vreug-
de die Hem voorgesteld was. Zo
kon Hij
de loopbaan van het geloof af
leggen, vol-
harden (Hebreeën 12:2)!