Woord vandaag

‘De Zoon is altijd lager dan de Vader.’

We hebben gezien, dat de Vader de Zender
is. En de Zoon wordt gezonden. Ook kun je
stellen, dat de Vader de grote Gever is, de
Zoon ontvangt. De Schrift laat in harmonie
zien, dat de Vader de Bron is, alles komt uit
Hem voort.

‘Dus ook de Zoon.’

Aan het einde van Gods plan zal de Zoon
het koninkrijk aan Vader geven. Hij zal dan
onderschikkend aan de Vader zijn.
We lezen dat het al niet alleen uit God is,
maar het zal ook tot (naarbinnen) Hem zijn.
Het al is uit Hem en door Hem en tot Hem.

‘Dat is Romeinen 11:36.’

Het gedeelte 11:32-36 spreekt over de ene
absolute God, Vader van onze Heer Jezus
Christus. Uit Hem is het al, dus ook de Zoon.
En tot (naarbinnen) Hem is het al. De Zoon
is onderschikkend en geeft het koninkrijk
aan de Vader. Aan het einde van Gods plan
van eonen, opdat God is: alles in allen

Woord vandaag

‘Johannes 6 is goed om te lezen.’

Het is volledige afhankelijkheid van de Zoon
ten opzichte van de Vader. Je hoort zeggen:

want Ik ben uit de hemel neergedaald, niet
opdat Ik Mijn wil zou doen, maar de wil van
Hem, Die Mij gezonden heeft
   Johannes 6:38

De Vader is de Zender, de Zoon de Gezonde-
ne. De Zoon doet de wil van de Vader. En:

en dit is de wil van de Vader, Die Mij gezonden
heeft, dat Ik van alles wat Hij Mij gegeven
heeft, niets verloren laat gaan  
Johannes 6:39

‘Dit zijn begrijpelijke woorden.’

Zo kan Jezus nooit absoluut God zijn. Dat is de
Vader wél. De woorden van Johannes 6 spre-
ken van Zijn aardse loopbaan in eerste instan-
tie, en dat geldt niet alleen de gelovigen uit
Zijn volk, maar ook het lichaam van Christus.

‘Maar uiteindelijk toch alles?’

De Vader behaagt het, alles aan de Zoon toe
te delen. Vandaar, dat de Zoon ook de Lotge-
nieter van het al is (Hebreeën 1:2). Dat is, als
je erover nadenkt, heel bijzonder. Het woord
Lotgenieter is hier beeldspraak. In elk geval
wordt ermee gezegd, dat de Zoon zelfs het al
toebedeeld krijgt!

Woord vandaag

‘Jezus is dus wel God, maar relatief?’

Ja, en daarom staat Hij niet op dezelfde hoog-
te als Zijn Vader. Die is wel absoluut God, de
Allerhoogste. De heilige geest is de geest die
heiligt,
en gaat van God uit. Maar is zelf geen
God zoals de Vader. En: Jezus werd door de
Vader gezon
den.

‘Ja, zo is het duidelijk.’

We zouden de Schrift laten staan. Als het gaat
om de relatie tussen de Vader en de Zoon. De
Zoon is gezonden, de Vader is de Zender:

Dit is het werk van God: dat jullie geloven in
Hem, die Hij gezonden heeft
      Johannes 6:29

Van de menigte die Hem volgde, geloofden
niet allen. Zo lezen we de vraag in vers 30:

welk teken doet U dan, opdat wij zien en U ge-
loven? Wat voor werk doet U?

‘De Vader staat boven de Zoon.’

Het wordt zichtbaar voor je als je de Schrift
volgt. Even verder (vers 37) wordt gezegd:

alles wat de Vader Mij geeft, zal tot Mij komen;
en wie tot Mij komt, zal Ik beslist niet uitwerpen

Dus wie tot Jezus komt, wordt door Vader ge-
geven! Zo is de Zoon volkomen afhankelijk van
wat Vader geeft (vers 44):

niemand kan tot Mij komen, tenzij de Vader,
Die Mij gezonden heeft, hem trekt

Woord vandaag

‘Johannes 1, ja, maar is Jezus God?’

Dat blijkt in elk geval niet uit Johannes 1.
Daar wordt duidelijk, dat de God die spreekt,
Zijn woord geeft en dat heeft
onder de men-
sen vervulling gekregen in 
Jezus, Die te mid-
den van Zijn volk was. 
Zo werd het woord,
de belofte, zichtbaar 
en tastbaar.

‘Toch kun je wel stellen dat Jezus God is?’

Nee en ja. Nee, omdat Hij niet absoluut God
is en dat ook nooit kon en zal zijn. Ja, omdat
Hij wel relatief gezien God was en is. Lastige
tekst voor theologen is Johannes 1:18

niemand heeft ooit God gezien; de enig voort-
gebrachte (gegenereerde) God, die nbin de
boezem (borst) van de Vader is, Die ontvouwt
Hem

En in de vertalingen staat steeds Zoon, maar
de concordante vertaling volgt de wijziging
door de tweede corrector van de Sinaïticus
(oudste meest complete handschrift van de
Schrift), die een nog oudere tekst kende dan
wij overgeleverd hebben gekregen.

‘Dan lees je, dat Jezus God is.’

Jawel, maar Hij is de enig voortgebrachte God,
en kan dus nooit absoluut God zijn, zoals Zijn
Vader dat wél is. Zo gezien blijft het ook waar,
dat er één God is, de Vader, uit Wie het al is en
tot Wie wij zijn, en één Heer, Jezus Christus,
door Wie het al is, en wij door Hem.
   

Woord vandaag

‘Alles is door het woord geworden.’

Dat is wat Johannes 1:3 zegt. God sprak
en zo kwam het tot stand. Hij gaf Zijn
woord aan Zijn volk Israël. Zo konden
zij iets van Hem vernemen. God zelf, die
geest is, kan niet waargenomen worden.
Via Zijn Zoon spreekt Hij.

‘Dat zegt Hebreeën 1:1 ook.’

God spréékt, dat is op zich al geweldig,
want de stomme afgoden doen dat niet.
Het woord van God is betrouwbaar en
Zijn Zoon zorgt voor de communicatie
met de schepselen. Op die manier komt
het woord tot ons.

‘God sprak op verschillende manieren.’

Via zieners, profeten, hemelse boodschap-
pers en mensen van God 
werd het woord
hoorbaar. Ook vandaag
wordt het woord
doorgegeven aan de 
mensen. Door onder
meer evangelisten en leraren. God zal dat
steeds geven, tot aan de bazuin. Daarna
zullen sprekers uit Israël dat voortzetten.