Opdat wij weten, wat God ons in genade schenkt!

De 144.000 in de toekomst, wat gaan zij doen?
Wie zijn het? Welke namen worden wel en niet
genoemd en waarom? Er werd op 24-11-2016
stilgestaan bij dit ook weer belangrijk deel van deze
boekrol, de onthulling van Jezus Christus.
Na te luisteren: deel A en deel B.

25 november 2016
‘De 144000.’

Gisteravond bespraken we die de eerste
keer. Er is gebleken dat dit een vast aan-
tal mensen uit Zijn volk betreft. Geen re-
den om dit op een of andere manier an-
ders of speciaal geestelijk te zien. 12000
uit 12 stammen, waarvan Dan (richten,
rechtzetten) en Efraïm niet genoemd zijn.
De reden daarvoor is ook gevonden.

‘We zijn weer iets verder.’

Volgende keer kijken we naar de menigte
die niemand tellen kan. De verzegelde
144000 worden bewaard in de eindtijd,
God heeft Zijn zegel op hen laten zetten.
Daardoor kunnen ze niet weggenomen
worden in de gerichten. Evenmin kunnen
vijanden hen aantasten. De grote tegen-
werker zelf zal natuurlijk op aarde gewor-
pen worden (Openbaring 12) en zoveel
mogelijk van Gods volk willen doden.

‘Maar hij kan die 144000 niet pakken.’

Zij zullen later nogeens genoemd worden
en dan staan ze op de berg Sion. Dat is
in het 1^e tempel-gedeelte van Openbaring
(11:19-20:15); dan gaat het om de religieu-
ze verlossing van de aarde. In Openbaring
7:1-8 is het nog het 1^e troon-gedeelte (4:1-
11:18) waarin de politieke verlossing van
de aarde geschetst wordt. In beide is van-
zelfsprekend de Heer Jezus Christus de
Verlosser: de grote Jozua, de ware Jozef,
de ware David. Hij zal dan koning-priester
zijn naar de ordening van Melchizedek.

24 november 2016
‘Die gimmel spreekt aan.’

De woorden die met die letter begin-
nen zijn opmerkelijk. Zo beginnen ver-
lossen en Verlosser (ga-al en go-el) met
deze letter. De belofte van Verlosser
kregen de eerste mensen al mee in de
hof van weelde:

….tussen jouw zaad en haar zaad, Hij
zal jouw kop verwonden en jij zal Zijn
hiel verwonden             Genesis 3:15

Zo zou de nachasj (slang, of lichtende)
hard geraakt worden, dat levert Verlos-
sing op. Via het lijden, dat wel. De grote
Goël, onze Heer Jezus Christus, maakt je
los van gebondenheid.

‘Geweldige belofte, waargemaakt.’

Zo maakt God ál Zijn beloften waar. Hij
doet dat door onze Heer Jezus Christus.
Die heeft het van God gekregen om het
grote plan uit te voeren. Dat te doen wat
nodig is om het grote einddoel te berei-
ken. Hij werkt door Degene Die Zijn Beeld
is, zo wordt Hij zichtbaar door Zijn Zoon.
Dat is beloofd en Hij doet het ook!

‘De opstanding uit de dood.’

Daar getuigen alle apostelen van. Grote
(Hebreeuws: gadol) betekenis van de
derde (…..) dag is, dat alle mensen uit-
eindelijk levendgemaakt worden, zo ge-
tuigt Paulus in 1 Corinthiërs 15:22 :

want evenals in Adam allen sterven,
zo zullen ook in Christus allen levend-
gemaakt worden

Dat zal een enorme vreugde in alle har-
ten teweegbrengen. Het aardige is, dat
het woord vreugde in Hebreeuws óók
met de gimmel begint: gil (of gul).
En het Griekse woord voor vreugde is
het grondwoord voor genade….

23 november 2016
‘Mooi dat Psalmwoord gisteren.’

En de letter gimmel spreekt van 3, in
feite is dat de belofte. Het geeft vrij-
heid. Ware geestelijke vrijheid kan al-
leen door Gods genade aanwezig zijn.
Zo ben je innerlijk uit de ballingschap
gekomen. In Galaten 5:1 worden we
erop gewezen:

Voor de vrijheid maakt Christus ons vrij!
Staat dan vast en laat jullie niet weer in
het juk van slavernij vastzetten.

‘Hele fijne tekst.’

Deze brief opent de ogen (zie gister)
voor de onschatbare waarde van de
genade van God. Als resultaat van het
bevrijdende werk van Christus door
kruis en opstanding (Galaten 2:20-3:1)
heen. Dat bevrijdt de mens van welke
religieuze verplichting dan ook. Dit is
niet alleen iets dat bij eerste beginse-
len hoort.

‘He, dat is een nieuw punt?’

Dit is wat in al de Galaten studies naar
voren kwam. In deze brief gaat het er-
om, dat de gelovige niet leeft volgens
religieuze plichten, maar: door, uit, van
en in de genade van God. Dát is ware
vrijheid, léven als gelovigen in genade.
Het heeft alles te maken met de inwer-
king van de geest van God:

Waar de geest van de Heer is, daar is
vrijheid                  2 Corinthiërs 3:17

22 november 2016
‘Gods woord is leven.’

Het zijn de woorden van de levende
God, vanuit Tenach is het: tegen de
afgoden. Die kunnen niet horen, zien
of spreken. God heeft onze ogen geo-
pend voor Zijn heerlijke waarheid.
Hij zal iedereen redden; het is een
kwestie van tijd.
De levende woorden, werken in ons,
en de psalmist (119:18) sprak:

Open mijn ogen en laat mij zien
de wonderen van Uw onderwijzing

‘Dat zou ons gebed zijn.’

Dit staat in het gimmel-deel van deze
prachtige Psalm. Elk deel van 8 verzen
heeft een letter uit het Hebreeuwse
alfabet als thema. Dan beginnen alle
regels van zo’n deel met die letter.
Dit vers staat in het derde deel van
de Psalm, en dat is de letter gimmel,
de kameel. Dat is het schip van de
woestijn, een mooie metafoor.

‘Dat woord open dus ook?’

Dat is het Hebreeuwse woord galah,
dat ont-dekken betekent. Het gaat om
de bedekking wegnemen. Zodat een
mens ontdaan wordt van zijn bescher-
mende omgeving. Dat is dan ook het
woord ballingschap (galoet). In de
Psalm is het gebed, dat God datgene
wat de ogen bedekt wil wegnemen,
ont-dekken, zodat de mens Zijn onder-
wijzing kan geloven, bevatten, eruit
leven. Daarin moet God alles geven:
ont-dekken, geloof, groei. Zo heeft de
Heer Jezus dat tijdens Zijn leven op
aarde ook gebeden.