‘In feite is in Genesis 15 geen sprake van een verbond.’
Het woord verbond (b-rith) wordt wel gebruikt, maar in feite
wordt aan Abram geen prestatie gevraagd. Abram vroeg om een
bevestiging dat hij het land Kanaän zou bezitten. Die kwam in
dat gebeuren van de dode dieren. En daarna sprak IEUE het ver-
bond uit. Het was de belofte in woorden, dat zijn zaad het land
zou bezitten, vanaf de grote rivier in Egypte tot aan de Eufraat.
‘Dus het ligt helemaal aan IEUE.’
Hij belooft, dus Hij zal het ook doen. Door de uitspraak te doen
bevestigde Hij wat al eerder in Genesis 12 gezegd was. Hij neemt
daarmee de verplichting op Zich, deze ook te vervullen. Natuur-
lijk zal Hij dat doen!
Later –na het verbond met Noach, dat je ook geen echt verbond
kan noemen- komt het verbond met Israël tot stand, dat in feite
een huwelijk was, de voorwaarden in de 10 woorden vervat.
‘Daar hebben ze zich niet aan gehouden.’
Dit was meer een echt verbond, want zij moesten zich eraan hou-
den, wat ook door hen gezegd werd. Het lukte niet, het ging mis.
Zij verbraken het verbond nog voordat de stenen tafels hen bereik-
ten. Daarna kwam er nieuwe, maar zij bleven het (oude) verbond
verbreken. En moest IEUE hen een scheidbrief (Deuteronomium
24:1-4) geven. Hij spreekt door de profeten een nieuw verbond.