Woord vandaag

‘Het moet Vader verdriet doen. Velen kennen Hem niet.’

Ze eren God niet. Ongelovigen kennen Hem niet, maar gelo-
vigen, die zeggen Hem te kennen, ontbreekt het nogal eens
aan de diepere erkenning van God. Hoe kan dat? Zullen we
dan denken. Daar willen we wat verder en dieper naar kijken.

God is Schepper. Dat gelooft vrijwel elke gelovige. Hij heeft
deze oude gemaakt. Wij leven daarin en belijden terecht, dat
Hij het formeerde. Ook wij zelf komen uit Zijn hand.

‘Ja, dat laatste gelooft elke gelovige.’

Op zich is dat al heel wat. Men gelooft dan in de kracht en
wijsheid van God. Om het zo te maken zoals het is. En dan
kunnen we God daarom loven en prijzen zoals dat ook in de
Psalmen staat. Denk aan een Psalm als 19, een van de juwe-
len onder de Psalmen. Maar ook een als 104 is in dit verband
de moeite van het lezen waard.

‘Er bestaan veel lofliederen op God als Schepper.’

En dat terecht. God heeft alles speciaal gemaakt met een
bedoeling. En wanneer we daar wat dieper op ingaan, wordt
het voor veel gelovigen al moeilijker. Dat Hij de kronkelende
slang schiep als tegenwerker. Job 26:13 spreekt daarover;
Zijn hand leed geboorteweeën bij het formeren van de slang.
Dat is wat veel leden van het lichaam niet weten of wel horen
maar niet willen geloven.           

 

Woord vandaag

‘God wordt niet eervol benaderd.’

De stelling werd wel uitgedragen binnen het christendom,
dat de mens zijn vermogen tot redeneren van God ontving.
Hoewel dat het geval is, heeft het vaak niet geleid tot een
zuiver redeneren. En God kennend, zo zegt Romeinen 1 dat,
hebben ze God niet als God verheerlijkt of gedankt.

‘Daarom zijn hun redeneringen leeg.’

Zeker, en God heeft hun redeneren, leeg, ijdel, nutteloos
gemaakt. Gods heerlijkheid wordt weggenomen door bijvoor-
beeld zoiets als de evolutie-theorie. Het is een onzinnige ge-
dachte en wordt niet ondersteund door bewijzen. Bovendien
staat God niet als Schepper aan het begin in deze redenering.

‘Het is duidelijk. Gods kracht wordt weggeredeneerd.’

We lopen allemaal dit risico, dat ons redeneren onzuiver is.
Pas wanneer we zonder reserve God werkelijk als God er-
kennen, kunnen we echt gezond redeneren. Met de Schrift
als basis en voortdurende kritische toets. Hoe verder je op
die weg komt, hoe meer je zal uitgaan van geloof in de Schrif-
ten
. Daarmee krijgt redeneren geen kans Vaders woord te

verdraaien. 

Woord vandaag

‘Velen willen God niet zien.’

Als gevolg van verderf wil de mens niet aanvaarden, dat
God is en alles in Zijn hand heeft. Zo ontkennen mensen
vaak het bestaan van een Schepper. In plaats daarvan ziet
men wel allerlei oerkrachten, soms benoemt men één oer-
kracht. Soms in populaire films ‘the force’ (de kracht) ge-
noemd. In de natuur ziet men krachten aan het werk.

‘Mensen zeggen, dat er ‘iets’ is.’

Ja, ook daarin zie je dat terug. Een heel onbestemd en vaag
idee. God wordt dan gezien als een hogere Macht, die een
beetje op een mens lijkt. Of zelfs op een dier. Maar in ieder
geval iets, dat een onpersoonlijke kracht is, zoals het verderf
zelf. Men weet het niet, de God van de Schriften is onbekend.

‘Zo schrijft Paulus in Romeinen 1 toch?’

Ja, hij schrijft, dat men de heerlijkheid van de onverderfelij-
ke God verandert in de gelijkenis van het beeld van een mens
en van vogels, van viervoetige en kruipende dieren (die aan
het verderf onderhevig zijn). Het gaat niet om de mens op
zich te veroordelen, want God heeft de mens lief. Waar het
om gaat: de mens heeft het licht van God niet in het hart.
En daarom is zijn manier van denken en redeneren leeg.
Het leidt niet tot erkenning van de grote God, die liefde is.

Woord vandaag

‘God heeft alles tevoren gezien.’

Het doel van alles is, dat Gods heerlijkheid bekend wordt.
En het kruis, dat 2000 jaar geleden op Golgotha stond, is
daartoe het grote middel. God bereikt via het vloekhout
Zijn doel. En dat waar God uiteindelijk om geloofd en ge-
prezen zal worden, was altijd aanwezig. Alleen werd Gods
heerlijkheid nog niet erkend door Zijn schepselen.

‘God was altijd al liefde.’

Dat is Zijn wezen, ja. En Hij was altijd al vol wijsheid en ge-
rechtigheid. Wat het zicht daarop vertroebelde, was de
aanwezigheid van zonde en het verderf. Daardoor missen
zij het doel, dat zij God werkelijk als God verheerlijken en
danken. Om dat echt van harte te kunnen, moest eerst het
verderf uitgeschakeld worden.

‘Jezus Christus werd opgewekt uit de doden.’

Het verderf in de mens is nog steeds aanwezig. Het bewijs
daarvan is, dat de mens oneerbiedig en onrechtvaardig is.
Van binnen (in het hart) wordt God niet als God verheer-
lijkt of gedankt. We lezen dat in Romeinen 1:18. De men-
sen schrijven aan God hun eigen beperkingen toe. Daarom
denkt de mens, dat God ook experimenten uitvoert. En dat
Hij Zijn best doet in bepaalde omstandigheden, maar (lang)
niet altijd Zijn doel bereikt.