25 februari 2018
‘Eindeloos leven.’
Dat is wat de mens zoekt. In Christus,
Hij is de waarheid en de weg en het
leven. Het is een historisch feit: Jezus
Christus is op de derde dag na Zijn te-
rechtstelling aan het kruis opgestaan.
De vrouwen en discipelen waren ver-
bijsterd bij het lege graf. Boodschap-
pers kondigden het vreugdevol af:
Hij is hier niet.
‘Geweldig, ik ben er blij mee.’
En Hij ging hen voor naar Galilea (Mat-
theüs 26:32;28:10; Marcus 14:28;16:7)
Dáár zouden ze Hem zien. De 40 dagen
van Handelingen 1:3 wijzen op Zijn ver-
blijf in Galilea, hoogstwaarschijnlijk. We
lezen daarvan door de pen van Lucas:
Hij vertoont Zichzelf levend, na Zijn lij-
den, met veel tekenen, veertig dagen
lang, waarbij Hij door hen gezien werd
en vertelt hen wat het koninkrijk van
God betreft Handelingen 1:3
‘Dat was de nabije toekomst.’
Zij vroegen naar de tijd van de komst
van dat koninkrijk van God. Daarop zei
de Heer tegen hen:
het komt jullie niet toe de tijden en ge-
legenheden te weten die de Vader in
Zijn eigen macht gesteld heeft (1:7).
Wat voor de discipelen verborgen werd
gehouden was de tijd van genade waar
we nu in leven, waarin het lichaam van
Christus uitgeroepen wordt.