Woord vandaag

‘Fijn dat we deze dagen weer bezig zijn met Gods genade.’

Net zoals die man die langs de kant van de weg lag, de weg van Jeruzalem
naar Jericho. Daar kwamen de Leviet en de priester langs en liepen aan
de andere kant van de weg voorbij. Zij waren niet in staat om de half dode
te redden. Zij niet. Je zou denken dat daarmee de gelijkenis voorbij was.

‘Ga door.’

Er kwam een Samaritaan voorbij, die met innerlijke ontferming bewogen was.
Die kwam bij hem en behandelde zijn wonden met olie en wijn, prachtig beeld
van het veelzijdige werk van de heilige geest. Genezend -door het woord- en
nieuw leven schenkend. De Samaritaan goot olie en wijn in de wonden. En Hij
tilde de zwaar gewonde man op en zette hem op zijn eigen rijdier. Wat een won-
derlijk beeld van de Heer zelf.

‘Het is een werkelijk prachtige gelijkenis, die ons veel zegt.’

De Heer maakt duidelijk wie de Naaste was van de man die in rovershanden ge-
vallen was. Het was de Barmhartige Samaritaan. Wat een genade en een barm-
hartigheid betoonde Hij aan de zwaar gehavende man die zichzelf absoluut
niet kón redden. Net zoals de Heer zelf genade schonk aan de moordenaar aan
het kruis!

‘Het is werkelijk geweldig, wat een genade, aan de hulpelozen!’

De Schriften staan vol met deze voorbeelden. Overstromende genade werd aan
Saulus betoond, op weg naar Damascus. Hij blies dreiging en moord. Meende
God welgevallig te werken, maar hij had genade nodig. Zijn eigen inspanningen,
hoe fanatiek ook, vertoonden een wrange vrucht. Hij leerde wat genade werke-
lijk betekent. De rest van zijn leven dankt hij God voor die rijkdom.

Tussenzin

Gelijkenissen werden door de Heer uitgesproken,
niets om iets bekend te maken aan iedereen, maar
om te verbergen. (Lucas 8:9-11)

Woord vandaag

‘Heerlijk dat we weer bezig zijn met het goede nieuws! Wat God
doet door Zijn Zoon. Geweldig!’

Het woord van God is zoeter dan honing. Het is zowel melk als
vast voedsel, honing. Melk voor de baby’s en kinderen in het ge-
loof en vast voedsel (honing) voor de gerijpten, volwassenen in
het geloof. Gods woord zegt ons alles over verleden, heden én de
grote toekomst voor Israël, de gemeente en de volkeren.

‘Wat een beloften zijn er, voor al die mensen, redding!

God is de redder van alle mensen. Dat is het evangelie dat Paulus
van de daken riep. Het werd hem niet in dank afgenomen. Ook van-
daag wordt het fel bestreden. Ondanks dat zal die strijd eens voorbij
zijn en zullen velen erkennen, dat zij ernaast zaten. Gods liefde te klein
gedacht. God is veel groter dan wij, en daarmee kunnen wij Zijn liefde
ook niet bevatten.

‘Maar er zijn toch verschrikkelijke zondaars vandaag de dag?’

Jawel, en het gericht komt. Alleen is er door het gericht heen genade.
Daarin kunnen wij God niet narekenen. Zijn genade is groter dan de onze.
Wij stellen allerlei voorwaarden, wanneer iemand nog wel of net niet meer
of helemaal niet meer gered kan worden. Zo niet de Heer aan het kruis. Hij
gaf redding, genade aan de moordenaar die daar ook hing.

‘Machtig he, die genade die zelfs aan het kruis aan een moordenaar gegeven
werd.’

Het is altijd wat je niet verwacht. De genade van God is veel meer dan wat wij
ooit kunnen geven. Wij vallen daarbij in het niet. We kunnen werken tot we
er bij neervallen, maar het brengt ons geen stap dichter bij God. God trekt
ons naar zich toe en daarbij ontvangen wij de genade die Hij geeft!

Woord vandaag

‘De gezindheid van Christus Jezus is iets dat bij gelovigen weinig te vin
den is?’

Veel gelovigen gaan van zichzelf uit. Zij stellen meestal ongemerkt hun
eigen denken en opvattingen centraal. De Heer ontledigde zichzelf en
Hij vernederde zichzelf. Hij richtte al Zijn aandacht op wat Hij van Vader
hoorde; dat sprak Hij. Hij richtte zich op wat Vaders werk is; dat deed Hij.
En zij gaan dan ook door een groeiproces. Zij worden -als het goed is-
bewaterd door het woord van God, opdat zij groeien en net zo hun aan-
dacht gaan richten op het woord en het werk van de Vader. Met andere
woorden: je eigen denken en opvattingen aan de kant, weggooien, en
Gods woord ervoor in de plaats!

‘Maar dat betekent toch niet dat je zomaar passief kan afwachten op-
dat God de groei geeft?’

Zeker niet. Als je je bijbel dicht laat, kijk je tegen een kaft aan. Als je hem
opent en leest en erin gaat studeren, bijbelstudies gaat luisteren, dán
kom je verder. Dan gaat het in je hart leven en gaat je leven erdoor ver-
anderen. Je interesses wijzigen. Je hoeft niet meer zo nodig …..
Je bent meer gericht op Christus en wat Hij vandaag doet. Hij heeft alles

in Zijn hand en Hij bouwt de gemeente die Zijn lichaam is.

‘Is het dan fout om goede werken te doen?’

Nee, het gaat erom dat wij gaan ontdekken wat precies die goede werken
zijn. Dat is geen doel op zichzelf, maar een
uitwerking van de genade die wij
hebben ontvangen in Hem. En wij ontvangen die genade om die daarna ook
weer aan anderen door te geven. Eerst betreft dat andere mensen, zij komen
met ons in aanraking en zullen merken dat wij anders reageren dan anderen.

‘Bij de Korintiërs onderling zag dat er toch niet zo goed uit?’

Nee, maar Paulus hield hen niettemin wel het woord van God voor en in het
bijzonder zijn evangelie. Dat laatste week nogal af van dat van de anderen
onder leiding van Petrus, die zelf erkende, dat in de brieven van Paulus een en
ander moeilijk te begrijpen was, en dat andere daar een draai aan gaven, en

dat tot hun eigen schade en schande.

‘Maar we vinden toch zeer goed nieuws in zijn brieven terug?’

Nou en of! Beide brieven aan deze bijzondere gemeente staan vol met
evangelie, je leest er uitgebreid over de dood en opstanding van Christus.
Met alle gevolgen die dat heeft!

Woord vandaag

‘Jij hing gisteren wel de vuile was buiten, zeg.’

Daarmee was iets te zien van de beschamende toestand van de
gelovigen van vandaag. Vergeving? Daar heeft men amper van
gehoord. Genade schenken? Nee, uitvechten die hap, totdat je
overwinnaar bent in de strijd. Welke strijd? Die van  het ik.

‘De meest schrijnende situaties deden en doen zich voor in het
christelijk Nederland?’

Daarmee behaalt de oude slang enorme overwinningen. Zolang hij
de gelovigen uit elkaar kan spelen, ook al moet dat door ze verschil-
lend te laten denken, zijn ze krachteloos en verdeeld. Gelovigen ha-
ken dan af, teleurgesteld als ze zijn in mensen. Paulus kon het vol-
houden omdat hij gedreven werd door de liefde van Christus. Dat
was zijn grote motivatie. Steeds weer de Schriften voorhouden aan
de gelovigen, ondanks alles. Laten wij leren van hem en van Hem,
onze Heer Jezus Christus, die in een gezindheid voorbeeld is.

‘Ja, die nederige gezindheid is iets dat je aanspreekt – of niet.’

Lijkt mij dat dat het voorbeeld is dat door Paulus in Filippenzen
ons wordt voorgehouden als model voor ons. De ootmoedige ge-
zindheid, de ander superieur achten aan jezelf. Dat was en is voor
de Heer zelf de grondhouding. Niet de bovenste plaats willen heb-
ben, maar dienen. Hij nam de gestalte van een slaaf aan.

‘Daar word je stil van, want Hij had bij God een uiterst hoge plaats.’

Die plaats verliet Hij om mens te worden en zichzelf te ontledigen en
zichzelf te vernederen. Hij werd zelfs gehoorzaam tot en met de dood
van het kruis. Deze weg is voor ons, niet letterlijk een gekruisigd wor-
den, maar wel een van lijden in de dienst die je als gelovige verricht.

‘Uiteindelijk leverde dat wel de overwinning op de dood op.’

Hij werd opgewekt, zoals de Schrift dat had aangekondigd, en Hij werd
door Vader uitermate hoog verhoogd en Hij heeft de Naam boven alle
naam. In die Naam zal elke knie zich buigen en elke tong belijden dat
Jezus Christus Heer is! De overwinning is totaal, want Hij zal alles on-
der de voeten gesteld krijgen. Daarna onderschikt Hij zich aan Vader!
Opdat God zij alles in allen! Dát is pas echt goed nieuws!