Opdat wij weten, wat God ons in genade schenkt!

30 januari 2016
‘Terug naar de bron?’

God is de bron van levend water. Dat putten wij uit Zijn woord.
De Heer zei ook, dat de woorden die Hij sprak (en van de Vader
hoorde), geest en leven zijn. Leven voor je hart, je innerlijk, je
geest. Deze woorden spreken van de God en Vader van Christus
Jezus. Hij is de Bron alles; uit Hem komt alles voort.

‘Om bij het begin te starten, was de schepping volmaakt?’

Dat is net hoe je dat wil zien. Met het oog op wat later zou
moeten komen, kunnen we achteraf stellen dat er een grotere
volkomenheid moet komen. In die zin was de (oude) schepping
onvolkomen. Gods plan was, dat een nieuwe schepping de oude
zou vervangen. Dat wisten Zijn schepselen niet. Pas bij de apos-
telen is dat duidelijk geworden. Paulus schreef als eerste erg
helder over de nieuwe schepping.

‘Petrus niet?’

Die spreekt wel over een nieuwe hemel en een nieuwe aarde,
en dat de oude voor vuur bewaard wordt. Die zal dus vergaan
door vuur, en niet meer door water (zoals bij Noach). Petrus
wist daarvan, en zet dat in feite tegenover het vergaan door
water als afsluiting van de eerste eon. Daarna werd de tweede
ook afgesloten door een watergericht, dat beperkter was.

29 januari 2016
‘We kunnen het alleen van God verwachten.’

Dat geldt ook in 2016, alle dagen. Uiteindelijk, wanneer je
de Schriften leest, kom je uit bij God. Hij is Plaats-er, Dege-
ne Die alles Zijn plaats wijst. Hij is Schepper. Hij is de Bron
van al wat is, kortom: alles is uit God. Daar kom je op uit,
als je de hoogste onthullingen van God bij Paulus leest.

‘Ja, die brieven van Paulus.’

Die ademen uit, dat God liefde is. Wanneer wij deze brieven
inademen, komt liefde van God in je hart. Dat is een liefde,
die geen eigenbelang kent. Is uit op de begenadiging van de
ander. God geeft daarom overstromende genade. Deze tijd,
de afgelopen 2000 jaar, het is de tijd van genade.

‘Het is in één woord: geweldig.’

Wanneer je God leert kennen door Zijn Zoon Jezus Christus
onze Heer, dan leer je Hem als Vader kennen. Hij is het, die
je liefheeft, bij Wie je altijd terecht kunt. Met al je vragen.
Met je nood, met je blijdschap, je dankbaarheid. Dat laatste
verheugt het hart van Vader. Wanneer Hij het antwoord
krijgt uit een hart, dat Zijn liefde doet horen!

28 januari 2016
‘Galatenbrief is vol genade.’

De brief wordt onderschat. Het is echt een rijke brief, waar-
in de apostel fel van leer trekt tegen wetticisme. Een leven
onder de wet (of allerlei zelfgemaakte regels) is geen leven
onder de genade. Sterker nog, wanneer je bewust onder de
wet van Mozes gaat leven, val je uit de genade. 

‘Klimaatverandering?’

Ja, want onder de genade kun je ademhalen. Onder de wet
krijg je slavendienst, het moeten wordt dan een last. De Heer
Jezus kwam al met genade en waarheid, en Hij zei: ‘Neemt
Mijn juk op je, want Mijn juk is zacht en Mijn last is licht’.
Daarmee gaf Hij aan, dat de Joden de wet als juk beter kon-
den afleggen, want het maakte hen vermoeid en belast.

‘Ja, geweldig he, de Heer zei het.’

We zijn rijk gezegend met het evangelie van de genade van
Christus. We hebben enorm veel rijkdom. Het is niet alleen
genade van God, dat wij gered zijn van zonde en dood. In
Galaten stelt Paulus vast, dat genade het enige is, waarin
een gelovige werkelijk kan leven. Het sluit eigen werken uit.
De werken die een gelovge doet? Ook dat is genade.
God geeft immers daarvoor de kracht!  

Het Woord vandaag van 25 januari 2016 was per abuis
niet gepubliceerd. Nu staat het er wel op.

27 januari 2016
‘Gisteren was het boeiend, Galaten.’

De laatste aspecten, zachtmoedigheid en inhouding, kwamen
aan de orde. Fijne uitwerkingen van de geest in het leven. Op-
nieuw werd duidelijk, dat de kracht in je leven van God komt.
Je kunt nooit steunen op je eigen (vleselijke) kunnen. Het gaat
steeds om Zijn kracht in ons leven. De woorden van het geloof
en het ideale onderricht zijn optimaal voedend voor je leven.

‘De witte en de zwarte hond.’

Wanneer je het vlees voedt, kom je tot uitleven van de begeer-
ten en doe je de werken van het vlees (Galaten 5:19-21). Wan-
neer je je geest, je innerlijk voedt met de woorden van het ge-
loof en het ideale onderricht (van Paulus), geef je jezelf water
zodat de vrucht van de geest gaat groeien.

‘De zwarte hond is het vlees?’

Ja de twee (geest en vees) staan tegenover elkaar, zodat je
niet doet wat je zelf (vlees) wil. De witte hond is de geest in
je. Wat geef je voedsel? De witte of de zwarte? Wanneer je
die zwarte hond het voedsel onthoudt, gaat ie op den duur
veel zwakker worden. Oftewel: het vlees krijgt niet de kans om
de begeerten te doen, te vervullen. Je wandelt in de geest!