19 januari 2017
‘Wat een zegen, dat Woord.’

Het is onuitsprekelijk rijk. Wanneer je verdiept
gaat het meer voor je leven. Ook zo’n studie in
de tabernakel is heel rijk. Het zegt veel over wie
God en wie Christus is. De levende God, Die om-
gang met ons zoekt, en Die ons beweegt. Wat
een zegen is als je daar iets van beseft.

‘Er zijn veel facetten, die je niet kent.’

Het is een concreet gegeven, die tabernakel. Een
tent van getuigenis, het is God, Die spréékt. Het
heiligdom stond centraal in de vergadering van
de zonen van Israël. En met de tent werd ook de
ark van het verbond vervoerd. Die ging mee, en
een andere kist met Jozefs gebeente.

‘Merkwaardig toch.’

Jozef geloofde in de opstanding. Jozef is een ge-
weldig type van onze Heer Jezus Christus. Van
Jozef wordt geen enkele misser in de Schrift ver-
meld, de Heer Jezus was zonder zonde. Hij werd
voor ons tot zonde gemaakt, opdat wij worden
gerechtigheid van God in Hem. En dat is zo, dat
zijn wij ook: gerechtvaardigd om niet, in Zijn ge-
nade, door de vrijkoping in Christus Jezus!