‘Onze bediening richt zich vooral op de hoogsten?’
Misschien, toch lijkt het erop, dat het meer omvat. Omdat niet elk
lid van het lichaam van Christus zal regeren te midden van de heme-
lingen, zullen diegenen zich waarschijnlijk bezighouden met bood-
schappers en anderen die lager in orde zijn. Daar zijn er veel van en
de gemeente heeft dan ook twee eonen de tijd om hen de weder-
zijdse verzoening door het kruis bekend te maken.
‘Dat geldt zowel voor de kant van de duisternis als de anderen?’
Er bestaat wel verschil. Die aan de kant van de tegenwerker ston-
den, hebben het nodig om uit hun vervreemding van God te komen
en veranderd te worden door het woord van de waarheid van het
evangelie. Het woord van verzoening door het kruis zal onder hen
werken. Alleen de gemeente die Zijn lichaam is, zal deze boodschap
kennen en uitdragen, zoals in de brieven van Paulus staat.
‘Ja, het lijkt zo ongelooflijk, ik sta verwonderd.’
Ook de kant van degenen die God wel altijd dienden, zullen verder
onderricht moeten ontvangen. Er was in de eerste eon hoogstwaar-
schijnlijk al een ‘godsdienst van de hemelsen’ (Hebreeën 8:5). Daar-
van was de tabernakel- en tempeldienst een afbeelding en schaduw.
Deze dienst was op aarde onvolkomen, en in de hemelen gold dat
net zo. Want de Thora (de wet) had een schaduw van de toekomsti-
ge goede dingen (Hebreeën 10:1; Kolossenzen 2:16,17)!